menu

Hier kun je zien welke berichten eRCee als persoonlijke mening of recensie heeft gemarkeerd.

Oblomov - Ivan Gontsjarov (1858)

Alternatieve titel: Oblomow

4,0
Oblomow is een monumentale roman uit 20e eeuws Rusland, en bijgevolg een geweldig boek.

Het begint allemaal lichtvoetig en met fijnzinnige humor wanneer in de eerste 150 pagina's de merkwaardige levenswijze van onze hoofdpersoon wordt uitgetekend. Boeiend, grappig en soms groots in beschrijvingen. Vooral de scene die over een dag in huize Oblomow verhaalt is fantastisch.
Dan volgt een oververhitte liefdeshistorie, vol grote woorden en gevoelens. Ook hier enkele gedeelten die eruit springen, nu vol van dramatiek. Natuurlijk is het sentimenteel, soms pathetisch, maar dat is het altijd met klasse. Daar komt dan nog de inhoud bij. Genoeg boeiende gedachten en zinnen over leven en liefde te vinden.
Tenslotte is nog het sociaal-maatschappelijke aspect van dit boek te noemen. Onrecht versus rechtschapenheid, met nogal aangezette personages wellicht. Elke pagina, zelfs met de vele wendingen en onlogische handelingen, is echter uiterst geloofwaardig. Gontsjarows personages zijn levend en dus kan hij alles maken.

Klein nadeel, naast dat het drama er zoals gezegd soms wat over is, vind ik de langdradigheid van Oblomow. Verschillende keren had ik het gevoel dat verhaalgedeelten nog maar eens hetzelfde beschreven. Tegenover deze kleine minpuntjes staan gelukkig ook genoeg momenten die uitstijgen boven het niveau 'goed', volop compensatie dus.

Oblomow laat wat mij betreft goed zien dat er een wereld van verschil zit tussen literatuur met stijl en soap. Anticiperend op de mensen die hier blind voor zijn: dit is duidelijk het eerste. 4*

Oceano Mare - Alessandro Baricco (1993)

Alternatieve titel: Oceaan van een Zee

3,5
Mooie beschrijving van dutch2. Ik ben nooit zo'n groot fan van fratsen in de pagina lay-out en zo (misschien een beetje conservatief), maar Baricco doet het wel stijlvol. Oceano Mare is sprookjesachtig mysterieus, kent een handvol buitennissige personages en brengt telkens wat nieuws in stijl en opbouw. Maar, en dat is de grote verdienste van Baricco, het boek blijft in balans. Een intrigerende roman.

Oeuvre au Noir, L' - Marguerite Yourcenar (1968)

Alternatieve titel: Het Hermetisch Zwart

4,0
Zelden is de denk- en belevingswereld van mensen in de Renaissance zo geloofwaardig beschreven als in Het hermetisch zwart. Yourcenar slaagt er geweldig goed in om de moderne lezer terug te werpen naar een periode waarin denken in vrijheid op zichzelf al een subversieve daad is. De hoofdpersoon, genaamd Zeno, is arts, alchemist, wetenschapper, ingenieur, filosoof. Zijn kennis van de wereld is beperkter dan de onze, maar zijn drang om haar te begrijpen gaat veel dieper. Het boek confronteert je met het gemak waarmee wij al die verworven kennis voor vanzelfsprekend aannemen, terwijl er eeuwenlang keihard voor gezwoegd is en velen met hun leven betaalden. Hier gaat vrijheid van meningsuiting over, niet over bagatellen of kleingeestige stokpaardjes.

Er zijn drie delen in de roman, waarvan ik het eerste deel het beste vind. Dit vooral vanwege de verplaatsingen van de handeling over verschillende personages, zonder dat er een strakke hoofdlijn lijkt te zijn. Sterker nog, nadat Yourcenar het eerste hoofdstuk begonnen is met Henri-Maximilien Ligre denk je een tijdje dat dit de hoofdpersoon is. Zeno maakt aanvankelijk bepaald geen sympathieke indruk. Ook diverse bijpersonages worden ineens gevolgd, om dan weer langdurig of volledig uit het verhaal te verdwijnen.

Yourcenar beschrijft het in een prachtige stijl van rijk gestoffeerde zinnen. Een tikje archaisch soms en vrij 'vol', maar zonder dat het pronkerig is. Wat ze heel goed kan is de denkwereld van haar karakters in de lopende tekst integreren, vaak maar in een paar regels en zonder dat je als lezer met de verteller geconfronteerd wordt. Dat is dé manier om deze tijd, de zestiende eeuw, op te roepen, veel meer dan bijvoorbeeld allerlei beschrijvingen van gebruiken, plaatsen of voorwerpen, waarop negen van de tien schrijvers zich zou richten. Het gemak waarmee medemensen worden veroordeeld tot marteling en de dood, compleet doordrongen in de samenleving, en hoe dat je manier van leven beïnvloedt, Yourcenar maakt het inzichtelijk.

Naarmate het verhaal vordert komt de focus steeds meer bij Zeno te liggen, deze vrije denker (een ruime halve eeuw voor Descartes, moet je voorstellen, het zou zelfs nog meer dan een eeuw duren voor Bach geboren werd, om een ander ijkpunt te noemen). Het relativisme en de tolerantie die hij in zijn eigen denkwereld heeft bereikt is geen anachronisme maar een zwaar bevochten leefwijze, die ontzag oproept. Literair wordt het in het tweede en derde deel wel iets minder interessant, omdat niet alleen de vrijheid van de protagonist minder groot is maar ook die van de tekst: de setting alleen al beperkt zich nu tot Brugge. Niettemin blijven er fraaie passages opdoemen, bijvoorbeeld wanneer Zeno toch op pad trekt om per boot het land te verlaten (en zich misschien aan te sluiten bij de watergeuzen en de strijd van Willem van Nassau). Ook het slot is zeer sterk, met als laatste zin: En tot zover kan men gaan in het einde van Zeno.

In navolging van handsome_devil sluit ik af met een leessoundtrack, dat wil zeggen, ik beleefde een momentje van magie toen ik nét een CD met oude muziek van Lassus had opgezet en deze componist vervolgens in de tekst opduikt, omdat een voorgespeeld motet in het hoofd van Zeno blijft hangen. Blijkbaar had Yourcenar zelf een innige band met haar personages, ze leefde met hen als met tijdgenoten, zo schrijft de vertaler in het nawoord, maar hier voelde ik me ook door de eeuwen heen verbonden met dit fictieve karakter.

Oliver Twist - Charles Dickens (1838)

Alternatieve titel: De Lotgevallen van Olivier Twist

3,0
Typisch Dickens: langdradig drama dat er wel heel dick bovenop ligt. Uitermate moraliserend. Zwart-wit.
Ook typisch Dickens: humorvolle beschrijvingen, varierend van lichte ironie tot bijtende spot. Scherpe maatschappijkritiek. Eén brok emotie.
eRCee's Salomonsoordeel: 3*.

Omega Minor - Paul Verhaeghen (2004)

4,0
Groots, om niet te zeggen megalomaan, van opzet, is Omega minor een boek dat graag een meesterwerk wil zijn. Het beste laat dit werk zich wat mij betreft vergelijken met De ontdekking van de hemel, die eenzelfde uitstraling en pretentie heeft.

Als je die vergelijking doordenkt dan wint Mulisch het op het literaire vlak vrij overtuigend. Verhaeghen is bijna meer een wetenschapper dan schrijver, zo krijg je soms het gevoel. Zoals hierboven al is opgemerkt door Zachary Glass zijn de personages die Omega minor bevolken niet 'werkelijk' maar eerder 'kapstokken'. Het meest duidelijk is dit bij de vrouwelijke personages, die bijvoorbeeld vrijwel zonder uitzondering een buitengewone geslachtsdrift ten toon spreiden. Het lijkt haast een doel van het boek om rond elk personage tenminste één gedetailleerde seksscène te beschrijven. Soms is dit zo overmatig dat je wat mij betreft van wat goedkoop effectbejag mag spreken.
De schrijfstijl van Verhaeghen past bij de inhoud, en is tegelijk intellectueel en toch prettig leesbaar. Soms echter schurkt het inderdaad tegen het bombastische aan, met name een alinea vol alliteraties leek me een brug te ver.
De laatste van mijn kritische kanttekeningen betreft de balans. Omega minor gaat met name in het begin iets teveel kanten op. Overigens komt alles aan het einde wel mooi samen, dat moet gezegd worden, maar ik had toch het gevoel dat Verhaeghen zich wat heeft laten meeslepen bij bepaalde gedeelten waardoor enkele passages door hun lengte teveel nadruk krijgen in het grotere geheel van de roman.

Niettemin een memorabel boek, dat onder meer een indrukwekkend beeld schetst van het leven voor een joodse jongen in het Berlijn van Hitler, en ook van de vernietigingskampen. En dat daarnaast een ingenieus spel speelt met de wetenschap omtrent deeltjes en het heelal wat de roman grappig genoeg aanmerkelijk verluchtigt. Misschien wel de grootste prestatie van Verhaeghen is wat mij betreft echter dat hij zijn lezers op dezelfde manier weet onder te dompelen in zijn verhaal als gebeurt bij een kind dat de boeken van bijvoorbeeld Thea Beckman ontdekt. Ik heb vooral de tweede helft zonder moeite achter elkaar doorgelezen (treinvertraging hielp hierbij ook aanzienlijk trouwens). Omega minor is eigenlijk gewoon een spannend, intellectueel jongensboek.

Het is uiteindelijk dit leesplezier dat me over de streep trekt om met enige reserve vier sterren uit te delen. Maar een meesterwerk is Omega minor volgens mij toch niet (en De ontdekking van de hemel is dat wel).

On the Beach - Nevil Shute (1957)

Alternatieve titel: Wacht op Mij

3,5
Het is inderdaad, in aansluiting op wat J.Ch. schrijft, een opmerkelijk droog en gelaten verhaal over het uitsterven van de mensheid. Zo droog zelfs dat ik een deel van het boek niet overtuigd was van de blijkbaar klassieke status. Ja, de verhaalsituatie is intrigerend en het gebrek aan sentiment verfrissend. De personages daarentegen vond ik niet zo bijzonder. Shute hanteert ook een nogal ouderwetse denkwijze als het aankomt op de man-vrouw verhoudingen. Een personage als Mary, het archetype van de brave huismoeder, is ronduit ergerlijk. Moira daartegenover is een stuk beter te pruimen, maar ik mocht haar het meest in het begin, wanneer ze de hele dag aan de zuip is. Wat me vooral simpel voorkwam is de eendimensionale vertelwijze, met veel zakelijke beschrijvingen (de tijdsaanduidingen, de breedtegraden, de handelingen) en dialogen. Daar tegenover staat dat ik het boek met plezier oppakte telkens en dat Shute in de narratieve ontwikkeling uiterst secuur te werk gaat, zonder een uitglijder te maken. Geleidelijk aan werd ik steeds meer in de doemwereld gezogen die On the beach vormt, zelfs tot een mate dat ik aan het eind aan het nadenken was hoe ik m'n eigen sterven zou vormgeven in deze situatie (en op moment van schrijven heb ik dat gevoel nog niet afgeschud; als soundtrack voor deze recensie luister ik naar The wall, dat helpt ook niet echt mee). Dus ja, toch wel zeer geslaagd eigenlijk. Er zat voor mijn gevoel meer in en een meesterwerk vind ik het zeker niet, maar blij dat ik het gelezen heb (dankzij de eerdere recensie hier) en benieuwd hoelang deze gemoedstoestand aanhoudt.

On the Road - Jack Kerouac (1957)

Alternatieve titel: Onderweg

3,0
Met een rotgang ploetert Kerouac zich in dit boek door de jaren '50 en die vaart is meteen de grootste kwaliteit van deze klassieker. Het snelle proza jakkert maar door en door, zonder dat er in de verhaalomgeving wat verandert. On the Road zet daarmee een krachtige sfeer neer en is een mooi tijdsdocument, maar mist mijns inziens op andere gebieden toch wel de boot.

Ondijk/Punt - Barry Smit (2017)

2,5
Mijn mening:

Recensie Literair Nederland

Ik heb de kracht niet om hier nog een separaat stukje te plaatsen, maar voor de luie lezer de slotalinea, die de essentie wel vat:

"Uiteindelijk ontstaat de indruk dat de verhalen en de wijze waarop ze geschreven zijn beter passen bij een script dan bij een roman. De gedetailleerde beschrijvingen vallen eenvoudig te vertalen naar beeld, waarbij spanning kan worden gecreëerd door het toevoegen van muziek en geluid. Voor de romanlezer is het echter doorploeteren totdat de schrijver zover is om zijn kaarten op tafel te gooien. Die kaarten zijn op zich in orde, maar kunnen niet met terugwerkende kracht de vonk steken in de leeservaring."

Ons Mankeert Niets - Willem Jan Otten (1994)

3,5
In tegenstelling tot alle non-fictie die er op geneeskundig gebied verschijnt trok deze roman mij wel aan. Eindelijk eens echte literatuur over dit onderwerp, ook nog van een bijzonder sympathieke schrijver.

Ons Mankeert Niets is een fraaie roman. Otten was, naar ik meen, een maand te gast bij een huisarts om zich te verdiepen in diens rol. Dat is te zien: het boek schetst op een eerlijke en rake manier het doktersbestaan, wat mij zeker aan het denken heeft gezet.

Het verhaal heeft de vorm van een soort publiek verslag (om niet te zeggen biecht) van allerlei persoonlijke en professionele overwegingen van een jonge huisarts, vaak overwegingen omtrent leven en dood. De spanningselementen worden zorgvuldig opgebouwd waardoor het boek voortdurend blijft boeien. Ottens schrijfstijl is rustig, zonder poespas, maar wel zeer treffend.
Het grootste minpunt van de roman vind ik nog de nadruk op erotiek, die een beetje onwaarschijnlijk aandoet.

Verder dus een mooi boek. Extra aanbevelenswaardig voor artsen (in spe). Kleine 3,5*.

Oorlog en Terpentijn - Stefan Hertmans (2013)

3,5
Roro schreef:
Als ik hierboven lees op welke toon anderen erover spreken, dan sta ik toch een beetje te kijken. Het succes ervan is werkelijk overrompelend (mijn exemplaar is van de 17de druk!). [...] Het leek mij soms zo kunstmatig, een beetje maakwerk, net iets teveel “literatuur”.

Hier sluit ik me bij aan.

In tegenstelling tot sommige anderen hier vond ik eigenlijk het eerste deel van Oorlog en Terpentijn het beste. Het geeft een trefzeker tijdsbeeld van de wereld van het fin de siècle, echter niet zoals vaak in algemene zin maar juist heel persoonlijk en zelfs intiem. De wederwaardigheden van de overgrootvader Franciscus en Céline en hun oudste zoon Urbain, verteld door de ogen van (achter)kleinzoon Stefan Hertmans, het is zowel literair als qua emotionele binding wat mij betreft geslaagd.

Deel twee, waaraan het boek denk ik voor een groot deel zijn status ontleent, verplaatst het perspectief naar Urbain zelf en beschrijft zijn leven als soldaat in de Eerste Wereldoorlog. Ondanks deze perspectiefverschuiving gaat Oorlog en Terpentijn eigenlijk nergens aanvoelen als een ooggetuigenverslag. Het draait teveel om de "hoogtepunten" en te weinig om het dagelijks leven op het slagveld. Hertmans is, met alle respect, geen partij voor de groten van de loopgravenliteratuur, ik noem een Remarque of een Barbusse. Ook is er naar mijn idee sprake van enige heldenverering en daar ben ik altijd erg huiverig voor.

Het slotdeel sluit in stijl weer aan bij het begin, maar ik kwam er toch niet helemaal in. De tragiek van het leven van Urbain komt mooi voor het voetlicht en is ook indrukwekkend, maar verder is de afwikkeling gefragmenteerd en de daarentegen gedetailleerde beschrijvingen van schilderijen voegen in mijn optiek niet altijd wat toe.

Een mooi boek dat inderdaad ook mooi geschreven is, maar of dit de jaren gaat overleven valt te betwijfelen. Gelukkig is er ook nog andere oorlogsliteratuur waarvoor dat met zekerheid wel geldt.

Open Society and Its Enemies Volume 1: The Spell of Plato, The - Karl Popper (1945)

Alternatieve titel: De Open Samenleving en Haar Vijanden Deel 1: De Betovering van Plato

Leuk om te lezen vanwege Poppers humane engagement en zijn open manier van redeneren. Het gaat naar mijn smaak iets te gedetailleerd in op Plato (die een fascist blijkt te zijn, wie had dat ooit gedacht...); eigenlijk vind ik de stukken waarin Popper niet analyseert maar eerder een eigen standpunt formuleert interessanter. Die gedeeltes zitten voornamelijk in het begin, derhalve zakt het boek in mijn ogen ook een beetje weg. Deel 2 laat ik denk ik even liggen, The poverty of historicism trekt me meer.

Oppdageren - Jan Kjærstad (1999)

Alternatieve titel: De Ontdekker

5,0
De veroveraar is het slotstuk van de grandioze trilogie over Jonas Wergelund, de fictieve tv-persoonlijkheid die de Noorse natie voorgoed veranderde. Superlatieven schieten tekort voor dit meesterwerk; nog nooit was het woord ‘geniaal’ zo van toepassing op een boek.

Het drieluik begint wanneer Wergelund, de maker van de grensverleggende tv-serie “Denk Groot”, zijn vrouw Margarethe dood aantreft in hun huis. Alles wat volgt staat eigenlijk in dat teken. In drie lijvige romans wordt gepoogd inzicht te krijgen in het leven van Jonas Wergelund. Het laatste boek, De veroveraar, is mijns inziens het beste deel.

Kjaerstad bouwt zijn boek op als een weefwerk of een ingewikkelde fuga van Bach. Hij jongleert met verrassende vondsten, begint dan weer hier en dan weer daar, breekt vertellingen af om iets nieuws te starten en schetst overal verbanden. Op formidabele wijze komt hij terug op een eerder begonnen verhaal, zo gladjes dat je pas na een paar bladzijden denkt: verrek, hoe kwamen we hier ook alweer op. Er wordt gespeeld met het verband tussen chronologie en causaliteit. Continu wordt een andere invalshoek gekozen op de kleurrijke hoofdpersoon te belichten, zowel binnen de vertellingen als in de overkoepelende structuur van het drieluik.

Naast de briljante stijl heeft De veroveraar ook een enorme inhoud. Er komt ontzettend veel andere kunst voorbij, er staan prachtige gedachten en vergelijkingen in. Kjaerstad brengt de hele wereld in verband met zijn boek, hij wil de lezer iets leren en anders laten denken. De boeken over Jonas Wergelund hebben daardoor hetzelfde gevolg als diens tv-serie: ze zijn geestverruimend.

Met 5* dik in mijn top 10.

Orbitor. Aripa Stângă - Mircea Cărtărescu (1996)

Alternatieve titel: De Wetenden

3,5
De Wetenden is het eerste Roemeense boek dat ik gelezen heb. Op Boekmeter staan maar veertien boeken afkomstig uit Roemenie (versus 91 uit buurland Hongarije), dus wanneer een roman uit het Roemeens in het Nederlands wordt vertaald is dat al een kleine bijzonderheid.

De schrijver van De Wetenden, Mircea Cărtărescu, is specialist in de Roemeense letterkunde. Tijdens het lezen dacht ik dat hij wellicht een achtergrond heeft als arts of neurobioloog, want zijn kennis van de (neuro)anatomie en het medisch jargon is indrukwekkend. Cărtărescu beweegt zich met zijn taal door het menselijk lichaam alsof hij een endoscoop bedient die tot op celniveau kan doordringen. Het levert unieke passages op, literatuur zoals ik het nog niet eerder ben tegengekomen. De anatomisch-fysieke benadering vormt om zo te zeggen de bloedsomloop van het boek, omdat het doorsijpelt in zowel de realistisch getoonzette als de veel meer mystieke gedeelten, die in De Wetenden elkaar afwisselen.

Eigenlijk houden de conventionelere gedeelten, waarin de realiteit herkenbaar is, De Wetenden leesbaar. Het mystieke en zelfs transcendente karakter van de roman is er soms wat over. Ik vond het nogal hoogdravend en soms zelfs bijna betekenisloos, vooral omdat Cartarescu weinig belang hecht aan het onderscheid tussen droom en werkelijkheid (binnen zijn narratieve structuur). Met name in het begin maakt dit het lezen behoorlijk pittig en in de laatste vijftig pagina's vliegen de magische vlinders en occulte rituelen je welhaast om de oren. Daarnaast wordt nogal vaak gebruik gemaakt van of gerefereerd aan het Droste effect.

Aan de andere kant past dit alles goed bij de thematiek van De Wetenden, dat tot in z'n vezels een postmodern boek is. Waarheid en werkelijkheid bestaan niet, de wereld is perceptie, ja het eigen bestaan is een bedenksel. Gelukkig is Cărtărescu niet al te druk bezig om dit nadrukkelijk te koppelen aan de rol van de schrijver ten opzichte van zijn personages, zoals al vaak genoeg gedaan is. Hij doet dat overigens soms wel, en voert ook zichzelf op in het verhaal, maar alles vrij subtiel.

De Wetenden is knap geschreven (en ook vlekkeloos vertaald, afgaand op het Nederlands) en het is een bijzonder ambitieus boek. Toch moet ik nog even nadenken of ik me aan de twee andere delen waag. De precisie waarmee Cărtărescu door het menselijk lichaam kruipt met zijn pen is indrukwekkend, maar zijn benadering van de menselijke geest spreekt me minder aan.

Orlando: A Biography - Virginia Woolf (1928)

Alternatieve titel: Orlando

3,0
Naar het mij voorkomt is Orlando een zelfportret van Virginia Woolf. Gevaarlijke valkuil natuurlijk, om de verteller of een personage gelijk te schakelen aan de schrijver, maar in dit geval klopt het denk ik wel. Samen met A room of ones own uit datzelfde jaar (als lezing namelijk uitgesproken in 1928), gaat ze uitgebreid in op de typische Woolf thema's:

Literatuur en leven
Het leven in de geest
De vele identiteiten van een mens
Het stadsleven versus het leven in de natuur
De literatuur over kleine dingen
Vrouw-zijn in een mannenwereld
Alleen-zijn
Jezelf behouden in relatie tot anderen (lees: het huwelijk)


Eigenlijk alles hierin spreekt me aan. Alleen de vorm waarin het in dit geval gegoten is niet. Want Orlando heeft een beetje de stijl van het kolderverhaal en dit subgenre verveelt me nu eenmaal al snel. Ik mis dan toch de verbinding en ontwikkeling van binnenuit die je in een psychologische roman wel kan ervaren. Daarbij is het duidelijk dat Woolf zich op geen enkele manier inhoudt in haar stijl, wat een bont maar ook wat overdadig (vermoeiend?) geheel oplevert. Dus de waarde van Orlando zit 'm in: een beter begrip krijgen van de schrijver Virginia Woolf.

(En die transformatie halverwege is natuurlijk een prachtvondst!)

Os Meus Sentimentos - Dulce Maria Cardoso (2005)

Alternatieve titel: Violeta en de Engelen

3,0
Het verhaal van een dikke vrouw die ondersteboven in haar autogordels hangt nadat ze in slecht weer van de weg is geraakt. Mijn gevoelens luidt de titel vertaald via google translate, wij moeten het echter doen met Violeta en de engelen. Dat is op zich wel jammer, want het engel-motief is al vrij sterk aangezet (dochterlief Dora wordt frequent engel genoemd, en de andere figuur die het dichts bij de hoofdpersoon staat, haar halfbroer, heet Angelo).

Het meest opmerkelijke aan het boek is dat er geen enkele punt in te vinden is. Zinnen worden met komma's aan elkaar geregen van het begin tot het eind. In die zinnenstroom denkt Violeta na over haar leven en leer je haar kennen en haar relatie met haar ouders en dochter begrijpen. Op de achtergrond speelt het dictatoriale verleden van Portugal een rol. Je zou Violeta en de engelen kunnen opvatten als een zeer lang uitgerekte literaire variant van het filmpje van je leven dat zich zou afspelen vlak voor je sterft.

Vanuit deze vorm weet Dulce Maria Cardoso een heel compleet beeld te schetsen, dat is knap. Toch zit de vorm ook een beetje in de weg: het blijft een construct. Iets meer vormtechnische vrijheid zou het een levendiger geheel hebben gemaakt, vermoed ik. Dat Cardoso kan schrijven heeft ze met deze roman echter wel bewezen, dus wellicht dat het bij een andere titel van haar beter uitpakt.

Ostatnie Życzenie - Andrzej Sapkowski (1993)

Alternatieve titel: De Laatste Wens

3,5
Ook wat mij betreft is dit fijne kost. De grootste valkuil van het fantasy-genre, namelijk overdrijving, wordt al redelijk beteugeld door de structuur van op zichzelf staande verhalen rondom de hekser Geralt. Het belangrijkste wat je Sapkowski dan ook moet nageven is dat hij weinig verkeerd doet maar het wel spannend en amusant houdt. Zoals dutch2.0 daarnaast al aangeeft is de vermenging van inspiratiebronnen van allerlei garnituur behoorlijk vermakelijk. Het zijn in mijn ogen niet zozeer genres waar De laatste wens mee varieert, maar elementen uit genres. De Griekse mythologie is bijvoorbeeld niet ver weg, er zijn verwijzingen naar de bijbel, naar Tolkien, en in het vervolg (Het zwaard der voorzienigheid) ook naar de ridderverhalen. Verder is de protagonist mooi neergezet als buitenbeentje met een zweem tragiek en mysterie om zich heen. Wat eveneens geldt voor zijn geliefde. Een lekker boek dus om in te duiken, hoewel mijn hoop dat Sapkowski een brug zou slaan tussen fantasy en literaire fictie niet helemaal is uitgekomen.

Ostře Sledované Vlaky - Bohumil Hrabal (1965)

Alternatieve titel: Zwaarbewaakte Treinen

3,5
Een prachtig verhaal, dat inderdaad in z'n kortheid opvallend compleet is. Van alle mooie situaties die worden opgeroepen zal het beeld van een dienstleider die stationsstempels drukt op een vrouwenachterwerk me, hoewel slechts indirect beschreven, hoogstwaarschijnlijk het meest bijblijven. Op naar meer van Hrabal.

Osudy Dobrého Vojáka Švejka za Světové Války - Jaroslav Hašek (1923)

Alternatieve titel: De Lotgevallen van de Brave Soldaat Svejk in de Wereldoorlog

4,0
Schitterend boek. De brave soldaat Svejk is eigenlijk de Don Quichot van Tsjechie. Heerlijk om te lezen, vooral dankzij de humor in combinatie met de serieuze ondertoon. Met 4* doe ik het werk misschien wel wat tekort.

Otoño del Patriarca, El - Gabriel García Márquez (1975)

Alternatieve titel: De Herfst van de Patriarch

3,5
Erg knap boek van Márquez. Ik schat dat er nog geen twintig punten voorkomen in een hermetische stroom van zinnen, een stroom waardoor je je als lezer alleen maar kan laten meevoeren en die je in zekere zin gevangen houdt. Het is echt moeilijk om een plaats te vinden om het boek te onderbreken, en andersom is het zo dat als je weer begint te lezen je er direct weer middenin zit.
Wat ik verder heel knap vond is het tijdsverloop, die aan de ene kant een bepaalde chronologie bevat maar die aan de andere kant ook naar alle zijden uitwaaiert. Het verhaal is echter verankerd in de bijna onbestaanbaar lijkende dood van de generaal en naar dit punt keert elk hoofdstuk dus ook terug.
De thematiek is zeer boeiend en Gabriel Garcia Márquez slaagt er met verve in om de tragiek van de patriarch inzichtelijk te maken. De dictator is als mens een gevangene van zijn macht en als machthebber gekooid door zijn mens-zijn. Wat overblijft is een zielige oude man die verschrikkelijke dingen doet zonder dat hij goed weet waarom. Ook de hele machinerie van een dictatuur, waarin zaken hun eigen dynamiek krijgen zonder dat de dictator daar eigenlijk nog zelf invloed op heeft, vond ik erg treffend (Alexijevitsj haalt in Het einde van de rode mens een anekdote aan over Stalin die zijn zoon of kleinzoon uitlegt: ik ben Stalin niet, dát is Stalin, waarbij hij op een portret van zichzelf wees).
Zoals mijn bovenbuurman al stelt leest het boek niet heel gemakkelijk en echt groots wordt het ook nooit, hoewel de scènes rondom en ook vooral na de dood van de moeder erg fraai zijn. Verder gewoon een goed boek zoals je dat mag verwachten van Márquez. Dat alle alleenheersers op de wereld dit maar mogen lezen.

Otras Inquisiciones - Jorge Luis Borges (1952)

Alternatieve titel: De Cultus van het Boek en Andere Essays

Wat een vreemde bundel is dit. Dat Borges een enorme kennis had van literatuur en filosofie, eigenlijk van geschreven teksten in het algemeen, is onbetwistbaar. Maar het werd me bij een groot deel van deze essays eigenlijk niet precies duidelijk wat hij nu betoogde. Je krijgt de indruk dat Borges als fanatiek lezer op iets stuit wat hem interesseert, daar dan een korte bespiegeling over schrijft met allerlei verwijzingen, en zo gaat het van stuk naar stuk. De essaybundels van Kundera bijvoorbeeld werken als ik me niet vergis meer vanuit een thema (of auteur) en dan wordt vanuit de inhoud het stuk opgebouwd, wat resulteert in een analyse die je van A naar B brengt. Bij Borges start je bij B en eindig je bij B.

Ook de onderwerpkeuze sprak me vaak niet zo aan: ik denk bijvoorbeeld dat je niet bij filosofen maar bij moderne natuurkundigen te rade moet gaan als je iets wil zeggen over het bestaan van onbezielde dingen en van tijd (zoals in het laatste essay 'Nieuwe weerlegging van de tijd', waarbij Borges nota bene aan het begin opmerkt dat zijn eigen redenering hem niet overtuigt, waarna hij deze bladzijden lang uiteen gaat zetten).

Is er dan niets goeds te zeggen over Otras inquisiciones? Jawel. De schrijfstijl is prettig, met een heldere syntaxis. En Borges heeft af en toe best aardige ideeën. Eén daarvan is dat een goede schrijver zijn eigen voorgangers creëert. Voorbeeld: door het werk van Kafka ga je kafkaeske elementen bespeuren in werken die voor zijn tijd zijn geschreven, elementen die je zonder Kafka niet als zodanig had herkend.
Ook een mooie opmerking, zomaar ergens op een pagina: het origineel doet de vertaling geen eer aan.

Ik moet zeker nog eens wat fictie van Borges ter hand nemen (El Aleph met name), maar er staat me bij dat ik dit vroeger al eens gepoogd heb en dat het toen niet al te veel indruk maakte. De vrees lijkt gerechtvaardigd dat deze gigant van de Latijns-Amerikaanse letteren niet aan mij besteed is.

Otrotsjestvo - Lev Tolstoj (1854)

Alternatieve titel: Jeugdjaren

3,5
Nog wat beter dan Kinderjaren. Niet in het begin, maar vanaf de ruzie met de leraar krijgt het boek veel meer intensiteit. De invoelbaarheid, soms inderdaad herkenbaarheid, zorgen voor een ontroering die ik bij het eerste deel niet voelde. En ik moest tegelijk lachen om de puber Tolstoj die na 'zijn' ontdekking dat je van elke dag in het leven moet genieten drie dagen in bed romans gaat liggen lezen en zich volstopt met honingkoeken. De meesterlijke taalbeheersing van Tolstoj houdt het opnieuw allemaal bij elkaar. Erg goed (kruipt naar de vier toe, maar nog net 3,5).

Otto Montagne, Le - Paolo Cognetti (2016)

Alternatieve titel: De Acht Bergen

3,5
Mooi, jazeker, maar ik had misschien toch nog op iets meer gehoopt. Het is vooral de alpiene wereld die van Le otto montagne zeer aangename en sfeervolle literatuur maakt, waarbij meespeelt dat ik zelf ook een liefhebber ben van deze omgeving (de D-schoenen zullen van de zomer weer uit de kast worden gehaald). Het romangedeelte van het verhaal is daartegen afgezet ronduit conventioneel en ook de stijl is niet echt bijzonder. Sowieso is de pen van Cognetti iets te beschrijvend naar mijn smaak, wat bij natuurscenes prima werkt maar tijdens bijvoorbeeld bouwwerkzaamheden veel minder interessant is. Le otto montagne vind ik uiteindelijk een gemakkelijk verteerbaar boek, maar het heeft geen werkelijke bite. Op het gebied van de bergsport-roman heb ik een weliswaar lichte maar toch besliste voorkeur voor Grip.

Ottsy i Deti - Ivan Toergenjev (1862)

Alternatieve titel: Vaders en Zonen

3,5
Ondanks mijn liefde voor Russische literatuur had ik nog niets van Toergenjew gelezen dan enkele kortverhalen. Vaders en Zonen, wellicht zijn belangrijkste roman, stond daarom hoog op mijn lijst. En het is me goed bevallen. De kloof (of eigenlijk zijn het diverse kloven, wellicht zoveel kloven als er mensen zijn) tussen generaties wordt fraai uitgewerkt, grotendeels tussen de regels door maar soms met scherpe contrasten aan de oppervlakte komend. Ook daarnaast heeft het boek behoorlijk veel inhoud. Wat bijvoorbeeld te denken van een citaat als dit:
"De mens kan alles begrijpen - aethertrillingen en wat er op de zon gebeurt; maar dat een ander mens anders zijn neus kan snuiten dan hijzelf, dat gaat zijn begrip te boven."
Het verhaal zelf kabbelt wat voort, zonder duidelijke hoofdpersoon, zonder duidelijke richting. Dat is wel een klein nadeel. Er zijn mooie passages maar er wordt nergens naartoe gewerkt lijkt het wel. Het eind, waarin nog even kort wordt samengevat hoe het verder gaat met alle personages, vind ik zelfs vrij zwak.
Desondanks een fraai boek waarvan de grootste kracht ligt in de personages. Zo zie ik het graag. 3,5*

Our Man in Havana - Graham Greene (1958)

Alternatieve titel: Onze Man in Havana

3,0
Onze man in Havana is op dit moment het meest bestemde boek van Greene op de site. Ten onrechte, als je het mij vraagt. Het verhaal ligt nogal voor de hand, de schrijfstijl is mat en ook de humor kan deze roman maar niet laten fonkelen. Kortom; het is erg doorsnee allemaal. Greene kan beter, veel beter.

Ourania - J.M.G. Le Clézio (2006)

Alternatieve titel: Urania

3,5
Weer een fijn boek van Le Clezio, hoewel ik eigenlijk niet zo goed weet waarom. Het is, zeker in het begin, tamelijk rommelig opgebouwd en om nu te zeggen dat de personages fantastisch zijn uitgewerkt, nee. Maar Urania heeft wel de kosmopolitische sfeer die het werk van de fransman zo kenmerkt. Dat die sfeer in deze roman ook deels tot stand komt door het bijmengen van lokaal idioom, een wat gemakkelijk procédé, doet maar weinig van de aantrekkingskracht af. Verder is er van een plot of doorgaande lijn nauwelijks sprake maar ontwikkelt het boek zich wel en weet het van begin tot eind te boeien.