menu

Hier kun je zien welke berichten Dionysos als persoonlijke mening of recensie heeft gemarkeerd.

13½ Leben des Käpt’n Blaubär, Die - Walter Moers (1999)

Een unieke, maar zeker ook vermoeiende leeservaring. Er zitten echt tal van vindingrijke, grappige, enge en bovenal bizarre fenomenen en karakters in die allemaal een plekje in je lezersgeheugen proberen te veroveren. Helaas raakt dat geheugen, het mijne althans, sneller vol dan het boek uit is. Moers balanceert hiermee op het randje; enerzijds had ik geen enkele moeite om het boek na één hoofdstuk even opzij te leggen (het ontbreken van een overkoepelende plot helpt hier ook zeker bij), anderzijds was elke hervatting weer een feest en had vrijwel elke episode wel twee of meer passages die ik met een grote glimlach las en herlas.

De satirische humoristische toon die het hele boek kenmerkt werkt zeer verslavend, je merkt gewoon dat over ieder detail, ieder grapje en iedere verwijzing is nagedacht. Over sommige facetten dan weer wat minder lang dan andere, maar tegenover één misser staan minstens twee voltreffers. De verwijzingen naar alles en nog wat vliegen je om de oren. Een kenmerk van Moers dat me uitstekend bevalt, omdat het zijn vertellingen een extra dimensie geeft en je dwingt om scherp te blijven. Bovendien slaagt hij er keer op keer in om zaken die haast clichématig gemeengoed zijn geworden in een totaal absurd jasje te steken.

Moers is ook één van de weinige auteurs bij wie ik de illustraties zeer waardeer. Niet alleen omdat deze veelal even grappig zijn als de woorden waar ze bij horen, maar ook omdat ze een echte meerwaarde vormen in het geheel. Vaak maken tekeningen, hoe mooi en goed bedoeld ze ook kunnen zijn, het verbeeldingsvermogen tot een luie gave. Die van Moers prikkelen juist de fantasie, waarschijnlijk ook omdat je je van het meeste wat hij beschrijft toch geen voorstelling kunt maken.

Binnen de kaders van het verhaal is Blauwbeers twaalfde leven m.i. de slagroom op de taart , waarin Moers ook nog even zijn eigen tot dan toe gecreëerde mythologie moeiteloos op de hak neemt. Dit hoofdstuk beviel mij het beste, omdat het het langste leven betreft en er dus wat meer tijd wordt genomen om een en ander tot ont- en afwikkeling te laten komen, en omdat het qua opzet erg deed denken aan De Stad van de Dromende Boeken. Het is eigenlijk ook het enige leven dat ècht om Blauwbeer zelf draait, daar waar onze blauwe protagonist in zijn andere levens vooral lijkt te dienen als kapstok om alle fantastische ideeën aan op te hangen. Een vertederende kapstok, dat wel. Beren zijn nu eenmaal snel schattig en vertederend, zeker als ze ook nog eens blauw en zachtaardig zijn.

Al met al een boek waar ik bijzonder van heb genoten, zij het in etappes. Het was niet de pageturner die De Stad van de Dromende Boeken was, daarvoor leest dit toch teveel als een verhalenbundel. Als ik zou moeten kiezen zou daarom de dinosaurus uit bovengenoemde titel de voorkeur krijgen boven de blauwe beer. Maar gelukkig hoef ik niet te kiezen, slechts een half sterretje minder te geven.

4,5*.

Aanslag, De - Harry Mulisch (1982)

Door de jaren heen uitgegroeid tot het grootste cliché van Nederlandse literaire bodem, bijna niemand doorloopt de middelbare school zonder De Aanslag op zijn / haar lijst te hebben gezet. Jammer, want ik heb het idee dat dit boek als gevolg hiervan - onterecht - aan devaluatie onderhevig is.

Het is zeker niet het beste van deze toch wel uitzonderlijke schrijver dat ik gelezen heb, maar vormt een uitstekend opstapje naar de rest van zijn oeuvre en een prettige kennismaking met zijn stijl. Denk hierbij o.a. aan het gespeel met symboliek, hetgeen zo eigen is aan Mulisch. Het leest zeer vlot, is bij vlagen nog spannend ook en als geheel zit het gewoon solide in elkaar.

Aan de ene kant jammer dat De Aanslag door die talloze leeslijsten in waarde is gedaald, aan de andere kant jammer dat Mulisch waarschijnlijk enkel en alleen om dit boek herinnerd zal worden. Ik gun hem toch een beter lot.

4*

Aeneis - Publius Vergilius Maro (-19)

Alternatieve titel: Aeneas

Romeinen zijn in veel (culturele) opzichten schatplichtig aan hun Griekse tegenhangers. De Aeneis is daar uiteraard geen uitzondering op, daar het een evident eerbetoon is aan de twee Griekse sleutelwerken van Homerus. Hierdoor kan het eigenlijk niet los gezien worden van de Ilias en Odyssee - ik kan ook ten zeerste aanraden dit werk pas ter hand te nemen na het lezen van Homerus - maar het is onmogelijk dit te beoordelen als een schaamteloze, en dus minderwaardige, kopie.

Het reikt te ver om de vele prachtige elementen van de Aeneis in een post als deze uiteen te zetten, daarvoor zal men het zelf moeten lezen. Net als voor Freud is dit ook voor mij het absolute literaire neusje van de zalm dat het Romeinse Rijk heeft voortgebracht en overstijgt Vergilius hier zijn Griekse voorbeeld. Hij heeft hier evenals Homerus via zijn protagonisten een schitterend portret van de mens weten te scheppen met al zijn tekortkomingen, gruwelen en morele worstelingen. Maar daarnaast weet Vergilius een dergelijk verhaal in zijn geheel te kneden tot een, naar Romeinse gewoonte heerlijk pretentieus, baken van licht in donkere tijden; een volk met een van de grootste rijken uit de geschiedenis dat zich moet hervinden, op zoek is naar een nieuwe rechtvaardiging van haar bestaan en plaats in de wereld. Dat is de voornaamste reden waarom mijns inziens de leerling zijn meester voorbij is.

Een van mijn favoriete werken allertijden.

5*.

Alice's Adventures in Wonderland - Lewis Carroll (1865)

Alternatieve titel: Alice in Wonderland

Op het moment al voorlezend weer aan het herontdekken en dit werkje gaat mooi naar de vijf sterren. Heerlijk absurde onzin, met karakters waarvan de één nog onvergetelijker is dan de andere. Het totale gebrek aan enige vorm van logica en overvloed aan wanorde maken iedere leesbeurt anders. Daarbij spat het plezier van elke pagina af, ik merk dat ik bij ieder hoofdstuk al halsreikend uitkijk naar het volgende.

Niet gek voor een Brit.

Also Sprach Zarathustra: Ein Buch für Alle und Keinen - Friedrich Nietzsche (1885)

Alternatieve titel: Aldus Sprak Zarathoestra: Een Boek voor Allen en voor Niemand

Prachtig, prachtig, prachtig...

Zoals Nietzsche dit boek bestempelde als zijnde een boek voor iedereen en voor niemand, zo valt er alles en niets over te vertellen.

Wie aan dit boek begint (of überhaupt iets van de beste man wil lezen) moet zich goed realiseren dat Nietzsche geenszins valt in te delen in de gangbare filosofie zoals die al eeuwen werd en wordt bedreven door bijvoorbeeld een Plato, een Descartes, een Kant. Nietzsche biedt geen mooi verpakte waarheden, geen antwoord op de vraag van het bestaan. Wat hij wel doet is de wereld op een feilloze manier een spiegel voorhouden en eenieder die hem leest onderdompelen in zijn weergalloze stijl; soms poëtisch, soms meeslepend, maar altijd krachtig.

Also Sprach Zarathustra is het werk waarin Nietzsche vrijwel al zijn ideeën en thema's samen laat komen, vandaar dat het ook over het algemeen wordt beschouwd als zijn magnum opus. Zijn aanklacht tegen de slavenmoraal, de zinloosheid van abstracties als Goed en Kwaad, zijn ideaal van de Übermensch en zijn liefde voor de Kunst: alles zit erin. Het is vervolgens aan de lezer om te kiezen wat hij/zij eruit haalt. De thema's worden namelijk niet kant en klaar geprestenteerd, Nietzsche lijkt het concept 'concreet' te schuwen. In plaats daarvan giet hij ze in een groots, haast episch aanvoelend verhaal dat overloopt van prachtige zinnen, wijze woorden, schitterende passages.

Een kenmerk van stukken die over Nietzsche zijn geschreven is dat je er vaak helemaal niets wijzer van wordt, dat zal ongetwijfeld ook voor deze post gelden . De beste manier om wijzer van Nietzsche te worden, is door hem zelf te lezen. Also Sprach Zarathustra is stylistisch gezien het beste boek om mee te beginnen, het is het grootste en meest poëtische dat hij ooit heeft geschreven. Het meest toegankelijke werk is het allerminst, desalniettemin voor diegene die het aandurft een uitstekend raam van waaruit je een stukje van al zijn filosofieën kunt bekijken.

Slechts één passage te citeren doet meteen de vele honderden die het boek rijk is schromelijk te kort, maar ik kan het niet laten:

En hier eindigde Zarathoestra's eerste rede, die men ook 'de voorrede' noemt: want op dit punt onderbrak hem het geschreeuw en gelach van de menigte. 'Geef ons deze laatste mens, o Zarathoestra' - zo riepen zij - 'breng ons deze laatste mens. Dan schenken wij u de Uebermensch.' En al het volk joelde en klakte met de tong. Zarathoestra echter werd treurig en sprak tot zijn hart:
'Zij verstaan mij niet: ik ben niet de mond voor deze oren.
Te lang reeds leefde ik in het gebergte, te veel luisterde ik naar beken en bomen; nu is mijn spreken als dat van een geitenherder voor hen.
Onbewogen is mijn ziel en klaar als het gebergte in de morgen. Maar zij menen dat ik koud ben en een spotter vol gruwelijk bespotten.
En nu zien zij mij aan en lachen: en terwijl zij lachen, haten zij mij nog. IJs is in hun lachen.'


5*.

Antichrist: Fluch auf das Christenthum, Der - Friedrich Nietzsche (1895)

Alternatieve titel: De Antichrist: Vloek over het Christendom

BobdH schreef:
Een dergelijke houding van hem weerhoudt mij er al van om zijn boek te lezen.


Zonde, want ondanks (of misschien zelfs dankzij) die megalomanie is dit boekje zeer genietbaar. Een stukje nietsontziend retorisch geweld zoals alleen Der Friedrich die uit zijn pen kon krijgen, waar je dus wel van moet houden. Het is het meest toegankelijke werk van de beste man, temeer omdat dit m.i. meer een strategische tirade is dan een genealogische beschouwing, hetgeen kenmerkend is voor de rest van zijn oeuvre.

Der Antichrist is als boek behoorlijk 'catchy' - voor mij was de eerste leesbeurt een echte adrenaline rush - maar voor meer verdiepende betogen die dezelfde materie raken raad ik eerder titels als Jenseits von Gut und Böse en Zur Genealogie der Moral aan.

As I Lay Dying - William Faulkner (1930)

Alternatieve titel: Terwijl Ik Al Heenging

My mother is a fish....

Een werkelijk schitterend familieportret, waarmee Faulker het heeft gepresteerd om een compleet gezin van eigenlijk uitsluitend onuitstaanbare klootzakken te scheppen waar je van gaat houden.

Je leert door het uitgebreide gespeel met perspectief ieder personage kennen via zich- of haarzelf, maar vooral via anderen, omdat geen enkele getuigenis op zichzelf te vertrouwen is. Hierin blijft Faulker gedurende het hele verhaal ontzettend dicht op de huid van zijn karakters zitten (zo hij er niet gewoon inkruipt) en weet hij een ongekende sfeer van intimiteit, tragiek en, op een vreemdsoortige manier, ook van diepe oprechtheid op te roepen.

En alsof dat nog niet genoeg lukt het Faulkner ook om in dit emotionele relaas bij tijd en wijlen een intellectuele snaar te raken en universele levenswijsheden uit de monden van doodeenvoudige Southerners te laten komen die je moeiteloos voor waar aan kunt nemen.

Briljant, een ander woord heb ik er niet voor.

5*.

Catilinaires, Les - Amélie Nothomb (1995)

Alternatieve titel: Filippica's

Een geniaal boekje, Filippica's! Ik heb weinig werken gelezen die tegelijk zó grappig en zó tragisch waren. Ondanks de absurd aandoende situaties blijft het geheel pijnlijk herkenbaar; hier is het een hyperbool, maar iedereen kan zich wel identificeren met de machteloze, tot wanhoop gedreven hoofdpersoon. Aan de oppervlakte nodigt dit verhaal uit tot meerdere malen hardop lachen, de tragische laag die eronder zit doet je daar haast schuldig over voelen.

Vrouwen met humor, ze bestaan! Nothomb bewijst het hiermee.

4,5*

Dora - Toon Tellegen (1998)

Freud schreef:
[...] Het is een boek met een trucje, en daardoor is het misschien wat voorspelbaar, maar het is zo absoluut volmaakt gedaan dat me dat geen moment heeft gestoord. [...]


Ik moet zeggen dat het me de eerste paar keren wel een beetje irriteerde, maar in retrospect was het gewoon een interpretatieve hobbel die genomen moest worden. Want Dora is inderdaad een schitterend werk. Dat trucje vereiste enige gewenning....nee....acceptatie is het betere woord, daarna was alles zo speels, grappig, gedetailleerd zonder echt gekunsteld te zijn. Het einde was zó simpel en (misschien juist daarom) zó raak; ik moest het even drie keer lezen voordat het echt helemaal tot me doorgedrongen was.
Wat me desondanks van de volledige score afhoudt is dat Tellegen enkele stemmingen toch niet helemaal op de juiste manier heeft weten te verwoorden en zich op die momenten schuldig maakte aan onvolledigheidjes en herhalinkjes. Expres gebruik ik hier verkleinwoorden, aangezien het kleine smetjes zijn op een anderzijds smetteloos geheel.

Een boek dat ik met een voldane glimlach op mijn gezicht heb dichtgeslagen en zeker nog eens ga herlezen.

4,5*.

Heart of Darkness - Joseph Conrad (1899)

Alternatieve titel: Hart der Duisternis

Het was even een bladzijde of wat inkomen, maar dan heb je ook wat zeg. Conrads schrijfstijl in deze novelle was enerzijds wennen. Het was niet zijn moedertaal en dat merk je; zinnen lopen hier en daar stroefjes, woorden duiken op waaraan je meteen ziet dat hij met een woordenboek op schoot aan het pennen is geslagen. Anderzijds presteert deze Pool het om zó beeldig te schrijven dat het gewoon eng is. En met eng bedoel ik dan ook echt eng. Pagina voor pagina drijf je gewoon met Marlow mee op die eindeloos lange rivier en zie je die torenhoge bomen, die dreigende schaduwen en voel je de verlatenheid je steeds steviger om de keel grijpen. De personen fungeren voornamelijk als symbolen - als de universele krachten die spelen in ieder mens - en worden hiermee als het ware één met de desolate omgeving waarin ze zich bevinden.

Daar komt nog bij dat Conrad je zo af en toe nog eens op een passage of zin trakteert die meteen van de pagina afspat en waar je je ogen wel een keer of vijf overheen laat glijden. Natuurlijk kan ik het citeren niet laten (één van de mooiste passages wat tegelijk IMO een schitterende, dubbellaagse sleutelpassage is):

Restraint! What possible restraint? Was it superstition, disgust, patience, fear --- or some kind of primitive honor? No fear can stand up to hunger, no patience can wear it out, disgust simply does not exist where hunger is; and as to superstition, beliefs, and what you may call principles, they are less than chaff in a breeze. Don't you know the devilry of lingering starvation, its exasperating torment, its black thoughts, its somber and brooding ferocity? Well, I do. It takes a man all his inborn strength to fight hunger properly. It's really easier to face bereavement, dishonor and the perdition of one's soul -- than this kind of prolongued hunger.

Alleszins geen werkje waar je vrolijk van wordt.

Vijf dikke, zwartgallige, sterren.

Hersenschimmen - J. Bernlef (1984)

Ja, mooi boek dit. In zekere zin een ook erg moedige poging, niet alleen vanwege het zeer confronterende karakter dat aan een dergelijk onderwerp kleeft, maar ook omdat vanuit dit specifieke perspectief niets zeker is. Je moet als schrijver gissen naar een ontastbare werkelijkheid die bovendien steeds verder afbrokkelt.

Hierboven werd opgemerkt dat Marsman zich van trucs bedient om het geheel vorm te geven. Daar valt zeker wat voor te zeggen. Dat neemt echter niet weg dat deze zeer effectief werken en er doorheen het verhaal een schrijnend gevoel wordt opgewekt. Ondanks dat geen mens die het leest kan weten hoe het is om aan een dergelijke ziekte ten prooi te vallen (en de schrijver dat ook niet wist) wordt het toch mogelijk om je tot op zekere hoogte met de hoofdpersoon te identificeren. En dat is op zijn minst knap te noemen.

Toch verliest het boek in de laatste bladzijden, zo rond de tijd dat men Maarten uit zijn huis komt halen om hem definitief in een tehuis te plaatsen, flink aan kracht. Hier houdt de mogelijkheid tot identificeren grotendeels op. Op het eerste gezicht logisch, aangezien Maarten zich dan niet eens meer met zichzelf kan identificeren, maar stilistisch gezien vormt het een vreemde breuk met de rest van het verhaal. Het voelt ineens veel bewuster, rationeler, daar waar je toch het omgekeerde zou verwachten. Hier werd ik ineens uit het hoofd van Maarten gegooid en zag ik ineens de schrijver aan het werk. Jammer, het ging ten koste van een tot dan toe zorgvuldig opgebouwde geloofwaardigheid.

Ergens merkt Maartens vrouw Vera op dat oude mensen zoals zij leven van hun herinneringen en vraagt zij zich af wat er over blijft als die er niet meer zijn. Een vraag die even mooi is als beangstigend. Die passage alleen maakte dat dit toch een werkje is dat me nog lang zal heugen (hoop ik, hihi).

4*.

In Europa: Reizen door de Twintigste Eeuw - Geert Mak (2004)

Leuk concept dit, tevens een boek waar je werkelijk doorheen vliegt. De omvang van In Europa hoeft dus geen excuus te zijn om er niet in te beginnen. Mak heeft een heerlijk soepele schrijfstijl, zonder daarbij de inhoud uit het oog te verliezen. Hier kunnen veel 'echte' historici nog wat van leren, daar zij schijnen te denken dat een journalistieke manier van schrijven meteen de boodschap teniet doet en dus maar zo stijf en droog mogelijk hun verhaal doen. Af en toe schijnt er een ietwat belerend toontje door; dat kan storend zijn maar drukt de pret niet. Het was vooral heerlijk om in zo'n prettig hoog tempo feitjes te herkennen, op te halen, nieuwe dingen te leren en ondertussen door de grote steden van dit zo diverse continent te dwalen.

3,5*.

Ljuset - Torgny Lindgren (1987)

Alternatieve titel: Het Licht

psyche schreef:
Er zit zoals we het met elkaar wel eens kunnen zijn zoveel in dit boek verstopt, dat het niet zomaar éénduidig te interpreteren is. Het slot roept bij mij ook wel vragen op, bepaalde symbolen worden op verschillende manieren gebruikt (de rol en betekenis van konijnen bijvoorbeeld, let op het zwarte pluimpje op het oor van het eerste drachtige konijn dat Jaspar meebracht en het witte pluimpje op het oor van een drachtig konijn aan het eind. Gebracht door de Maria waarnaar Jaspar op zoek was...).


Mooie allegorie was dat ja, maar ik moet zeggen dat Lindgren af en toe wel een beetje uit de bocht vloog wat de dosering van dergelijke symbolen betreft (wéér dat beest!.... ). Het was wel weer prachtig toegepast op het einde, waarbij je zou kunnen stellen dat de konijnen van Kadis een animalisering zijn van de menselijke ethiek. Het is een ongrijpbaar verschijnsel dat ons te vriend kan zijn maar ons ook genadeloos te gronde kan richten. Net als de konijnen is ethiek in staat ons alles te verschaffen wat we nodig hebben en kan het tegelijkertijd uitgroeien tot een oncontroleerbare, destructieve plaag. Een klassieke haat/liefde-verhouding. Waarschijnlijk is het ook heel significant dat het besmette konijn wordt geïntroduceerd wordt door een inwoner van Kadis zelf, en een 'schoon' drachtig konijn door iemand van buiten.

Verder was dit een zeer mooi, donker, verontrustend boek waar ik weer veel te snel doorheen gesjeesd ben. Zeer knap hoe Lindgren met zo'n sobere taal zoveel leven heeft weten te scheppen. Het deed me allemaal sterk denken aan Bergmans Det Sjunde Inseglet, qua sfeer maar zeker ook qua filosofische aard. Zowel Lindgren als Bergman lljken geinteresseerd in dezelfde soort vragen des Levens, alleen worden ze in Ljuset meer seculier benaderd.

Op de een of andere manier had ik wel verwacht wat meer van de spreekwoordelijke stoel geblazen te worden, daarom voor nu 'slechts' vier sterren. Hij gaat zeker op de herlezen-en-dan-wat-langzamer-stapel, wellicht dat-ie dan hoger uitkomt.

Voor nu was het zoet, maar vullend. (....)

Max Havelaar, of De Koffij-veilingen der Nederlandsche Handel-Maatschappij - Multatuli (1860)

Alternatieve titel: Max Havelaar

Moest ik een top drie samenstellen van de beste werken uit de Nederlandse literatuur, dan zou deze er zeker weten in staan.

In wezen is het natuurlijk een betoog dat vreselijk betuttelend is met een paternalisme dat zijn weerga niet kent, prima passend in de geest van Dekkers tijd. Toen ik het voor het eerst las had ik dat nog niet door. Ik werd alleen gegrepen door een ietwat stijve maar o zo mooie schrijfstijl en de voelbare woede van de schrijver die zich op het eind niet meer in leek te kunnen houden, al zijn personages met een zwiep van tafel veegt en zelf het heft in handen neemt.

Toen ik wat ouder was, las ik de Max Havelaar opnieuw en vielen me de onderliggende motieven wel op. Postuum heb ik me na die tweede leesbeurt een beetje kwaad lopen maken op Dekker (als indo derde generatie zijnde, kun je nagaan). Maar toch. De man had me zo in de greep met zijn romantiek, zijn goudeerlijke oprechtheid, zijn schrijftalent en dat heeft-ie nog. Bovendien was Multatuli vanuit zijn standpunt en die van zijn tijdgenoten zowel vreselijk traditioneel in zijn opvattingen als een rebel. Ik heb het hem uiteindelijk toch vergeven.

Het is dat ik niet meer kan geven, vijf heel dikke sterren.

Mevrouw Mijn Moeder - Yvonne Keuls (1999)

Een prachtig boek, dit Mevrouw Mijn Moeder, vooral doordat het zo herkenbaar was op verschillende niveaus.

"Als je dit boek leest herken je meteen je oma", zei mijn moeder toen ze me wees op dit werk. Dat was ook zo. Het gedwongen moeten verlaten van Indonesië en de moeizame herstart in het koude, afstandelijke Nederland; de meegenomen verhaalcultuur waar "de waarheid" er steeds minder toe doet naarmate de jaren verstrijken; de botsing tussen westers en oosters gepersonificeerd in moeder en dochter; en natuurlijk het taaltje. Dat heerlijke taaltje met halve zinnen, Indische woorden die onmogelijk te vertalen zijn, zoals eigenlijk alleen die vooroorlogse generatie dat machtig is.

Keuls heeft dat universum op zeer treffende wijze op papier weten te zetten. De manier waarop ze dat heeft gedaan is op zichzelf ook een kenmerk van de Indische manier van vertellen. Van de hak op de tak, beeldend, levendig en alles met humor: zelfs de zwaarste onderwerpen worden licht en met een lach verteld.

Tijdens het lezen werd mij ineens ook duidelijk hoe de relatie moet zijn geweest tussen mijn moeder en de hare. Een relatie waar ik veelvuldig over had gehoord, maar die ik op de een of andere manier maar moeilijk kon geloven. Je eigen 'oma' is vrijwel altijd een ander persoon dan de moeder die zij ooit zelf was. Als kleinkind maak je je grootouders altijd tot een soort mythische figuren, waarvan je je moelijk kunt voorstellen dat zij ook mensen met gebreken zijn (geweest).

Enfin, het is wat persoonlijk gezwam, maar het geeft m.i. aan hoe goed Keuls geslaagd is in het postuum tot leven brengen van haar moeder en het creëren van een wereldje waar persoonlijke relaties op een pure, oprechte manier worden beschreven zonder daarbij te vervallen in goedkoop sentiment. Wat dat betreft is ze een meer dan verdienstelijk schrijfster. Het is voor mij welhaast onmogelijk om Mevrouw Mijn Moeder buiten de herkenbare kaders op waarde te schatten. Geen idee hoe dit boek valt bij diegenen die niets weten van de wereld die Indisch Nederland heet en/of er geen affiniteit mee hebben. Maar me dunkt dat er nog genoeg overblijft om er plezier aan te beleven. Ontroering en haat/liefde relaties zijn universeel.

4.5*

Nausée, La - Jean-Paul Sartre (1938)

Alternatieve titel: Walging

Na Huis Clos gelezen te hebben was mijn aanvankelijke nieuwsgierigheid naar La Nausée lichtelijk omgeslagen naar scepsis. Eerstgenoemde was bij vlagen zeer prettig en prikkelend voer voor de geest, maar Sartre verloor zich dusdanig in het op de voorgrond willen plaatsen van zijn filosofie dat het ten koste ging van het kunstzinnige. Dit maakte mij een tikkeltje huiverig om een hele roman van de beste meneer ter hand te nemen.

Gelukkig bleek deze angst ongegrond. Hoewel Sartre het ook in dit geval niet kan laten zich te buiten te gaan aan filosofisch-ideologische traktaatjes die m.i. weinig met Literatuur van doen hebben, komt hij er makkelijker mee weg dan in Huis Clos. Mede door de dagboekvorm en het zorgvuldig gecreëerde personage van een ietwat obscure, intellectuele man (die, me dunkt, ook niet voor niets zijn uiterlijk niet mee heeft) slaagt Sartre erin de lezer mee te krijgen in de vaak zeer abstract geformuleerde gedachtes en beschouwingen.

Dat in Sartre wel degelijk een literator schuilt wordt duidelijk door het feit dat La Nausée meer dan genoeg schitterende passages bevat, die niet alleen tot nadenken stemmen, maar ook in esthetisch opzicht een diepe indruk achter weten te laten. Daarnaast wordt de verteller vergezeld door intrigerende personages. Degene die er vooral uitspringt en het verhaal verrijkt met een vreemdsoortige laag die je een liefdesgeschiedenis zou kunnen noemen, is Anny als de existentialistische Femme Fatale. Zij is de literaire binding in deze filosofische saus en zorgt dat het geheel zich naar een mooie, doch onthutsende climax toe laat lezen.

Al met al zeker niet niets dit werk, hoewel nog steeds een tikkeltje uit balans en te ideologisch gebracht om écht goed te zijn. Maar, in de woorden van Ger Groot, 'toch is er iets wat [...] blijft fascineren. Je hebt bij Sartre in ieder geval steeds het gevoel dat het ergens over gaat.'

4*.

Se una Notte d'Inverno un Viaggiatore - Italo Calvino (1979)

Alternatieve titel: Als op een Winternacht een Reiziger

Een bijzonder boek, dat op zeer geslaagde wijze het concept werkelijkheid in al zijn facetten uitkleedt en op losse schroeven zet. De betovering (voor gebrek aan een beter woord) van de interactieve fictie, opgewekt door de eerste bladzijde, wordt al snel doorbroken op de daarop volgende pagina's, maar is m.i. ook van ondergeschikt belang. Calvino biedt genoeg ernaast om de aandacht volop vast te houden.

Op meerdere punten in het verhaal (of verhalen...eh..) begonnen de diverse trucjes en handigheidjes me een beetje tegen te staan. Het voornaamste voorbeeld (en dat oordeel had ik eigenlijk al voordat ik begon met lezen) was dat het interactieve hoofdpersonage (jij dus, maar toch eigenlijk weer niet) mannelijk is, wat uiteraard maakt dat het 'echte' leespubliek toch voor ruim de helft ernstig tekort wordt gedaan. Echter, net op het punt dat me dat begon te storen wisselt Calvino doodleuk van perspectief en spreekt hij de Lezeres aan, waarmee hij de zaak niet alleen op zijn kop zet, maar tegelijkertijd ook zodanig relativeert dat ik mij wel een beetje in mijn hemd gezet voelde. Zo ervoer ik dat nog enkele malen, (bv. het dagboekfragment van de detectiveschrijver) Calvino was me gewoon de hele tijd twee stappen voor.

De onderlinge hoofdstukken verschilden voor mijn gevoel iets te weinig in stijl (telkens dezelfde soort lang uitgesponnen zinstructuren, die niet overal in leken te passen), dat talent is ook slechts weinigen gegeven, maar ze waren alle interessant genoeg. Er was telkens wel een soort mysterie, spanning aanwezig (of vind ik toch stiekem foute whodunnit detectiveromannetjes superspannend?). Tevens, en dat ben ik met eRCee eens, wordt het op een gegeven moment tè fragmentarisch. Het op het eind aaneen rijgen van de romantitels is dan niet meer voldoende rechtvaardiging .

Ander minpuntje, om het wederom met eRCee eens te zijn, is het inderdaad iets te intellectuele en te weinig emotionele van het werk. Ik kreeg er een beetje het Sartre-gevoel bij, maar aangezien dit boek absoluut geen filosofische indoctrinatie betreft en Calvino zo kundig de realiteit over de hele breedte weet te ondermijnen, is die hobbel voor mij makkelijk te nemen. Het was in ieder geval een zeer unieke, frustrerende, ontregelende, maar bovenal geslaagde leeservaring.

4.5*

Sombra del Viento, La - Carlos Ruiz Zafón (2001)

Alternatieve titel: De Schaduw van de Wind

Hmmm, een dubbel gevoel na het dichtslaan van La Sombra del Viento. Enerzijds heb ik genoten tijdens het lezen ervan, bij vele vlagen was het echt spannend, soms grappig en een enkele keer zelfs ontroerend. De tragiek waar haast iedereen aan ten prooi valt, deed af en toe een beetje pijn. Daarnaast kon ik de taalkundige bombast waarvan Zafón zich bedient wel waarderen; wat dat aangaat trek ik enige uiterlijke opsmuk zeer goed.

Anderzijds was ik een beetje verbaasd over (of teleurgesteld in) de tweedimensionaliteit van enkele facetten van het boek. Zo wordt er een aantal ideeën op tafel geworpen die veelbelovend zijn, maar die vervolgens ijskoud worden opgeofferd aan het grote geheel en er dus als losse voetnootjes bij bungelen. Ook voelen sommige karakters die ten tonele verschijnen te karikaturaal cq. cliché aan om als echte mensen serieus genomen te kunnen worden. Me dunkt dat Zafón hier een beetje is doorgeschoten in het modelleren van zijn verhaal naar Shakespeariaanse standaarden.
Tot slot kon ook mij het einde niet geheel tevreden stellen en kwam het inderdaad, zoals iemand hier reeds opmerkte, over als een soort van anticlimax. Het was ook net iets teveel van het goede, dat kon zelfs het stilistische geweld niet meer rechtbreien. De allerlaatste zinnen vond ik dan wél weer erg mooi en passend.

Nu zou ik nog niet weten of dit boek een leven op lange termijn beschoren is. Het lezen zelf was een rush, maar ik merkte bij de onderbrekingen al lichtjes dat de gebeurtenissen en personen zich geenszins makkelijk buiten de kaders van het verhaal lieten tillen. En dat is toch waar literatuur toe in staat moet zijn. Toch kon ik het ook weer niet wegleggen, daarvoor was het te boeiend.

Voor nu een ambivalente 3,5* maar, al hangt het wel naar de 4*. Nog even over nadenken.

Stupeur et Tremblements - Amélie Nothomb (1999)

Alternatieve titel: Met Angst en Beven

Na het lezen van het meesterlijke Filippica's dit werkje aangeschaft en gelezen. Eerlijk gezegd viel het wel wat tegen allemaal. Het is bij vlagen zeer grappig, maar het blijft allemaal een beetje in de luwte hangen. Nergens kreeg ik het idee iets vernieuwends of prikkelends te lezen. Nothomb heeft een scherp observatievermogen en weet uitstekend om te gaan met metaforen en analogieën, maar qua verhaal is het toch iets te clichématig. Die 'Clash of Cultures' was even leuk, maar heb ik nu al wel gezien.

Zeitoun - Dave Eggers (2009)

In veel opzichten een nodig boek, dat zeker. Toch blijf ik moeite hebben met geëngageerde werken als dit. Het gaat vrijwel altijd ten koste van de vrijheid die Kunst biedt.

Wat Eggers hier vooral goed doet is het schrijven met vaart, het zorgvuldig opbouwen van drama en het uitstekend timen van het beschrijven van de gebeurtenissen. Het blijft knap om een verhaal spannend te maken en te houden als de afloop al (in grote lijnen) bekend is.

Zeitoun is m.i. het meest geslaagd als familiegeschiedenis. Niet alleen de vereniging van twee onverenigbaar verklaarde werelden in de personen van Kathy en Zeitoun is een even mooi als klassiek uitgangspunt. Er wordt hier ook een aangrijpend beeld geschetst van mensen op hun kwetsbaarst, zowel individueel als met elkaar.

Desondanks werkt het boek in zijn geheel niet bevredigend. Door de sociaal-politieke aanklacht die er meer dan dik doorheen verweven zit blijft het teveel een schrijversproject. De personages worden op meerdere punten 'misbruikt' om bepaalde standpunten en retorische vraagstukken naar voren te schuiven. Dat het hier om echt bestaande personen gaat is dan geen excuus, want het is en blijft een literaire bewerking van de werkelijkheid.

Een hiermee samenhangende kwestie is de onvrijheid die de lezer heeft bij het lezen van Zeitoun. De mensen in het boek bevatten vrijwel geen enkele morele ambiguïteit, het zijn uitsluitend bad things happening to good people. Wat literatuur zo spannend, mooi en als kunstvorm o zo nodig maakt zijn juist de verschillende stemmen, de tegenstellingen en botsingen die worden gecreëerd zonder daarmee een moreel oordeel door de strot van de lezer te duwen. Wat mij betreft schiet Eggers hierin zijn doel voorbij, althans in de arena van het geschreven woord als kunstvorm. Zijn boodschap blijft wel een nodige, zoals gezegd. Echter, daar zijn andere, meer geschikte podia voor.

Toch 3*.