In de beperkte ruimte van slechts 84 bladzijden, verhaalt Mak over het troosteloze bestaan van ruim 10 straatverkopers in Istanbul die hun dagen slijten op 'de brug'... en de Turkse cultuur... en de geschiedenis van 'de brug' over de afgelopen paar eeuwen... en de geschiedenis van het land Turkije... en de verscheidene religies... en een hoop quotes van zijn favoriete schrijvers (al dan niet relevant voor het geheel, af en toe lijkt hij vooral te pronken met zijn kennis). Is dat alles niet een beetje veel?
Je krijgt als lezer dan ook van een hoop zaken 'iets' mee, waarmee Mak een totaalbeeld probeert te schetsen, maar hij zich volgens mij beter had kunnen concentreren op het leven van de verkopers.
De Brug komt nu dan ook vooral over als een vluchtig journalistiek / historisch verslag, waarbij de schrijver dankzij zijn eigen venster eigen mening toch niet volledig buiten beschouwing kan laten, en, door de beperkingen van 'het boekenweekgeschenk', onvolledig en ongestructureerd aandoet.
Daarentegen vormt het wel een belangrijk beeld van een andere cultuur, wat, mede door juist de lage drempel van dat boekenweekgeschenk, hopelijk vele mensen aan het denken zet over de benauwende situatie van andere mensen.
Maar... om dat nu cadeau te doen tijdens 'de week van de humor'?
Ik had wat dat betreft liever het verhaal gezien over dergelijke mensen die aan de rand van de overleving zitten, maar zich er doorheen slaat met de broodnodige zelfrelativering? Of iets over de noodzaak van satire?