menu

Hier kun je zien welke berichten Donkerwoud als persoonlijke mening of recensie heeft gemarkeerd.

La Ahad Yanam fi Al-Iskandaria - Ibrahim Abdel Meguid (1996)

Alternatieve titel: No One Sleeps in Alexandria

3,0
Het boek ontleent zijn waarde vooral aan het feit dat ik de gebieden waar het zich afspeelt (Alexandrie en omgeving) zeer goed ken. Daarom vergeef ik het de schrijver meteen dat hij zijn boek bomvol heeft gestopt met nutteloze weetjes over het tijdsvak en dat de verhaallijnen wat simplistisch zijn.

Zeer sympathiek is hoe deze Egyptische schrijver verhaalt over een vriendschap tussen een moslim en een Christen. Hij doet dit met zeer veel genegenheid en liefde voor beide religies. Die nuance maakt het voor de westerse lezer zeer prettig. Bovenal is het een verhaal over wat mensen gemeen hebben(de maatschappij als geheel) en niet over dat wat hen scheidt (religie). De boodschap verdient vijf sterren maar het boek zelf kan helaas niet helemaal meekomen.

La Fille de La Casbah - Leïla Marouane (1996)

Alternatieve titel: Meisje uit de Kasba

3,0
'La Fille de La Casbah' (1996) is een bitter-ironische zedenschets over thema's als religieuze hypocrisie, klassenverschillen en systematische vrouwenonderdrukking. Een moslima in een Algerijnse volkswijk heeft niks meer te verliezen als ze voorbij de huwbare leeftijd raakt en besluit haar geloofsprincipes overboord te gooien voor voorhuwelijkse vrijages met een rijke playboy. Ze weet ook wel dat er uit deze liaisons waarschijnlijk geen huwelijksverbintenis gaat ontstaan, maar het is de enige manier waarop ze als hoogopgeleide vrouw nog enigszins een gevoel kan hebben van zelfbeschikking en de mogelijkheid tot vrije partnerkeuze. Leïla Marouane komt het best tot haar recht in de pijnlijke, nietsontziende beschrijvingen van hoe dit pathetische hoofdpersonage een rollenspel speelt als rijkeluisvrouw, terwijl ze daarmee haar eigen omgeving van zich vervreemdt. En dat voor een man die in alles een ongelofelijke zakkenwasser blijkt! Helaas wordt de spannende opbouw ontkracht als het plotseling een absurdistische wending neemt die, zo zonder kennis van de Algerijnse politiek, vooral willekeurig voelt.

Là Où les Tigres Sont chez Eux - Jean-Marie Blas de Roblès (2008)

Alternatieve titel: Waar de Tijgers Thuis Zijn

2,0
Op zowel de achterflap als de cover buitelen de superlatieven om het boek mee te duiden om elkaar heen. Vergelijkingen met literaire grootheden als Haruki Murakami, David Mitchell en Umberto Eco hebben me verleid om het boek te gaan lezen. Ironisch genoeg zit daar ook mijn voornaamste punt van kritiek. Ik had namelijk continu het gevoel dat de debutant hier leentjebuur speelt bij zijn eigen helden. Niet op een manier dat er een tour de force ontstaat van zijn kunnen, maar als een continue zoektocht naar een manier om al die verschillende stijlen bij elkaar te kunnen brengen. Het levert een chaotisch boek op zonder kern waarbij ik als lezer maar nooit interesse kon krijgen in de overweldigende hoeveelheid verhaallijntjes.

Laatkomer, De - Dimitri Verhulst (2013)

3,5
Treffend poëtische bespiegeling op de grote vernedering van het ouder worden en daarbij te moeten beseffen dat je niet meer als een serieus mens gezien wordt. Grappig hoe de keuze van Désiré Cordier om dementie te veinzen een soort daad van verzet wordt tegen kleinburgerlijke verwachtingen van de omgeving. Het is de enige manier waarop hij nog contact kan vinden met zichzelf als een aftakelende figuur in een wereld waar de omgeving steeds bezig is om de maakbaarheid van het leven te forceren. De enige manier om terug te gaan naar het vergankelijk mens-zijn is terugkeren naar een onmenselijke staat waar alle waardigheid wordt afgenomen.

Ik zie dit dan ook vooral als een filosofische bespiegeling op het maakbaarheidsdenken in de moderne tijd, waarbij er iets verloren is gegaan in het idee dat vergankelijkheid en verval bij het leven horen. De manier waarop we met onze ouderen omgaan is alsof we ze wegstoppen om maar niet geconfronteerd te hoeven worden dat onze levens niet maakbaar zijn. Désiré verzet zich door die vergankelijkheid zelf op te zoeken door daarbij actief tegen het moderne maakbaarheidsdenken in te gaan.

Ladies of Grace Adieu and Other Stories, The - Susanna Clarke (2007)

3,0
Haar debuutroman Jonathan Strange & Mr Norrell smaakte naar meer door de geslaagde kruisbestuiving tussen fantasy, period piece en een snufje horror. In navolging op dat lijvige meesterwerk is er nu deze bundel met enkele korte verhalen van haar hand. De meeste van de verhaallijnen vullen de oorspronkelijke roman aan of bieden een nieuw perspectief op de wereld van de Fairy. Het is best een smakelijke mix geworden van haar typerende stijlvorm, maar over de gehele linie is het niveau minder dan in de voorganger. Grootste struikelblok is dat haar gedetailleerde schrijfstijl helemaal niet tot zijn recht komt in korte verhalen, die nou eenmaal rap naar een pointe moeten worden geschreven. Het voelde bij mij dan ook heel erg aan alsof het een moetje is geweest om te schrijven voor de uitgever, zo in afwachting op het volwaardige vervolg van haar debuutroman ( dat overigens wel gepland staat! ).

Ladrilleros - Selva Almada (2013)

Alternatieve titel: De Steenbakkers van El Chaco: Een Onmogelijke Liefdesgeschiedenis

4,0
De patriarchale bouwstenen voor wantrouwen en zelfhaat. Of hoe de ruwe mannen in 'De Steenbakkers van El Chaco' (2013) uit hetzelfde cement lijken te zijn gesmeed als de stenen die zij opleveren. Harde en onwrikbare mannen; hun enige momenten van tederheid of zachtheid richting hun echtgenotes, terwijl hun zoons de volle lading krijgen wanneer zij uit hun patriarchale rollen stappen. De vrouwen van El Chaco zien met lede ogen aan hoe weinig hun mannen in staat zijn om op een gezonde manier met elkaar te communiceren. Centraal in de roman is de familievete tussen de Miranda's en de Tamais als een noodlottige vervloeking zonder doel of reden. Op het eenzame sterfbed van zowel Pájaro als Marciano trekken bitterzoete herinneringen voorbij aan hoe de twee jongens - eerst als vrienden, daarna als geliefden - een verboden verbond smeedden om tegen hun vaders in te gaan. Toch zijn zelfs deze bevriende zoons op het punt gekomen dat zij elkaars bloed vergoten. Met 'De Steenbakkers van El Chaco' (2013) schreef Selva Almada een magisch-realistische familiekroniek in de geest van Márquez. Het begint wat stroef door de grote hoeveelheid personages en tijdssprongen, maar het helpt dat Almada met minimale karakterschetsen vrij direct raakt aan de psychische pijn van haar personages. Het effect is een ingetogen tragedie over zoons die meer op hun vaders lijken dan ze zelf willen toegeven.

Lammeren, De - Mustafa Kör (2007)

3,5
Het kan Mustafa Kör niet verweten worden dat hij een gebrek heeft aan pretenties voor zijn debuutroman; in poëtisch Nederlands beschrijft hij, behalve, een man die in strijd is met zijn Turkse achtergrond en zijn Vlaamse identiteit - wie is hij? Volgt hij de ratio van het Westen, of juist het gevoel van het Midden-Oosten? - ook nog eens een bespiegeling op de liefde vanuit de wijsheden van het soefisme. Een geroutineerde schrijver zal om minder steil achterover slaan. Toch lukt het de debutant zeer wel om de complexe aard van de roman om te zetten in een vloeiend geheel. De roman lijkt in eerste instantie te bestaan uit warrige fragmenten, maar in het laatste deel komen de losse eindjes bij elkaar en begint het bij de lezer te dagen waar al het voorgaande tot doel had. Dan pas ontstaat er een beeld van hoe groots en allesomvattend de thematiek van het boek eigenlijk is. Minder imposant is het gebruik van een liederlijk Nederlands dat soms te dicht tegen de pathetiek aan schuurt.Het boek staat dan ook bol van de kromme zinnen die uit hun voegen barsten van de pretenties maar zonder dat ze op zichzelf nou zo mooi zijn. Misschien ook een kwestie van smaak, want ik verkies het subtiele gebruik van taal boven pretentieus - doch in de kern volstrekt hol - taalgebruik.

Landed - Tim Pears (2010)

4,0
Ik twijfel een beetje tussen 3* en 4* maar ik rond hem toch naar boven af omdat het boek mij weer haarscherp toont waarom ik ooit zo'n fan van deze schrijver ben geworden. Voor mij is het de Engelse equivalent van Kees van Beijnum: proza dat het dagelijkse leven zo weet te beschrijven dat het een zekere schoonheid gaat krijgen.

Dit boek doet sterk denken aan het werk uit het begin van de carriere van Pears (In the Land of Plenty en In the Place of Fallen Leaves) omdat het weer in geuren en kleuren het rurale Engeland beschrijft. Hoofdpersoon Owen is een prettige figuur die enerzijds meelijwekkend is maar anderszijds ook een zeker charisma heeft. Hoewel zijn acties buitengewoon dom zijn als je het sec bekijkt, ga je er van begin tot eind in mee. Zijn keuze om zich te distantieren van alles dat met beschaving te maken heeft is er een die relief krijgt in zijn eigen beschadigde jeugd. Daarom is er ook veel aandacht voor landschapsbeschrijvingen die tegelijkertijd correleren met de innerlijke worsteling van Owen tot op het punt dat hij zelfs sterft in een sneeuwstorm en verdwijnt in het niets

Wat mij betreft gaat het over een vader die krampachtig probeert om zijn dierlijke instinct (het verzorgen van de kinderen) tot in het extreme probeert door te zetten en zo juist een schadelijke factor voor hen gaat vormen. Zijn queeste terug naar de plek van de geboortegrond -waar Owen zelf ooit geborgenheid en veiligheid heeft gevonden in zijn eigen kindertijd - is eigenlijk in niemands belang behalve de zijne. Dezelfde kinderen hebben echter een onschuldige loyaliteit naar hun vader toe. Tegen beter weten in, want op een bepaald punt beseffen zij dat de moeder buiten beschouwing zal blijven en toch besluiten ze hem te blijven volgen. Er zit een soort paradoxale schoonheid in die klik tussen vader en kinderen die diep ontroert.

Lang Tuteng - Jiang Rong (2007)

Alternatieve titel: Wolventotem

4,5
Mooie mijmerende roman over hoe de natuur zijn eigen balans in de dingen heeft gevonden, maar hoe wij mensen daar continu een inbreuk op doen. Het leest prettig weg als een soort thriller door de gedetailleerde beschrijvingen van de constante strijd tussen de mongolen en de wolven. De beeldende schrijfstijl maakt dat je als lezer echt de afschuwelijke wreedheid en de immense schoonheid van de steppen voor je kunt zien. Een punt van kritiek is dat de menselijke karakters steevast een bepaalde positie innemen qua mening, om zo het verschil tussen de mongolen en de Han-Chinezen extra te benadrukken. Dat had voor mij iets subtieler gemogen, nu voelt het een tikkeltje karikaturaal.

Lange Dagen - Pia de Jong (2008)

3,5
Sterk debuut. De tragiek van de twee kinderen (Steven en Eva) die niet meer veilig zijn binnen hun disfunctionele familie wordt mooi tot een climax gebracht middels de levensgevaarlijke reis naar Lapland. Zo wordt in het onherbergzame landschap nog meer benadrukt hoe de vader en de moeder zich aan de buitenwereld proberen te onttrekken en de kinderen daarmee ernstig beschadigen.

Met een nuchtere soberheid in haar schrijven schetst Pia de Jong de levensgevaarlijke situaties vanuit het perspectief van de puberende Eva. Op deze manier krijgt de lezer inzicht in het dubbele van hoe dit meisje aan de ene kant veiligheid zoekt bij haar ouders, maar aan de andere kant ook bemerkt dat haar ouders haar niet altijd kunnen beschermen, of die soms zelfs juist de bron van het gevaar zijn. . Minder fraai is de continue herhaling van emoties en gedachtes die op een bepaald moment niks meer toevoegen aan het verhaal. De continue fantasieën en herinneringen naar haar vriendin Madeleine, die wel het leven heeft dat zij zo graag zou willen hebben, begint tegen te staan en leidt af van de verstikkende sfeer op de toendra.

Langverwachte, De - Abdelkader Benali (2002)

2,5
De knul heeft een grappige manier van schrijven, maar het voelt ook een tikkeltje gekunsteld hip en geforceerd aan.

Last Man in Tower - Aravind Adiga (2011)

Alternatieve titel: De Laatste Man in de Toren

3,0
Ik was buitengewoon benieuwd naar deze tweede volledige roman van Aravind Adiga omdat ''The White Tiger'' een enorme impact op mij had. Deze tweede roman borduurt verder op het concept van een India waarin iedereen hard moet knokken om te kunnen overleven en waar de moraal soms ver is te zoeken. Maar was er in ''The White Tiger'' echt een duidelijke protagonist vanuit wie we die survival of the fittest meemaakte; hier ligt het perspectief bij zo'n beetje een hele flat. Het maakt de roman een verwarrende kluwen van Indiase namen waarbij het moeilijk is om je in te leven met de karakters afzonderlijk. Uiteindelijk heeft deze roman dus bij lange na niet de punch die zijn debuutroman wel had.

Last Night in Twisted River - John Irving (2009)

Alternatieve titel: De Laatste Nacht in Twisted River

3,5
John Irving lijkt zich de laatste tijd als een soort handelsmerk neer te willen zetten als een literaire equivalent van de McDonald's of KFC. Zijn recente romans bestaan voornamelijk uit de thema's die hij al eens eerder de revue heeft laten passeren. Als lezer is her duidelijk wat voor soort ervaring er gaat komen.

Weer volgen we de levensloop van een jongeman die lijdt onder het verlies van een moeder en die zeer liefdevolle gevoelens ervaart naar de overgebleven ouder. Andere karakters in zijn leven zijn buitengewoon uitgesproken in hun meningen en vormen hem tot de mens die hij gaat worden. Zijn eerste seksuele ervaringen zijn natuurlijk met oudere vrouwen en vrouwen die hem in de steek laten. De maatschappelijke ontwikkelingen (Vietnam-oorlog, de veranderende moraal) gaan een rol spelen in het leven van het karakter en het dwingt hem om -via het schrijverschap- te zoeken naar de eigen identiteit. Het noodlot hangt als een zwaard van Damocles boven de karakters en het blijkt dat het lijden van de mens aan elkaar hangt van de toevalligheden. En dan heb ik het nog niet eens over open deuren als de vele verwijzingen naar beren en honden, ook een terugkerend thema in al zijn eerdere werk, en andere vondsten die maar terug blijven komen.

Het boek ademt in alles dan ook John Irving uit, en juist daarin zit hem ook weer zijn kracht. Want hij presteert het, toch weer om me mee te nemen in de wereld van zijn verbeelding. Het zijn vooral de volstrekt unieke karakters die hier de roman dragen. Zelfs de meest onbenullige bijrol wordt voorzien van een psychologisch kader en wordt tot op het bot uitgediept. Het is dat vakmanschap waarmee de schrijver wederom een paar prachtige situaties neer weet te zetten. Van de verdrinking van de protegé van Ketchum tot de baby die net niet wordt aangereden, en de naakte reuzin die uit de lucht komt vallen. Het helpt dat de schrijver een ontzettend sterk oog heeft voor het neerzetten van een absurde sfeer en die tegelijkertijd zo weet te brengen dat je erin mee gaat zonder eraan te twijfelen.

Wat mij trouwens wel tegenvalt is het a-politieke dat in zijn werk is geslopen. Het lijkt wel alsof Irving, net als het karakter van Danny Angel dat hij beschrijft, zich niet meer bezighoudt met de politieke ontwikkelingen van deze nieuwe wereld. Een bewuste keuze, maar een die wel als een zwaktebod aanvoelt. Ik wacht nou al een tijdje op The World According to Garp, of, A Prayer for Owen Meany die vlijmscherp onze huidige wereld weet te raken. Maar in plaats daarvan grijpt hij maar continu terug naar een voorbije tijd die hij allang tot leven heeft gebracht in eerder werk.

Later - Stephen King (2021)

3,5
Van jonge mensen en de nare dingen die komen gaan. In een goed boek van Stephen King is de horror meer existentieel van aard dan louter de aanwezigheid van paranormale krachten of spookverschijningen. Of zoals in 'Later' (2021) Jamie's vermogen om te communiceren met de doden bijna een banale en alledaagse werkelijkheid blijkt. Zijn gesprekken met genenzijde geven zelfs een prettige voorspelbaarheid, omdat goed en kwaad heerlijk overzichtelijk zijn uitgekristalliseerd en de doden om die reden niet in staat zijn om te konkelen of te liegen. Maar dan verschijnt er een duistere kracht op zijn pad die álles in een ander perspectief plaatst en hem ermee confronteert dat de mensen die hij liefheeft lang niet altijd het beste met hem voorhebben.

Met 'Joyland' (2013) nog vers in het geheugen was ik ietwat huiverig voor een herhaling van zetten als een soortgelijke mengeling tussen coming-of-age en pulperige neo-noir. De twee werkjes hebben inderdaad met elkaar gemeen dat een volwassen verteller melancholisch terugkijkt op het verlies van onschuld in die vormende jaren. Toch wijken ze af door de speelsheid waarmee 'Later' (2021) vooral de humor benadrukt van spookverschijningen die alleen Jamie kan zien. Op een gegeven moment wordt het welhaast meta als een spookschrijver (in de meest letterlijke zin) moet helpen om een onafgewerkt manuscript af te ronden. (Ergens vraag ik me af of Stephen King als een plaagduiveltje verwijst naar de geruchten dat hij zijn boeken niet meer altijd zelf schrijft!?) 'Joyland' (2013) heeft mijn voorkeur door die fantastische sfeersetting, maar in grote lijnen doet 'Later' (2021) er zeker niet voor onder.

Layali alf Layla - Nagieb Mahfoez (1981)

Alternatieve titel: Arabische Nachten en Dagen

4,0
Voor mij één van de minst toegankelijke boeken van Mahfouz. De meest voor de hand liggende reden is de narratieve constructie waarbij het bestaat uit een reeks losstaande verhalen, maar die allemaal weer samenhang met elkaar hebben. Het helpt dan niet mee dat de ingewikkelde Arabische namen niet helemaal tot de verbeelding spreken. Moest iets te vaak terugbladeren om te achterhalen wie ook alweer wie is. Daarnaast lijkt het ook heel specifiek naar een historische en maatschappelijke context te verwijzen die ik als buitenstaander niet helemaal kon doorgronden.

En toch wist het mij te intrigeren. Het heeft een beetje de ironische knipoog en de speelsheid van De Midaksteeg, maar het heeft ook het controversiële en het ambitieuze van Kinderen van Gabalawi.. Heb dan ook meerdere malen smakelijk gelachen om het volkse microkosmos van immorele mensen en goddelijke figuren die ze de goede of de verkeerde kant op sturen. Er gaat een soort relativerend nihilisme uit in hoe Mahfouz de wereld schetst als een imperfecte plaats waar je van kan houden ondanks al zijn narigheid.

Leeuwenstrijd: Een Familieroman - Thomas van Aalten (2014)

3,0
Imposant stuk moderne geschiedschrijving aan de hand van vier generaties vader en zonen die zich elk op een andere manier verhouden tot verschillende heersende ideologiëen. Het geeft een soort panoramisch beeld van de veranderende tijdgeest en hoe dingen radicaal veranderen én soms toch weer hetzelfde blijven. Door zijn narratieve opzet van bijna 100 jaar vaderlandse geschiedenis heeft het de ruimte voor verschillende episodes met elk een eigen stijl en sfeer. In negatief opzicht blijven die afzonderlijke stukjes geschiedenis wat oppervlakkig en hadden sommige passages iets meer verdieping verdiend. Daarnaast is het na willen streven van 'de tijdgeest' hinderlijk aanwezig in hoe er bijna dwangmatig naar verwijzingen uit de populaire cultuur wordt gevist om het idee te geven dat het zich in een bepaald tijdvak afspeelt. Dat verhoogt wellicht de herkenbaarheid, maar het is ook wel een beetje makkelijk en voorspelbaar.

Legend of a Suicide - David Vann (2008)

Alternatieve titel: Legende van een Zelfmoord

4,0
Verstikkende en uiterst pijnlijke debuutroman, waarin de disfunctionele relatie tussen een vader en een zoon helemaal wordt uitgeplozen. Sukkwan Island 1 en 2 zijn verreweg het meest indrukwekkend van deze bundel. Het weet zo onthutsend mooi het onvermogen van vader en zoon om nader tot elkaar te komen te koppelen aan de letterlijke vlucht van de beschaving. Moet alweer een tijdje terug zijn dat ik zo boos werd op een personage dat zichzelf en zijn zoon helemaal de vernieling in hielp met zijn slappe gedrag. De pijn en woede die de echte David Vann mogelijkerwijs gevoeld kan hebben wordt schrijnend duidelijk uit het verhaal. Sowieso is de vermenging van autobiografische elementen en fictie hier verrassend sterk gedaan. Dit is een debuutroman die raakt en die zeker uitnodigt om meer werk van Vann te gaan lezen.

Lelystad - Joris van Casteren (2008)

3,5
Heerlijke mix van journalistiek en fictie, waarmee de vele worstelingen van Lelystad een persoonlijk tintje krijgen. Vaak hardop gelachen. Enige puntje van kritiek zijn de nodeloze herhalingen in de laatste delen. Dat had van mij iets chiquer opgelost mogen worden.

Lenins Balsem - Pieter Waterdrinker (2013)

3,5
Waterdrinker heeft een uiterst fijne schrijfstijl: scherp gekozen zinnen, sexy in zijn beschrijvingen van decadentie en het voelt ook een tikkeltje oubollig. Dat past ook goed bij de moreel verwerpelijke karakters die hij bedacht heeft, maar die toch met een zeker gevoel van affectie worden beschreven.

Alles tezamen levert het een mooie kritiek op de huidige maatschappelijke situatie in de Sovjet-Unie, waarbij het gruwelijke van het communisme is ingeruild voor een niets en niemand ontziend kapitalisme. Lenin wordt compleet gedemythologiseerd en neergezet als een ordinaire dictator die qua gruwelijkheid niet onderdoet voor Hitler of Stalin.

Waar Waterdrinker mee de mist in gaat is dat er teveel stukken geschiedenis langskomen die afleiden van de hoofdlijn. Hoewel hij het allemaal weer bij elkaar weet te krijgen, bleef bij mij het gevoel bestaan dat de schrijver verdwaald was in het geschrevene. Veel elementen van de roman worden daardoor niet helemaal uitgediept en blijven wat aan de oppervlakte borrelen.

Lessen in Literatuur - F.W. Korsten (2005)

4,5
Heldere introductie in de ontstaansgeschiedenis van de literatuur en de daaraan gekoppelde basis-principes van de literatuurwetenschap. Misschien net iets teveel technische termen om het aan te raden aan mensen die het niet voor studie-doeleinden moeten lezen.

Letzte Ort, Der - Sherko Fatah (2014)

Alternatieve titel: In Andermans Handen

3,5
'In Andermans Handen' (2014) is zo'n ideeënroman waar grote geopolitiek haar weg vindt naar betekenisvolle personageschetsen. Of hoe auteur Sherko Fatah de gevangenschap van twee mannen met verschillende culturele achtergronden, gebruikt als metafoor voor een 'cultuurclash' tussen botsende ideologieën. De Irakese tolk Osama en de Oost-Duitse archeoloog Albert zijn samen in handen gevallen van jihadistische extremisten en worden steeds opnieuw doorgegeven aan andere groeperingen. Beide mannen hebben weinig meer met elkaar gemeen dan dat ze geen idee hebben over de motieven van hun agressors en of de ontvoering eindigt in vrijlating of executie. Via hun eigen herinneringen proberen beide gevangenen te reconstrueren hoe ze in deze ontheemde situatie terechtkwamen. Bij vlagen is Fatah's kale proza in 'In Andermans Handen' (2014) bloedmooi in de droefgeestige beschrijvingen van dorre landschappen, oorlogsruïnes en het lichamelijke lijden van de hoofdpersonen. Ook krachtig hoe de ontvoerders en hun motieven meestentijds tot een ongrijpbare abstractie blijven. Eigenlijk tot aan een bijzonder gruwelijk slotstuk waarin Osama's eigen loyaliteit met het westen op de proef wordt gesteld. Toch voelt de weinig subtiele uitvergroting tussen Oost en West vergezocht en geforceerd, waardoor Osama en Albert nooit écht tot leven komen als complexe individuen.

Leven en Werken van de Kabouter - Willibrord Joseph Huygen en Rien Poortvliet (1976)

3,5
Het vervolg is beduidend sterker in hoe het de sfeer van de reis beschrijft en de magie van de kabouterwereld vertaald van woorden naar platen . Dit deel is amper door te komen door de encyclopedie-insteekm die maakt dat je het niet voor de lol doorleest. Of je moet echt een kabouterfetisjist zijn.

Levenshonger - Marie Kessels (2021)

2,5
Paradijsvogels in de schaduw van het grootkapitaal. Met 'Levenshonger' (2021) schreef Marie Kessels een zwierig vormexperiment rond een Poolse twintiger en haar mijmeringen over haar toekomst. Het narratief is opgezet als een associatief spinnenweb waarin heden (Elżbieta biedt een luisterend oor aan andere worstelende personages) en verleden (Elżbieta's herinneringen aan die ene verzetsdaad bij vleesverwerkingsbedrijf PerfektKost) door elkaar lopen. De twintiger ontmoet vele kleurrijke sujetten die - net als zijzelf- naar manieren zoeken om los te breken uit de mal van maatschappelijke verwachtingen. Zonder oordeel luistert ze naar deze dromers, idealisten, levenskunstenaars en boven alles sensuele wezens op zoek naar erkenning of genegenheid. Hun oude manier van werken is echter wezenlijk veranderd door globalisering en digitalisering, terwijl verzet ertegen wordt gesmoord door de weinige invloed die individuen nog hebben op het grotere geheel. Wat is het menselijke individu nog waard binnen arbeidsverbanden waarin alles gereguleerd/gecontroleerd wordt door ontmenselijkende systemen?! Ik moet eerlijk zeggen dat ik hele passages van 'Levenshonger' (2021) heb doorgebladerd zonder werkelijk tot me door te laten dringen wat er eigenlijk staat. Het is allemaal een beetje teveel van het goede als overgestileerde vormexplosie vol rijkelijk gelardeerde beeldspraak, raamvertellingen en een veelheid aan maatschappijkritische ideeën. Voor mij persoonlijk klinken de pretenties van de auteur te hinderlijk door in de gekunstelde opzet.

Liefde bij Wijze van Spreken - Yves Petry (2015)

3,0
Literair smachten naar de liefdeloze ander

Op bladzijde 155 van ‘Liefde bij wijze van spreken’ (2015) laat Yves Petry een fictieve uitgever in de roman verzuchten: ‘Homoseksualiteit is misschien een beetje banaal.’ Met deze opmerking probeert het personage Henk zijn liefdespartner Alex Jespers te waarschuwen voor de grillige marktwerking die bepaalt welke onderwerpen verkoopbaar worden geacht en welke niet. Henk vervolgt: ‘Als homoseksualiteit nog een probleem is, dan in elk geval geen interessant probleem meer. En de ander die je daar noemt, is een homo uit China. (…) Evenmin interessant maar tenminste nog exotisch.’ In de dialoog tussen uitgever en schrijver komt de spanning in de roman naar voren: is een homoseksuele schrijver op zichzelf interessant genoeg om autobiografisch getinte boeken te schrijven rond de eigen seksuele geaardheid? Of Is de literatuur het terrein waar de verbeelding het alledaagse dient te overstijgen, terwijl de lectuur voorbehouden blijft aan de inwisselbare ervaringsverhalen!? Hoe literatuur te produceren vanuit een eigen minderheidspositie zonder daarbij in herhaling te vallen of te blijven steken in larmoyant slachtofferschap?

Alex Jespers blijkt ooit te zijn doorgebroken met de historische roman ‘De Wonderbaarlijke Violiste’ over Giacomo Casanova. Een werk dat opvallende parallellen kent met ‘Een Schitterend Gebrek.’ (2003) van publiekslieveling Arthur Japin. Net als Japin wordt Jespers verguisd door literatuurcritici en recensenten, maar is hij geliefd bij een grote schare vaak vrouwelijke fans die zichzelf herkennen in de beperkte vrouwbeelden die hij schetst. Yves Petry deelt met de parallellen tussen Jespers/Japin vileine polemische klappen uit aan de zeemzoete kitscherigheid waarmee Japin zich het gezichtspunt toe-eigent van vrouwelijke hoofdpersonages. Alsof geëtaleerde mannelijke homoseksualiteit het legitimeert om probleemloos te kunnen schrijven vanuit de ervaringen van vrouwelijke hoofdpersonages.

Het centrale element in de roman is een niet-heteroseksuele liefdesdriehoek tussen de verteller Alex Jespers en Jasper en Kristien Fielinckx, de overlevenden van een auto-ongeluk waarbij hun ouders stierven. Net als in het recente ‘Ivanov’ (2016) van Hanna Bervoets worden de betrokkenen niet gehinderd door het gebrek aan enige affectie naar elkaar. Fien heeft in helemaal niemand interesse, die gaat relaties aan met inwisselbare mannen die zij af kan danken als ze te dichtbij haar komen. Toch wenst Fien via kunstmatige inseminatie een kind te verwekken bij Alex, omdat zij wél de innerlijke noodzaak voelt om een kind te krijgen maar niet de wens heeft om één vaste man in haar leven te tolereren. Het gevolg is dat de homoseksuele Alex bij zichzelf te rade moet gaan wat hij moet doen met zijn moeilijk te plaatsen verlangen om deel te zijn van het leven van zijn dochtertje. Jasper is sowieso vertwijfeld over de homoseksuele of biseksuele gevoelens die gefnuikt worden door een gebrek aan wederkerigheid van Alex. Liefde is onbevredigend naar elkaar smachten.

Voor zowel Alex Jespers als Jasper is Fien een onbereikbaar bastion. Ze zien hun passies, verlangens en driften gefnuikt worden door het monsterlijke gebrek aan interesse dat zij toont naar beide heren. Met haar desinteresse, stoïcijnse levenshouding, de wil om zelf de touwtjes in handen te hebben en het gebrek aan ‘vrouwelijke kwaliteiten’ als verzorging en empathie, ondergraaft zij het wankele mannelijke ego van de twee heren. Homo, biseksueel of hetero, allebei de heren projecteren hun eigen verlangens op een vrouw die zo altijd een onbegrijpelijke ander zal blijven. Seksualiteit is wezenlijk anders in de vorming van identiteit dan geslacht, terwijl de heteroseksueel geïnspireerde hokjes nog immer de vooroordelen scheppen waarbinnen liefde en genegenheid tot uiting kunnen en mogen komen.

Terugkomend op de eerder beschreven spanning tussen autobiografie en literatuur. ‘Liefde bij wijze van spreken’ (2015) is zo opgezet dat het leest als een literaire revanche van de fictieve auteur Alex Jespers om vat te krijgen op enkele dramatische gebeurtenissen tussen Alex, Jasper en Fien. Resulterend in een dood en een moordaanslag. Anders dan in 'De Wonderbaarlijke Violiste' spreekt hij nu nauwelijks meer vanuit het perspectief van de vrouwelijke Fien. Jespers neemt zijn eigen herinneringen en vult die aan met gefictionaliseerde indrukken om vat te krijgen op wat zijn ‘vriend’ Jasper bewogen heeft. Fien blijft expres een nauwelijks uitgewerkte schim. Of zij zien haar als een inspirerende muze waarmee beide heren kracht wensen te putten uit haar mogelijkheid om kinderen te krijgen. Of zij wordt verguisd en neergezet als een kenau, irrationeel en onlogisch, die op een haast monsterlijke manier mannen uit haar leven weert.

Het knappe aan de roman is dat het met een wrang-ironische (anti-) liefdesgeschiedenis een fictieve autobiografie vormt die ‘het autobiografische’ in de literatuur ter discussie stelt. Vormtechnisch is het een flink staaltje postmoderne metaliteratuur. Over hoe een schrijver oog moet hebben voor de eigen blinde vlekken vanuit zijn of haar perspectief, terwijl literatuur ook weer niet moet vervallen in gemakkelijke platitudes. Grenzeloze verbeelding als een kracht én een zwakte. Een groot nadeel van dezelfde artificiële opzet is dat de handelingen van de personages geforceerd en onwaarschijnlijk voelen. Ik kreeg zelf nooit een bevredigend antwoord waarom deze akelige personages écht besluiten om langs elkaar heen te blijven draaien, terwijl ze elkaar zoveel ellende en kopzorgen bezorgen. Door het overdreven geconstrueerde van de roman blijven de personages kil en statisch en – nog erger- ontberen ze een logische psychologische gelaagdheid. Ze zijn er omdat Yves Petry ze schetst, maar niet omdat ik zelf in ze ging geloven.

Life at the Bottom - Theodore Dalrymple (2001)

Alternatieve titel: Leven aan de Onderkant

3,5
Ik twijfel tussen bewondering voor zijn snoeiharde culturele analyses en afschuw voor zijn simplistische populisme. Die afschuw laat zit nog het makkelijkst uitleggen. Wat hij steeds doet is zichzelf positioneren als een moreel rechtschapen autoriteit die het recht heeft om over alles en iedereen te oordelen naar hem goeddunkt. Zijn uitgangspunt is dat verschillende takken van de wetenschap zijn doordrongen van een slachtofferdenken over de onderklasse. De culturele elite in de westerse wereld houden systemen in stand waarbinnen hele groepen mensen worden behandeld alsof zij geen eigen vrije wil en eigen verantwoordelijkheid voor hun daden hebben. Dit leidt binnen diezelfde onderklasse tot een collectief zelfbeeld waarbinnen bepaalde gedragingen worden goedgepraat omdat het nou eenmaal bij hun sociale positie hoort.

Daarbij koppelt Dalrymple steeds zijn persoonlijke ervaringen als psychiater met mensen uit die onderklasse aan een culturele analyse over de maatschappij in het groot. Elke mogelijkheid tot nuance in zijn eigen conservatieve en eenzijdige zienswijzen worden weggewoven of beschimpt. We zijn aangekomen bij een cultuur in verval en Dalrymple luidt de noodklok als de enige persoon die ziet dat de westerse samenleving naar de klote gaat. Zijn conservatieve stellingname grenst aan een arrogantie waarmee hij zich het recht toegeëigend heeft om te oordelen over andere mensenlevens, maar waarbij hij niet aan zijn eigen tegenstrijdigheden en onvolmaaktheden hoeft te twijfelen.

Toch is het juist dat consequent doorvoeren van zijn eigen radicale positie die het werk zijn retorische kracht geeft. Hij blijft maar polemieken afvuren waarbij politiek correct denken mee onschadelijk wordt gemaakt. Alles wat je over criminaliteit en volkscultuur als vanzelfsprekend en logisch zou ervaren, wordt genadeloos onderuit getrapt en getoond vanuit een radicaal andere manier om er naar te kijken. Daarmee roept deze denker bij mij naast walging ook een zeker respect op voor de manier waarop cultureel geaccepteerde dogma's ter discussie worden gesteld. Het werk zet met zijn confronterende vorm aan tot kritisch denken over hoe onze westerse maatschappij omgaat met de onderklasse en of er niet een verstikkende werking uitgaat van een beeldvorming die hen al bij voorbaat in de slachtofferrol plaats.

Meer dan alles een pleidooi voor het belang om mensen eigen verantwoordelijkheid te laten nemen over hun leven in plaats van onmenselijke systemen die ons deze verantwoordelijkheid lijken te ontnemen. Een zienswijze die je naar mijn mening goed kunt pareren met argumenten en bevindingen uit wetenschappelijke hoek, maar die op zichzelf wel aanzetten tot belangrijke discussies over wat verantwoordelijkheid nemen in de moderne tijd inhoudt.

Light of Amsterdam, The - David Park (2012)

3,5
Mooie subtiele roman over mensen die tegen de grenzen aanlopen van het contact leggen met hun naasten en die tijdens een stedentrip in Amsterdam aangrijpen om onbesproken onderwerpen te uiten. De verhaallijnen van de verschillende personages zitten mooi in elkaar verweven en pas na het uitlezen besefte ik hoe knap het boek eigenlijk in elkaar zit. David Park is niet een man van het grootse en het lyrische, maar hij blinkt uit in het neerzetten van kleine situaties die een groots effect hebben op zijn personages.

Ook leuk dat ik soortgelijke gevoelens met betrekking tot een recent concert van Bob Dylan herkende in een passage waarin een vader en zijn zoon naar een concert van die artiest gaan. Ik had grootse verwachtingen door de legendarische status van Bob Dylan, maar dan hoor je een oud mannetje dat nog maar een fractie is van wat hij ooit is geweest. Die ontnuchterende deceptie wordt hier beschreven als iets waarbij een personage afstand moet doen van zijn jeugd en moet accepteren dat de dingen nou eenmaal veranderen.

Lightning - Dean Koontz (1989)

Alternatieve titel: Weerlicht

3,0
Vermakelijke pulp, met een grappige twist over de paradox van tijdreizen

Lights Out in Wonderland - DBC Pierre (2010)

Alternatieve titel: Licht Uit in Wonderland

3,5
Meer dan driehonderd pagina´s lang een tirade op het kapitalisme en overconsumptie. Het levert een uitzinnig boek op dat van de ene krankzinnige wending naar het andere hilarische commentaar botst, kruipt, wringt en explodeert. In dat opzicht is het boek net zo overdadig decadent als het kapitalisme dat erin wordt beschreven. Op een gegeven moment wordt het wel een wat eentonig boek omdat de boodschap dan duidelijk is en het maar door blijft etteren. Met de helft van de bladzijdes was het misschien beter tot zijn recht gekomen.

Lila - Marilynne Robinson (2014)

3,5
Eigentijds calvinisme

Ongeveer gelijktijdig met het lezen van Lila ben ik begonnen aan het kijken van de televisieserie 'True Detective' (2014). Die twee werken konden niet verder van elkaar afstaan dan mogelijk, maar voor mij is het extreme contrast mooi tussen religie als een apocalyptische bron van rampspoed en misère tegenover de intieme verteltoon in dit werk. Het is de algemene teneur in contemporaine cultuuruitingen rond geloof om religieuze beleving, zingeving en spiritualiteit te vangen in óf harde religiekritiek en kritisch existentialisme; óf om juist een evangeliserende (soms niet-christelijke) moraal door je strot te duwen. Individuele geloofsbeleving zit in de beeldvorming in huidig tijdsgewricht veelal gevangen tussen hard afzetten tegen of irritante dwingelandij ter vervanging van. Lila vormt daarin een welkom baken van contemplatieve nuance: kritiek noch preken voor eigen parochie.

Wat Robinson hier goed doet, is dat zij de aardse zoektocht van twee door het leven beschadigde personages - titelpersonage Lila en dominee John Ames - vervlecht met kritische lezingen van specifieke religieuze teksten. Terwijl personages zoeken naar hun eigen innerlijke rust, vergeving voor zondes, rouwverwerking en betekenis willen geven aan hun lijden, lezen zij die religieuze teksten door een eigentijdse lens van liefdevolle, humane overdenking. Uit interviews met Marilynne Robinson heb ik begrepen dat zij de, tegenwoordig negatief gekleurde, theorieën van Calvijn probeert her in te vullen door terug te gaan naar de basis. Eerlijk gezegd weet ik te weinig van calvinisme om iets zinnigs daarover te zeggen, maar het levert in ieder geval een genuanceerde roman op waar de religieuze lezing prima kan bestaan naast een aardse lezing. Naast een religieuze dialoog is het net zo goed een intieme dissectie van de relatie tussen een man en een vrouw, die allebei spoken uit hun verleden moeten overwinnen om nader tot elkaar te komen.

Voor een werk met conservatieve ondertonen heeft het een eigentijdse heldin als Lila in de hoofdrol. Haar relatie met dominee John Ames lijkt in alles in patriarchale disbalans te zijn (leeftijdsverschil, sociale positie, verschil in opleiding, anderen waarden aangeleerd tijdens de opvoeding), maar in deze roman vormt zij juist een krachtig tegenwicht aan de weifelende dominee. Haar unieke en anders-zijn is haar kracht, beslist niet haar zwakte. Een levenshouding vanwaaruit zij zich kritisch uitlaat over vrouwonvriendelijke elementen uit het rigide navolgen van bijbelpassages en traditionele Kerkelijke rituelen. Zij eigent zich het christendom toe vanuit haar positie als sterke, onafhankelijke vrouw; waarbij haar dominee steeds de angst heeft dat er een moment komt dat zij zich aan de geloofsgemeenschap zal onttrekken. Het creëert een fijne, gelijkwaardig verdeelde machtsbalans tussen de twee verschillende geslachten.

Hoe erg ik de nuance en het humane wereldbeeld van Marilynne Robinson kan waarderen; het werk begon bij mij óók enigszins te slepen naar het einde toe. Zoveel menselijke goedheid en ruimte tot vergevingsgezindheid levert namelijk niet noodzakelijk het meest spannende proza op. Niet dat het voor mij saai of onuitstaanbaar werd, maar ik merkte stilaan een verlangen dat het plot zich nu eens richting de meer duistere aspecten het leven zou gaan bewegen. Zo'n boek is het simpelweg niet. Dat vind ik op zichzelf een verdienste in een tijdgeest en cultuur, waarbinnen goedheid en religieuze ervaringen zo vaak worden getoond als contrasterend aan elkaar. Eens een nuancerend geluid dat je niet de kerkbanken in probeert te preken.

Lilla Stjärna - John Ajvide Lindqvist (2010)

Alternatieve titel: Wolfskinderen

3,5
Het bovennatuurlijke van zijn vroegere werk is vervangen door bijtende satire, maar zonder daarmee af te doen aan het unheimische gevoel erachter. Wolfskinderen is een boek dat lekker onder de huid gaat zitten, met die vreemde mengeling van ontroering, walging en angst. Het mooist vind ik de gevoelige manier waarop imperfecties en duistere aspecten van de karakters worden getypeerd. Alleen Theres blijft van begin tot eind een mysterieuze figuur, maar ergens maakt haar dat ook zo mooi.

Ook bij mij is de voornaamste kritiek dat het verhaal maar door blijft gaan, terwijl het veel compacter had gekund. Die hele 'kritiek op de muziekindustrie' als een soort hyperbool voor het individualisme en de afzeikcultuur, is wat geforceerd en met de haren bijgesleept. Het had voor mij iets compacter en subtieler gemogen om van dit onderhoudende verhaal een meesterwerk te krijgen.

Ben trouwens wel benieuwd of Lindqvist ooit een boek gaat schrijven zonder horror-/thrillerelementen. Zijn rake beschrijvingen van personages leent zich ook voor andere soorten verhalen.