menu

Hier kun je zien welke berichten dutch2.0 als persoonlijke mening of recensie heeft gemarkeerd.

Daisy Jones & The Six - Taylor Jenkins Reid (2019)

4,5
'You have not seen anything until you've seen Daisy Jones dancing on a piano in a fur coat with no shoes on sing "Mustang Sally"'

Daisy Jones & The Six vertelt het verhaal van de fameuze rockband die eind jaren 70 hele stadions platspeelde. Spil van de band was de temperamentvolle zangeres Daisy Jones en de talentvolle gitarist en zanger Billy Dunne. In dit boek volgen we de opkomst en ondergang van deze legendarische band, en we krijgen er gratis en voor niets de teksten bij van hun al even legendarische album 'Aurora'. Inclusief de hits 'Turn it off', 'This could get ugly' en 'A hope like you'.

De grap van dit verhaal? Deze band heeft nooit bestaan, de hits hebben nooit geklonken op de radio en de legendarische concerten speelden zich alleen af in het hoofd van schrijfster Taylor Jenkins Reed (en in de toekomst op Amazon Prime, want van het boek wordt een tv-serie gemaakt).

Daisy Jones & The Six lijkt in veel opzichten op het boek The Final Revival of Opal & Nev. Ook die speelt in de jaren 70, ook die gaat over de opkomst en ondergang van een band en ook daarin speelden persoonlijke issues een grote rol. Maar waar Opal & Nev eerder een maatschappijkritisch boek is, is Daisy Jones in de basis een gedoemde liefdesgeschiedenis. En bij Daisy Jones draait het nóg meer om de muziek dan bij Opal & Nev.

Wat de boeken ook gemeen hebben is de vorm. Ook Daisy Jones is geschreven als oral history. Dat wil zeggen dat je (fictieve) interviews leest met band, crew en aanhangsels. Dat zijn geen ellenlange lappen tekst, maar de geschiedenis van de band wordt verteld aan de hand van losse uitspraken van de geinterviewden, als talking heads in een documentaire. Dat klinkt gekunsteld, maar het levert een vloeiend en goed te volgen verhaal op. Want, en dat is nog wel het belangrijkste, Taylor Jenkins Reid is een fantastisch schrijfster die niet alleen weet hoe een verhaal te bakken, maar die ook persoonlijkheden feilloos blootlegt. Ook heeft zij oog voor zaken die meer worden gesuggereerd dan gezegd. Bovendien heeft ze begrepen dat niet alle bandleden hun tijd bij de band hetzelfde hebben beleefd. Dat sommige uitspraken elkaar tegenspreken is dan ook niet meer dan logisch.

Daisy Jones & The Six is kortom een geweldig boek dat je in één ruk uitleest. Grappig, ontroerend, boeiend en supergoed geschreven. Met Rumours van Fleetwood Mac (de band die het voorbeeld vormde voor The Six) en de film Almost Famous vormt Daisy Jones de perfecte drie-eenheid voor een spoedcursus over de Amerikaanse rockscene uit de jaren 70. Heerlijk!

Dansu Dansu Dansu - Haruki Murakami (1988)

Alternatieve titel: Dance Dance Dance

4,0
Mijn zevende Murakami alweer, en opnieuw was het genieten. Misschien ietsjes te gefragmenteerd, maar dat mocht de pret niet drukken. Veel humor, een pracht van een personage (Yuki) en dan ook nog een moordzaak (die me in meerdere opzichten aan American Psycho deed denken).
Dit was de eerste Murakami waarbij ik heel bewust heb geprobeerd te zoeken naar wat hem nou zo goed maakt. Om deze post nog een beetje leesbaar te houden, beperk ik me tot drie kwaliteiten. Maar het zijn er natuurlijk meer.

Stijl
Murakami is een meesterlijk stilist, maar wel van een afwijkend soort. Veel lezers zien stilistisch meesterschap als het bakken van mooie zinnen, liefst met wat aardige metaforen of sfeerverhogende adjectieven (zoals de fluweelzachte schaduw van nevelige luchten bij Zafon). Bij Murakami niets van dat al. Wat Murakami wel heeft is een kraakheldere en bijna zintuiglijke stijl. Bij Murakami hoor je de muziek, proef je het koude bier, ruik je de schimmelige lucht in het vervallen hotel, lig je zelf te luieren op het strand van Honolulu. Dat maakt het consumeren van Murakami’s proza een heel directe ervaring, en een prettige bovendien. Misschien lijkt dat heldere proza heel eenvoudig te schrijven, maar dat is het absoluut niet.

Personages
In de meeste westerse literatuur nemen personages veel ruimte in beslag. Ze doen (mij) vaak denken aan kolossale bomen die kreunen en piepen en steunen onder alle tegenslagen, tegenwind en ander onheil. En als ze eenmaal omvallen maken ze zoveel kabaal dat je het in de bieb kunt horen kraken. De personages van Murakami zijn eerder bonsaiboompjes. Alles zit erop en eraan, maar ze maken veel minder lawaai, nemen veel minder ruimte in beslag. Bovendien zijn ze zich bewust van hun eigen kleinheid. Omdat ze verder dezelfde psychologische diepgang en minstens zoveel humor hebben als westerse personages, maakt het hen tot karakters met wie je met alle plezier vierhonderd pagina’s wilt optrekken.

Diepgang
Er zit nogal wat diepgang in Murakami’s werk, maar die is wel vaak van oosterse snit. In Dance, Dance, Dance wordt heel wat gezegd over typisch Boeddhistische thema’s als illusie, realiteit, acceptatie van verlies. In dit specifieke geval gaat het dan ook nog eens om het verlies van identiteit in de moderne kapitalistische maatschappij, een universum waarin ieder mens een maatschappelijke rol heeft te spelen. En ben je een bekend acteur zoals het personage Gotanda, dan heb je het dubbel zo zwaar. In je werk speel je filmrollen, in het dagelijks leven speel je de rol van geslaagd acteur. En waar blijft dan je ware zelf?

Zoals gezegd, Murakami’s werk heeft nog wel meer kwaliteiten dan deze drie. Maar die laat ik voor een andere keer.

Dear Life - Alice Munro (2012)

Alternatieve titel: Lief Leven

4,0
Winnares van de Nobelprijs 2013, kwartaalboek van het eerste kwartaal 2014: hoeveel success kan een mens in zo'n korte tijd aan? Maar belangrijker nog, zijn al die blijken van waardering wel verdiend?

Afgaand op deze verhalenbundel is het antwoord: Jazeker! Toch verheug ik me al op de discussie die hieronder waarschijnlijk gaat volgen. De kwaliteit van deze bundel ligt namelijk niet aan de oppervlakte. Op het eerste gezicht gebeurt er bedroevend weinig in de verhalen en is de stijl allesbehalve spectaculair. Maar schijn bedriegt.

Eerst maar de stijl. Munro is typisch een schrijver die weet wat ze kan en vooral wat ze niet kan. Dus hier geen metaforen, ellenlange zinnen, gewaagde beelden of ander stilistisch vuurwerk. Maar wel een helderheid van proza waar je makkelijk overheen leest maar die in wezen net zo spectaculair is. Nou is helderheid een lastig begrip, maar waar het op neerkomt is dat je een balans vindt tussen te veel en te weinig vertellen. En dan op zo'n manier dat de lezer zich niet ploeterend een weg hoeft te banen door een dikke woordenbrij maar toch een helder beeld krijgt van wat er allemaal gebeurt. 'Een man rijdt op een witte landweg' is te karig, 'Hans Jansen een oudere, grijsbesnorde man, een beetje stroef in de heupen, rijdt op een Gazelle, bouwjaar 1929, een groen model, grijsgroen, over een landweg, waar de sneeuw die gisteren is gevallen, in hevige mate, een wit tapijt heeft gelegd' is te veel. 'Hans Jansen fietste over een besneeuwde landweg' is dan zuiver. Afijn, Munro beheerst die zuiverheid tot in perfectie.

Dan de verhalen. Die hebben nauwelijks een plot en lijken psychologisch onaf. Lijken, want als Munro iets beseft is het de onmogelijkheid om een complex wezen als de mens totaal te doorgronden. En omdat een mens nooit helemaal te doorgronden is, blijft iedere iedere intermenselijke relatie in zekere zin gemankeerd.

De verhalen in deze bundel gaan vooral over beslissende momenten, die vreemde kruispunten in het leven die zo bepalend zijn voor een persoonlijke geschiedenis. Een man springt uit een trein en spendeert de helft van zijn leven op de plaats waar hij er toevallig uitsprong. Een vrouw besluit, in een split second, om niet de man te kussen die haar misschien een beter leven kan bezorgen.

Wat Munro hier naar mijn idee laat zien, is dat die beslissende momenten misschien minder beslissend zijn dan je zou denken. Je verandert op zo'n moment wel het decor van je leven maar niet je eigen persoonlijkheid. En die persoonlijkheid bepaalt veel meer dan het decor hoe je uiteindelijk je leven doorbrengt.

In de laatste vier verhalen vertelt Munro over een paar belangrijke momenten uit haar eigen jeugd, en hoe die haar (maar dat is mijn eigen interpretatie) op het schrijverspad hebben geholpen. Door haar te leren zien, denken, fantaseren en verwonderen. Talenten die waarschijnlijk al zo in haar persoonlijkheid zaten gebeiteld, dat ze er toch wel uit zouden komen. Maar toch...

Afijn, ik verheug al op de berichten hier onder. En ik ben vooral benieuwd naar de waardering. Wat mij betreft hebben de Nobelprijsbazen hier een verrassende maar verdiende winnares gekozen. Maar dit zeg ik op basis van een enkele bundel, dus hoog tijd voor de rest van haar oeuvre!

Devil All the Time, The - Donald Ray Pollock (2011)

Alternatieve titel: Al Die Tijd de Duivel

4,5
Zo, dat was me er eentje. Wie denkt dat True Detective best een duistere serie is, moet voor de grap dit boek eens lezen. TD is een gezellige sitcom vergeleken bij deze bloederige, akelige, perverse, meesterlijke misdaadroman.

Waarom dit boek meesterlijk is staat hierboven al uitgebreid beschreven, en daar is weinig meer aan toe te voegen. Het enige dat ik nog niet ben tegengekomen, is dat het boek je soms ook echt aangrijpt. Arvin's omgang met Earskell, de in en in trieste zelfmoord van Lenora, de aandoenlijke manier waarop Lenora flirt met Arvin, de vriendelijke shopkeeper Hank die anno 2015 waarschijnlijk nog steeds overweegt om eens een dagje naar Cincinnati te gaan.

Het gekke is ook dat het je maar niet lukt om een hekel te krijgen aan de personages (behalve dan aan preacher Teagardin), hoe pervers en ziek ze vaak ook zijn. Sterker nog, soms is het bijna humoristisch. Bijvoorbeeld als Carl weer eens zijn geduld verliest of wanneer Sandy zich op haar manier mooi maakt voor haar slachtoffers.

Oh well, een betere aansporing om dit boek te lezen dan de aansporing (van William Gay) op de cover van mijn paperback kan ik niet verzinnen: 'HITS YOU LIKE A TELEGRAM FROM HELL'.

En zo is het maar net!

Dopesick. Dealers, Doctors, and the Drug Company That Addicted America - Beth Macy (2018)

4,5
Bloody hell

Stel je voor dat je een been breekt en de arts schrijft je een pijnstiller voor die vele malen sterker is dan heroïne. En net zo verslavend. Kun je je voorstellen dat zoiets gebeurt?

En toch is dat wat er is gebeurd in Amerika in de jaren 90 van de 20e eeuw, met de introductie van Oxycontin en (vooral) Fentanyl. In het land waar jongeren pas mogen drinken als ze 21 zijn, waar je als roker nog net niet standrechtelijk wordt geëxecuteerd en waar het laten zien van een tepel op tv een halve natie in opperste verwarring brengt, in dat land mocht een phamaceut een middel op de markt brengen dat een enorme gezondheidscrisis heeft veroorzaakt. Met niet alleen arme sloeberslachtoffers maar ook met beroemdheden als Prince en Philip Seymour Hoffman.

Beth Macy beschrijft dit ellendige verhaal in de allerbeste Amerikaanse tradities. Dat wil zeggen dat ze chronologisch het verhaal vertelt van de opkomst van de extreme pijnstillers en hoe deze ervoor zorgden dat vele, vele, vele mensen verslaafd raakten. Eerst aan de pillen, toen aan het goedkopere heroïne. Ze vertelt over artsen die zonder enig bezwaar patiënten naar huis stuurden met een familieverpakking van die pillen en hoe jongeren uit de snoepdoos van ouders stalen en daarmee Pharm Parties organiseerden.

Daarnaast vertelt Macy over de persoonlijke lotgevallen van verslaafden, hun omgeving en hun hulpverleners. Macy had het dubieuze genoegen dat ze woonde in het gebied dat de brandhaard vormde van de epidemie. Vanuit het stadje Roanoke (Virginia) deed ze verslag voor de plaatselijke Roanoke Times. Op die manier leerde ze steeds meer betrokkenen kennen en kreeg ze een intiem kijkje in het vergalde leven van mensen die ooit voor een knagende lage rugpijn bij hun arts belandden, een maand later zwaar verslaafd waren en een jaar later drie meter diep onder de grond lagen.

Een boek waar niets op aan te merken is en dat ik normaal gesproken 4 sterren zou geven. Maar ik doe er een halfje bij omdat het allemaal zo urgent is en omdat ik maar één ding kon zeggen toen ik het eenmaal uit had.

Bloody hell