menu

Hier kun je zien welke berichten RealTom als persoonlijke mening of recensie heeft gemarkeerd.

Geboorte van een Geest, De - Sybren Polet (1974)

Alternatieve titel: De Geboorte van een Geest. Een Kadercollage

3,5
Zoals alle boeken van Sybren Polet staat deze roman bol van de ideeën, associaties en werkelijkheden. En waar nooit het literaire experiment schuwde, gaat hij hier naar mijn smaak wat te ver - in die zin dat de onderbroken kreten en zeer fragmentarische vertelstijl het lezen hinderen. Inmiddels ben ik daar wel aan gewend, maar in De Geboorte van een Geest is het procedé voor mij te ver doorgevoerd.

Toch zijn er tussen alle chaos nog genoeg interessante gedachten op te pikken, die extra op lijken te vallen omdat ze ineens zo helder zijn. Ik noem bijvoorbeeld de opmerking dat het langzamerhand makkelijker wordt om het wiel uit te vinden dan er afstand van te doen, of de suggestie dat een beeld van afval ieder moment door een modern idee bewoond kan worden. Mensen worden steeds afhankelijker van de techniek waarmee ze zich herinneren, en kunstwerken zijn voorwerpen waar mensen betekenis aan geven - zo interpreteer ik het.

De sferische vertellingen over Lokien en Kilo (het blijft vaak vaag over wie het precies gaat, en wie de verteller is) worden afgewisseld met historische documenten die periodes uit de geschiedenis van Amsterdam bestrijken - en dan gaat het vooral om de minder florissante momenten. Met name gewelddadige opstanden en de slavenhandel krijgen veel aandacht. Vooral de slavenhandel wordt heel wringend onder woorden gebracht; Lokien moet een Surinaamse gast ontvangen en verdiept zich min of meer per ongeluk in de wreedheden waarmee Amsterdam rijk is geworden. En ineens staan daar dan vragen zoals je die moet beantwoorden in een boekverslag:

"3. Er kwamen ook minderjarige gemanumitteerden voor, waarvan de ouders nog in slavernij verkeerden. (In dat geval was de voormalige meester voogd.) Op welke wijze zou een dergelijke situatie kunnen ontstaan? Probeer je in te voelen in zo iemand.
4. Probeer je in te voelen hoe iemand als Lokien zich voelt wanneer hij een afstammeling van een bosneger gaat ontmoeten na dit alles gelezen te hebben."

De haast onschuldige droogheid waarmee dit wordt gevraagd...

Verder vroeg ik me nog af of Polet in dit boek een sneer aan Hermans uitdeelt:

"Daarom was een God die denkbaar was nog geen mogelijkheid alleen omdat hij denkbaar was, laat staan een waarschijnlijkheid. Ook een mannetje met negen ogen en drie penissen is denkbaar, maar zelfs geen SF-schrijver zal eraan denken om er zelfs maar een literaire werkelijkheid van te maken. Een denkbare God was alleen maar... denkbaar en stelde niets voor. Wie hem alleen daarom ook een realiteit toekende, al was het maar een literaire, was bang voor zijn eigen mogelijkheden - die hij daarom maar buiten zichzelf projekteerde en verabsoluteerde - ofwel een mateloze megalomaan die zijn eigen denkbaarheden tot mogelijke werkelijkheden of waarschijnlijkheden verhief. (Andere mogelijkheden waren denkbaar, maar hij had er op dit moment geen behoefte aan die te bedenken.)"

En tot slot nog een beetje flauwe humor in een gesprek over 'hulpmiddelen bij het denken' (bijvoorbeeld aan je kin krabben):

"Teo zei: - Vroeger kreeg ik mijn vruchtbaarste ideeën als ik onaneerde en om niet te vlug klaar te komen aan iets anders dacht, in het wilde weg.
- En nou dan, zei z'n vrouw. Of heb je daarom niet zoveel vruchtbare ideeën meer?"

Er is dus genoeg te genieten in deze roman, maar ik vind hem wel Polets minste die ik tot nu toe heb gelezen.

God Denkbaar, Denkbaar de God, De - Willem Frederik Hermans (1956)

3,5
Bizar. Een heerlijk boek om te schrijven lijkt mij, en een aardig boek om te lezen. De fantastische ontwikkelingen zijn niet allemaal even geslaagd, maar de rode draad van Denkbaars zoektocht naar het geheim is toch wel onderhoudend. Evenals Denkbaars naam een interessante vondst is.
Behalve een aantal filosofische inzichten/jes die tussen neus en lippen door van de hand worden gedaan, heeft Hermans er ook wat (flauwe/droge) humor in verwerkt.
Denkbaar heeft een aantal dinosaurusen tot leven gewekt, waaronder: "De Triceratops, [...]placodonten, [...] Allopleuron,[...] Anton van Duinkerken, hoogleraar te Nijmegen; de Mosasaurus van twintig armslengten lengte [...]"

Gouden Tweehoek, De - Sybren Polet (2011)

3,0
Deze verhalenbundel van Polet slaat bij mij toch niet zo aan als zijn romans. Door de Lokienreeks is hij een van mijn favoriete schrijvers geworden, maar met deze verhalen maakt hij die status niet waar.

De gouden tweehoek, De reis naar Osnabrück, Het gepijnigde haar, Ventje en Hatsjepsoet en de babyman, hebben allemaal nog wel iets charmants of interessants waardoor ze boeien. De meeste andere verhalen zijn me echter wat te vaag of bevatten te weinig absurde kracht. Het tweede deel had zelfs weggelaten mogen worden wat mij betreft.

Gyertyák Csonkig Égnek, A - Sándor Márai (1942)

Alternatieve titel: Gloed

4,0
Sterk boek, dat wel een aanloop nodig heeft die mij niet volledig kon bekoren. Het stuk voor de ontmoeting tussen De Generaal en Konrad is natuurlijk nodig om de verhoudingen en de achterliggende levens duidelijk te maken, maar naar mijn idee had het wel iets compacter gekund. In de eerste ongeveer 50 pagina's komt de spanning rondom de vraag wat er precies is gebeurd nog niet echt tot leven.

Toch zijn er ook daarvoor al wat mooie dingen te vernemen, zoals de scène waarin De Generaal ziet in welke omstandigheden Konrad leven, om die laatste aan een carrière te helpen.

Echt op gang komt de roman pas als de Generaal het woord neemt. Prachtig hoe hij rustig de tijd neemt en Konrad beschrijft hoe hij alles ervaren heeft. Hij vertelt zo minutieus, dat ik hem bijna aan wilde sporen om wat sneller tot de kern van de zaak te komen. En dan te bedenken dat het voor Konrad nog wat spannender zou zijn om daar zo tegenover hem te zitten...

Het einde is ook heel verfijnd, eigenlijk is daar nog weinig aan toe te voegen zonder met spoilers te moeten gaan strooien. Er moet natuurlijk nog wel wat onthuld kunnen worden door de roman

In plaats daarvan maar eventjes wat kenmerkende ideeën die het overwegen wel waard zijn:

- "Ik bedoel dat de mensen wel de waarheden kunnen leren kennen en ervaringen kunnen opdoen, maar ze kunnen hun fundamentele geaardheid niet veranderen. Misschien kun je ook niet meer doen in het leven dan met wijsheid en omzichtigheid proberen de realiteit en deze onveranderlijke werkelijkheid met elkaar in overeenstemming te brengen."

- "Ik haat muziek. Ik haat die melodieuze en onbegrijpelijke taal, waarin mensen van een bepaalde soort met elkaar kunnen converseren, ze zeggen elkaar iets buiten de normen en de regels om, ja, soms denk ik dat ze elkaar iets onbetamelijks en immoreels zeggen met de muziek. Kijk maar naar hun gezicht, hoe vreemd het verandert wanneer ze naar muziek luisteren."

- Ik zeg dit niet als een aanklacht; ik heb eerder medelijden met je. Het moet een vreselijk moment zijn wanneer in een mensenleven de verzoeking komt, wanneer een mens het wapen richt om de mens te doden bij wie hij betrokken is, met wie hij een innerlijke band heeft en die hij om de een of andere reden moet doden."

Verder wil ik nog opmerken (in reactie op hdehoon) de monoloog wel als een duel te interpreteren is, als psychologische oorlogsvoering. De generaal vuurt immers een hele theorie en allerlei ideeën op Konrad af, zonder dat hij een inhoudelijke respons krijgt. De een probeert de onderuit te halen met zijn woorden (en door het voor te stellen dat hij vrede heeft met de geschiedenis), de andere gunt hem niet het plezier van een tegenwerping.

Zonder het wat stroeve begin had dit boek misschien een 4,5 gescoord