menu

Hier kun je zien welke berichten the Cheshire cat als persoonlijke mening of recensie heeft gemarkeerd.

Madonna: De Vele Gezichten van een Popster - Hannah Bosma en Patricia Pisters (1999)

4,5
Dit is geen gewone doorsnee biografie, over Madonna's privéleven wordt nauwelijks een woord gerept, of het moet in relatie staan tot haar werk. Enkel aan het begin krijgt haar voorgeschiedenis wat aandacht, maar dat is louter bedoeld ter introductie. Nee, de kunst staat hier centraal, hoewel in het geval van Madonna kunst en kunstenaar onlosmakelijk met elkaar zijn verbonden. I am my own experiment. I am my own work of art, zei ze zelf ooit. Eigenlijk verdient iedere kunstenaar - muzikant, regisseur, beeldhouwer, etc.. - een boek als dit, waarin de kunst objectief bestudeerd wordt en zo eerlijk mogelijk benaderd: Madonna wordt nergens opgehemeld, maar ook niet afgekraakt. Een type boek dat ik iedere muziekliefhebber toewens, of die nu fan is van Bach, The Beatles of Frans Bauer.

Hannah Bosma en Patricia Pisters zijn beide verbonden aan de Universiteit van Amsterdam, Bosma als muziekwetenschapper, Pisters als hoogleraar in de film- en mediawetenschap. Dit boek is het resultaat van hun zoektocht naar de vele aspecten van Madonna en haar werk en de auteurs hopen dat ze de lezer 'andere ogen en oren' kunnen geven en dat hun boek tot andere, nieuwe luister- en kijkervaringen kan leiden, omdat Madonna's werk dat verdient. Natuurlijk wist ik wel af van de meerduidigheid en gelaagdheid in Madonna's werk; de ambiguïteit in haar songteksten (What you need is a big strong hand... make you feel like a queen on a throne) en de fraaie hommages en verwijzingen naar het oude Hollywood (Gentlemen prefer blondes, Metropolis) en beeldende kunst (Frida Kahlo, Tamara de Lempicka) in haar videoclips en concertshows. Toch geef ik eerlijk toe dat dit boek me nog veel meer diepte in haar werk heeft laten ontdekken, met name in de muziek.

Het boek behelst de periode van haar debuutalbum The First Album uit 1983 tot en met haar zevende studio-album Ray of Light in 1998. In dit korte tijdsbestek ondergaat ze opvallend veel gedaanteverwisselingen, van verleidelijke boytoy tot androgyne stoeipoes tot gothic godin. Ook in de muziek vindt ze zich steeds opnieuw uit. De jaren tachtig en het begin van de jaren negentig is in feite één lange aaneengesloten reeks van wereldhits: Who's That Girl, Holiday, Express Yourself, Open Your Heart, Vogue... Catchy popsongs gezongen met Madonna's karakteristieke minnie mouse on helium stem. Velen beweren dat ze haar succes vooral te danken heeft aan haar sexy imago, ik ben van mening dat ze dat vooral te danken heeft aan de eenvoudige lyrics en nursery rhyme-achtige melodieën van haar liedjes. Een nummer als Borderline bijvoorbeeld, zet er in plaats van de originele muziek een speeldoosmuziekje onder, verander de tekst in iets zoets en je hebt een prachtig goed in het gehoor liggend kinderliedje dat je niet meer uit je hoofd krijgt. Bij een nummer als Lucky Star hoeft zelfs de tekst niet aangepast te worden.

Van haar grootste hits brengt Madonna eind 1990 een verzamelalbum uit genaamd The Immaculate Collection, die ze opdraagt aan de Paus: my true inspiration, hoewel het eigenlijk om haar broer Christopher ging, wiens bijnaam 'The Pope' was. De paus had datzelfde jaar de christelijke gemeenschap nog aangespoord haar tour niet bij te wonen omdat, en ik citeer even: 'With the Blond Ambition Tour, satan has been re-released into the world.'
Ter promotie komt de single Justify my Love uit. De pikante videoclip zorgt voor veel ophef en wordt zelfs geband op MTV. Justify My Love behoort wat mij betreft tot Madonna's betere nummers. Het is altijd een vreemde eend in de bijt geweest. Geschreven door Lenny Kravitz, die ook meekreunt op de achtergrond. De basdrum is een sample van Public Enemy's Security of the First World, die op zijn beurt weer is afgeleid van 'The Funky Drummer' van James Brown. Op de cd-single verschijnt de 'Beast Within Remix' waarop Madonna gedeeltes uit het Boek der Openbaringen voorleest: To the thirsty I will give water without price, from the fountain of the water of life...
Justify My Love wordt uitvoerig besproken in dit boek. Om een klein impressie te geven:

Na het intro, wanneer Madonna zwoel en rauw begint te spreken ('I wanna kiss you in Paris'), zijn de twee kwinten uitgebreid tot een zich steeds herhalend patroon van vijf verschillende akkoorden. De eerste twee akkoorden zijn de twee kwinten uit het intro, b-e en fis-cis. Bij ieder volgend akkoord worden er noten toegevoegd aan de kwint fis-cis. Maar in plaats van de open kwint netjes aan te vullen met een consonante terts, worden noten toegevoegd die sterk wrijven en wringen: dissonante secundes en septiemen. De akkoorden worden steeds voller...
Dissonanten moeten opgelost worden in een consonant, dat is de verwachting en het verlangen van het tonaal getrainde oor. En met de oplossing komt de muziek normaal tot rust. Dit is niet het geval in 'Justify my Love': het wrijvende akkoordenpatroon wordt steeds tergend herhaald. Dat is erotisch.


Het zwoele Justify my Love kan gezien worden als kentering in Madonna's muzikale oeuvre, hierna klinkt haar muziek opvallend rauwer en volwassener. Haar werk verschuift als het ware van het 'vaderlijke' naar het 'moederlijke. In de jaren tachtig richt ze haar pijlen nog op de katholieke kerk, de kerk van De Vader én haar vader (Papa don't Preach, Oh Father), met als slotakkoord het autobiografische Like a Prayer. In de jaren negentig laat ze dat los en is er meer ruimte voor het onderbewuste, het spirituele (Secret Garden, Frozen). Deze periode sluit ze waardig af met het esoterische Ray of Light, ze is dan zelf moeder.

Madonna: Like an Icon, the Definitive Biography - Lucy O'Brien (2007)

Alternatieve titel: Madonna: Het Icoon, de Biografie

4,0
In de zomer van 2019 bracht Eefje de Visser het nummer Drowned World/Substitute for Love van Madonna ten gehore in de talkshow M, dit naar aanleiding van het uitkomen van Madonna's 14e studio-album Madame X. Hoewel het niet een van mijn favoriete Madonna nummers is, vond ik haar optreden bijzonder goed. De Visser sprak bovendien vol lof over Madonna en dat kon ik erg waarderen. Helaas trok die onnozele travestiet die naast haar zat alle aandacht naar zich toe en kwam Eefje amper aan het woord. Enfin, van de week dacht ik hier aan terug en besloot ik net als Eefje ook maar eens iets liefs te zeggen over Madonna.

Wat dit boek zo bijzonder maakt is dat het niet geschreven is door een biograaf, een popjournalist of zoiets dergelijks, maar door een fan. Lucy O'Brien is duidelijk geïnteresseerd in de muziek van Madonna, anders dan bijvoorbeeld een Joost Zwagerman of een Camille Paglia, die eerder gefascineerd leken te zijn door het 'fenomeen' Madonna en het bijna nooit over de muziek zelf hadden.
Bij iedere Madonna-era verschijnt er weer een nieuwe plaat en O'Brien beoordeelt de albums, de tracks en bijhorende videoclips op essay-achtige wijze. En nog eens prima geschreven ook, met veel flair en plezier, zoals bij het nummer Frozen: Ze gaat van glad-zoet naar tragisch-ijzig en verandert van vorm als in de video, die 's avonds in de ijzige kou door regisseur Chris Cunningham werd opgenomen in de Mojavewoestijn. In de video vliegt ze door de lucht als een heks met haar kompanen, gekleed in fladderend zwart en met haar lange, zwarte haren wapperend achter haar aan.
Of bij het nummer Dear Jessie: ...een wat zoetsappig slaapliedje voor het dochtertje van Pat Leonard, waarin ze terugkijkt op haar kinderlijke onschuld en een psychedelisch sprookjeslandschap oproept waarin zeemeerminnen en roze olifanten met dansende mannen ronddartelen.

De kinderlijke onschuld die doorklinkt in Madonna's muziek, is misschien wel de sleutel geweest tot haar succes: liedjes die weghebben van kinderversjes, met zo min mogelijk noten, eenvoudige teksten, veel herhaling en een voor iedereen goed verstaanbaar Engels.
Over Madonna's stem is altijd veel te doen geweest. Na haar optreden op het Eurovisie Songfestival kreeg ze bakken met stront over zich heen. Volgens velen bleek ze vals te zingen, nou dat houdt ze dan al een hele carrière vol. Qua vocalen is Madonna uiteraard geen Maria Callas, ook geen Whitney Houston of zelfs maar een Britney Spears of Kylie Minogue. Maar je kunt niet beweren dat haar stem niet uniek is. Honderden Whitney Houstons heb ik voorbij zien komen bij al die talentenshows op tv, maar nog nooit zat daar iemand tussen met een stem als die van Madonna. Haar Betty Boop-stemmetje leent zich wat mij betreft uitstekend voor het popmuziekgenre en trouwens, op plaat klinkt het altijd goed, dus who cares?
Maarten Van Rossem heb ik overigens een aantal keer horen zeggen dat hij Madonna een waardeloze zangeres vindt die volgens hem haar gebrek aan zangtalent compenseert met uiterlijk vertoon, anders dan een Amy Winehouse die hij wel fantastisch vindt en altijd zo gewoontjes is gebleven. Hier wil ik toch even vermelden dat Winehouse zelf ooit gezegd heeft dat ze als kind opkeek naar Madonna en tot haar elfde naar The Immaculate Collection heeft geluisterd.
Maar Madonna zal het geen fluit interesseren wat ze van haar vinden, die heeft al zestig jaar schijt aan kritiek.

Bij het stukje over de door David Fincher geregisseerde videoclip Express Yourself waarin Madonna verkleed als man met monocle de scepter zwaait over een fabriek vol zwetende, gespierde mannen, vergelijkt O'Brien Madonna met een 'bijenkoningin die over haar werkers heerst'. Briljante vergelijking vond ik dat.
Het schijnt dat de schrijfster veel mensen heeft geïnterviewd die nauw hebben samengewerkt met Madonna. Lijkt me sterk trouwens dat muzikanten zó openhartig zijn over hoe een album tot stand is gekomen en wat er zich in de studio allemaal heeft voorgevallen. Hebben die niet zoiets als een geheimhoudingsplicht? O'Brien weet alle details te vertellen en wekt daarmee de indruk dat ze er zelf bij aanwezig is geweest.

Persoonlijk vind ik Madonna op haar best wanneer de muziek wat donkerder en dreigender klinkt, met filmachtige violen en geheimzinnige, golvende melodieën zoals in Easy Ride, Frozen of Messiah (de demoversie!). Liedjes met spirituele, religieuze haast ondoorgrondelijke teksten: Live to Tell, Like a Prayer, Paradise (not for me), met terugkerende thema's als schoonheid, de kracht van het loslaten, de cirkel des levens, zelftranscendentie.. waarin ze diep in zichzelf graaft en haar ziel en zaligheid blootlegt als het ware: Secret Garden, Intervention.. Als in een gedicht van Sylvia Plath of Anne Sexton, die haar werk sterk hebben beïnvloed, naar het schijnt.

Magdalena - Maarten 't Hart (2015)

4,0
Op de achterkant van het boek staat te lezen: 'Hij schildert die verzonken wereld van steile calvinisten in Maassluis met dickensiaans penseel...' en 'een liefdevol portret van moeder en zoon'. Daar ben ik het volkomen mee eens. Vond het, ondanks de tot nu toe lage score hier, een buitengewoon goed boek. Het spookt al dagen door mijn hoofd en dat wil wel wat zeggen.

Hardop gelachen om de opmerking van die buurvrouw: 'Je moeder had een pastorale depressie,' en om onderwijzer Mollema die gefascineerd was door ketterverbrandingen tijdens de Tachtigjarige Oorlog en daar zijn leerlingen smakelijk over vertelde (volgens 't Hart verzon ie er zelf wat verbrandingen bij) en uiteindelijk zelf ironisch genoeg bij een hotelbrand om het leven kwam.
Maar zowat de slappe lach kreeg ik bij het gedeelte over de ark van Noach, want hoe in hemelsnaam is het mogelijk - vraagt een jonge Maarten zich af - dat een dier als een kangoeroe helemaal vanuit Australië met al die zeeën ertussen in de ark is beland?

Zo'n kangoeroe, aldus mijn moeder, kan heel ver springen en was eenvoudig, hier en daar met een extra zetje van God als de afstand wat te groot was, van eilandje naar eilandje gehopt, dus van Australië naar Timor, en van Timor naar Flores en van Flores naar Sumbawa en van...
...
In mijn Bosatlas wees ik haar er later nog op dat de afstand van Australië naar Timor wel erg groot was, en toen zei ze: maar daar liggen allerlei kleine eilandjes tussen die niet op de kaart staan, heus, die kangoeroe kon makkelijk van Australië naar het vasteland van Azië springen.

Mandril en Andere Beesten, De - Midas Dekkers (1996)

Alternatieve titel: Beestenbundel 11

4,0
Weet niet zeker of het in dit boek is, maar deze anekdote van Midas Dekkers wil ik jullie niet onthouden. Het staat in ieder geval in de column 'De Resusaap'..

Deftige dames beledigen je met een naturel waarbij je slechts met je mond vol tanden kunt gaan staan of grof geweld kunt gaan gebruiken - en het laatste doet een brave middenstander niet. Slechts één keer ben ik in zo'n situatie ad rem geweest en ik ben bang dat ik daar nog lang op zal moeten teren. Het was in een supermarkt in Aerdenhout. Terwijl ik mijn winkelwagentje behendig in de rij voor de kassa manoeuvreerde, hoorde ik achter me een bekakte damesstem: 'Pardon, mijnheer, ik geloof dat u voordringt.' En voor één keer viel me het juiste woord op het juiste moment in. 'Als ik me niet vergis,' zei ik, koeltjes omkijkend, 'dringt u al uw hele leven voor, mevrouw.'


Märchen meines Lebens ohne Dichtung, Das - Hans Christian Andersen (1847)

Alternatieve titel: Het Sprookje van Mijn Leven

4,5
Het lezen van dagboeken is doorgaans niet mijn favoriete tijdverdrijf, maar voor Hans Christian Andersen maakte ik graag een uitzondering. Sprookjesschrijver, dat moet wel het zeldzaamste beroep ter wereld zijn. Er leefden in die tijd welgeteld drie (beroemde) sprookjesschrijvers, waarvan twee ook nog eens elkaars broer. Andersen hield gedurende zijn leven als sprookjesschrijver een dagboek bij en schreef vele, vele brieven. Ik las Nooit Rijk, Nooit Tevreden, Nooit Verliefd dat vermoed ik net als Mit Livs Eventyr maar een kleine selectie bevat van het originele materiaal, volgens het voorwoord slechts 3 %. In Denemarken zijn de volledige correspondenties en dagboeken in de jaren zeventig van de vorige eeuw uitgegeven, waar het sindsdien in elke boekhandel te koop is. Het boek dat ik las loopt in elk geval door tot aan zijn dood in 1875.

Hier en daar noteerde Andersen in zijn dagboek Griekse letters en later een +. Dit deed hij vermoedelijk als hij gemasturbeerd had. Tegenwoordig doen we daar niet meer moeilijk over, in de 19e eeuw lag dat natuurlijk heel anders. In de Deense thriller Nattevagten uit 1994 wordt overigens ook aan dit opmerkelijke feitje gerefereerd, als twee vrienden na een avondje stappen onderweg naar huis even stilstaan bij een standbeeld van Andersen.

Andersen reisde veel - op 10 november 1840 ging hij voor het eerst met de trein en was diep onder de indruk van de grote snelheid ervan - en ontmoette door heel Europa veel beroemde persoonlijkheden als Victor Hugo en Charles Dickens. Als zoon van een arme schoenmaker genoot hij van alle aandacht. Ook Nederland deed hij aan: Amsterdam, Den Haag, Leiden, Rotterdam, Deventer, waar het jaarmarkt was en prachtige huizen staan en wafelkraampjes, bij Moerdijk in de trein gestapt naar Parijs.. Nederland, een bijzonder vriendelijke en propere indruk, alle stadjes zien er zeer welvarend uit. Nederland is de idylle van Europa! Niet Zwitserland. Hij verbaast zich wel over het feit dat er in Nederlandse theaters gerookt mag worden.

Andersen noteerde van alles over zijn gezondheid, kleine en grote kwalen, waarbij kiespijn de boventoon voerde. Al in 1925, hij is dan twintig, schrijft Andersen dat hij last heeft van kiespijn, waarschijnlijk een tandvleesontsteking die in deze tijd makkelijk verholpen had kunnen worden. In 1872 komt hier het sprookje Tante Kiespijn uit voort. Een paar maanden voor zijn dood, hij gebruikt dan al morfine, vermoedelijk leverkanker, schrijft hij een zinnetje op wat ik toch wel erg grappig vond: [...] Champagne gedronken, waar ik misselijk van werd. Omgeven worden door idioten is afschuwelijk! wat moet ik niet doorstaan!

Marilyn Monroe: Fragments - Marilyn Monroe (2010)

Alternatieve titel: Ik Ben Alleen

4,0
Eindelijk een boek dat nu eens die andere kant van Marilyn Monroe laat zien.
Naast niet eerder gepubliceerde notities zoals dagboekfragmenten, brieven en gedichten ook
minder bekende maar smaakvolle foto's: Marilyn lezend in Ulysses van James Joyce, Marilyn
zittend op de bank naast de schrijfster Karen Blixen, Marilyn met een boek over Goya, Marilyn
kijkend naar een beeld van Degas...
In een bijlage zijn boeken te zien uit Monroe's eigen bibliotheek: Madame Bovary van Flaubert,
A Farewell To Arms van Hemingway, Once There Was A War van Steinbeck...
Volgens Karen Blixen straalt Monroe tegelijkertijd een tomeloze energie én een soort
ongelofelijke naïviteit uit, iets dergelijks had ze gezien bij een leeuwenwelp die ze ooit
van een inheemse bediende in Afrika had gekregen, ze werd als het ware overrompeld
door die combinatie van onoverwinnelijke kracht en zachtaardigheid (De complete, wilde
natuur van Afrika zat me lief en speels aan te kijken)
.

Ik kan de mensen soms echt
niet uitstaan - ik weet
dat ze allemaal hun moeilijkheden hebben
zoals ik de mijne heb - maar ik ben daar echt
te moe voor. Proberen te begrijpen,
rekening houden, bepaalde dingen zien
waar ik alleen maar moe van word.

Marriage of Heaven and Hell, The - William Blake (1790)

Alternatieve titel: Het Huwelijk van Hemel en Hel

4,5
Prachtige poezie voorzien van eveneens prachtige prenten (duidelijk is te zien dat William Blake
een bewonderaar was van Michelangelo, de ogen van de figuren zijn haast hetzelfde).
Spirituele zinnen die hier en daar op van die oude tegeltjeswijsheden lijken, veel diepzinniger
natuurlijk, dus geen Na Regen Komt Zonneschijn, maar zinnen als:

De doorkliefde worm vergeeft de ploeg

Gevangenissen zijn gebouwd met stenen van Wet, Bordelen met bakstenen van Religie

De vogel een nest. de spin een web. de mens vriendschap.

De kraai wenste dat alles zwart was, de uil dat alles wit was

Indien de leeuw door de vos werd voorgelicht. zou hij sluw zijn.

Denk 's morgens. Handel 's middags. Eet 's avonds. Slaap 's nachts.

De vos veroordeelt de val, niet zichzelf.

Martha Peake: A Novel of the American Revolution - Patrick McGrath (2000)

Alternatieve titel: Martha Peake

3,5
Martha Peake is zowel een historische roman als een gothic novel. Ik moet eerlijk bekennen dat ik vooral aan het begin niet zo'n trek had in dat 'verhalende', maar McGrath schrijft gelukkig op een manier die mij zeer kan bekoren.
Toch kon het op momenten echt te langdradig worden allemaal, al wordt het naar het einde toe steeds beter en raak je nieuwsgierig naar de afloop.
Gelukkig verzandt het plot nergens in voorspelbaarheid.
Het einde van het eerste deel bijvoorbeeld kwam als een complete shock en om één woord zat ik, hoe erg het voorval ook, echt te bulderen van het lachen, typisch McGrath: paardenlul. Afijn je moet het lezen om het te begrijpen. Ik zet het maar even tussen spoilers, anders is het verrassingselement misschien wel weg. Too much information, las ik op Goodreads, hahaha...
Het boek gaat onder andere over nationale mythevorming, maar voor mij gaat het vooral over 'anders' zijn/vrouw zijn in een tijdperk waarin weliswaar geen heksenvervolgingen meer voorkwamen maar stiekem nog veel bijgeloof bestond.

Martien: Van Burgemeesterszoontje tot Kasteelheer - Jan Dijkgraaf (2020)

2,0
Hier vlieg je zo doorheen en dat is misschien maar goed ook.
Niet dat ik iets tegen Martien Meiland heb of het programma Chateau Meiland, vind het eigenlijk best leuk, hoewel de laatste twee seizoenen wat tegenvielen, nou weten we het wel zeg maar.
Het is duidelijk dat de biograaf lange gesprekken gevoerd heeft met Martien en zijn vrouw Erica, ongetwijfeld opgenomen, maar dat hij niet echt de moeite heeft genomen dit alles te verwerken tot een meeslepend levensverhaal. De eerste 40 bladzijdes over Martiens jeugd waren nog het interessants.
Eigenlijk al meteen komt de coming out van Martien ter sprake, op zijn veertigste, wat vrij opmerkelijk is. Zegt zijn vrouw Erica, daarover: 'Later blijkt dat het een homo wordt, daar zit je ook niet op te wachten.' Het? Ik snap wel dat het allemaal letterlijk geciteerd is en dat het in gesproken taal net wat anders klinkt dan in geschreven taal, maar dat kun je als biograaf toch wel even aanpassen?
En dan, Erica weer: "Toen bleef ie gek doen en heb ik gezegd: 'Ga maar naar dat Amsterdam toe. Ga maar kijken."
Dat ze graag een dikke pil als De Tweede Sekse van Simone de Beauvoir leest, daar keek ik wel een beetje van op.
Martien was overigens niet echt een burgemeesterszoontje, maar werd als kind zo genoemd omdat hij altijd nette kleding droeg en netjes sprak.
Zo, en nu weer snel terug naar de imkersdochter.

Mascotte - Gerrit Achterberg (1950)

4,0
Je kunt het je haast niet voorstellen, maar er zitten gelukkig ook beschaafde mensen op Twitter. Van iemand die ik op Twitter heb leren kennen (E. Hendriks heet ze, maar ik noem haar meestal Knorretje vanwege haar avatar) kreeg ik 3 boeken cadeau: Het Verzamelde Werk van Martinus Nijhoff, Narrenwijsheid van J.C. Schagen én De Verzamelde Gedichten van Gerrit Achterberg. Overigens heb ik de naam van mijn hond aan haar te danken, waarvoor ik haar eeuwig dankbaar ben. Toen mijn hond Wolf was overleden stuurde ze me het gedicht 'Hond met de bijnaam Knak' van Jan Hanlo toe dat over het overleden hondje van de dichter gaat en dat vond ik zo'n mooi gedicht dat ik mijn hond ernaar heb vernoemd. Stomtoevallig las Joost Prinsen begin februari het gedicht nog voor in DWDD. Bovendien maakt ze speciaal voor mij, wanneer ze op vakantie in Frankrijk is, foto's van Jeanne D'Arc-beelden in de kerken die ze daar bezoekt, wat ik ontzettend leuk vind.

Uit 'Jeanne D'Arc' (Mascotte):

Kuras, maliënkolder, helm en schild
verborgen haar jonkvrouwlijkheid. De stemmen,
die zij gehoord heeft, hebben het gewild.


Of de eerste én laatste zin in 'Narcissus' (Eurydice): Ik heb mijn lichaam dubbel lief. Of het zeer persoonlijke, aangrijpende 'Kindergraf', dat over het kindje van Achterberg en zijn vrouw Cathrien gaat dat slechts een paar uur heeft geleefd. De gedichten zijn kort en bondig en ogenschijnlijk simpel, maar ze staan als een huis. Gedichten over beroepen (Glazenwasser, Werkster, Tuinarchitect...) of gedichten met natuurkundige, hypnotiserende titels als Electrolyse, Anti-materie, Röntgen, Oreade, Ovoïde, Microben, Isotopen, Kwatrijnen, Einstein...

Uit 'Globe' (Sintels):

Onder het net der sterren
leggen meridianen
zich over parallellen
in lange lege ruiten
tot dichte spinnewebben,


Op het internet foto's opgezocht van Achterberg en wat direct opvalt zijn z'n heldere ogen. Dichter en vertaler Bert Voeten had het over 'zijn laboratoriumblik'.

Meer Verhoeven: Op Stap door de Filmgeschiedenis met Paul Verhoeven - Paul Verhoeven en Rob van Scheers (2014)

4,0
Paul Verhoeven schrijft over zijn favoriete films zoals Stephen Hawking over de sterren; vol hartstocht en met veel kennis van zaken. Maar ook over een gelauwerde film als Der Untergang durft Verhoeven zijn ongezouten mening te geven. Die film noemt hij trouwens 'mislukt'. Wel legt hij helder uit waarom hij dat vindt. Zeer interessant om te lezen. Verhoeven schrijft veel beter dan de gemiddelde filmrecensent, die schrijven vaak zo kleurloos vind ik. Veel Hitchcock en Bergman, regisseurs die Verhoeven bewondert. Toen ik het boek uithad realiseerde ik me wel hoe weinig mooie klassieke films ik tot dusver heb gezien, en hoeveel van die commerciële bagger. Meteen maar bij de bieb een aantal films geleend die Verhoeven in dit boek bespreekt, waaronder Shadow of a Doubt en L'Empire des Sens. Mooie beschouwingen dus, doorspekt met persoonlijke herinneringen, zo had Verhoeven ooit op een deftig dinertje bij Barbra Streisand thuis een aanvaring met de regisseur van The Exorcist, William Friedkin. Tijdens een discussie meende Verhoeven een dialectisch standpunt over het conflict tussen Israël en de Palestijnen naar voren te moeten brengen. Dat kwam hem te staan op: "Dialectics? My ass!" Daarna is de relatie tussen Verhoeven en Friedkin flink bekoeld. Hier en daar wat filmtrivia toegevoegd, onder andere over het appartementencomplex waar Rosemary's Baby zich afspeelt en waar ook John Lennon woonde, tot hij in 1980 door een gek geworden fan bij de entree werd vermoord. Denk niet dar er hierna nog een deel volgt, de laatste film in het rijtje is namelijk het religieuze I Confess van Hitchcock, haha! Volgens Verhoeven was dat de lievelingsfilm van Jan Wolkers.

Meisje van Teteringen en Andere Naamloos Begraven Personen, Het - Theo Jongedijk e.a. (2020)

2,0
Oei, dit was niet al te best.. Moeizaam lopende zinnen die je twee keer moet lezen voor je ziet wat er staat. Zomaar een voorbeeld:
De rechter had ook kunnen beredeneren, kunnen tellen, het verschil tussen een volwassen vrouw en een meisje van tien... in jaren op een hand niet te tellen.
Het onderwerp boeide me echter genoeg om die lelijke zinsconstructies voor lief te nemen. Ben ongeveer van dezelfde leeftijd als het slachtoffer en ik kan me deze moord nog goed herinneren, want ik zat indertijd in Breda op school en kwam iedere dag met de bus door Teteringen gereden.
Het Meisje van Teteringen is gevonden aan de Galgestraat, waar nog een heel andere bloederige geschiedenis aan vastkleeft, wat me altijd intrigeert, dat er op zo'n plek verschillende verhalen samenkomen als het ware. De Galgestraat ligt aan de rand van een stuifzand, dat in feite gewoon deel uitmaakt van boswachterij Dorst (Surae), maar van elkaar gescheiden door de A27 richting Utrecht. Het bestrijkt een aardig groot oppervlak, maar in 1990 had ik er nog nooit van gehoord. Tegenwoordig zijn al die natuurgebieden waar je vroeger geen hond zag inmiddels ontdekt door wandelaars, met of zonder hond, boomknuffelaars, joggers, mountainbikers en godvergeten motorcrossers.
Het stoffelijk overschot werd gevonden op 25 december, maar ze was daar al langs de kant van de weg gedumpt op de 23ste, kun je nagaan hoe weinig mensen er toen in het bos kwamen, daar althans. Het feit dat ze is gevonden op eerste Kerstdag spreekt velen tot de verbeelding, ook de schrijver is erdoor gefascineerd lijkt het wel, hij noemt zelfs een paar BN'ers op die op deze dag jarig zijn, waaronder Armin van Buuren. Geen idee wat die met het verhaal te maken heeft.
Pas interessant en opvallend beter geschreven wordt het als Jolande van der Graaf (misdaadverslaggever) aan het woord komt die haar ongenoegen uit over een rechercheur van het Zeeuwse-Brabantse Cold-Case-team die op geen enkele vraag antwoord wil geven. Ook zet ze vraagtekens bij een eerdere uitzending van Peter R. de Vries over deze zaak, waarin De Vries de moord in verband bracht met een Antilliaanse drugscrimineel. Volgens Van der Graaf heeft het niets met drugscriminaliteit te maken en legt goed onderbouwd uit waarom.
Verder wel goedbedoeld allemaal.

Memoirs of an Invisible Man - Harry F. Saint (1987)

Alternatieve titel: Herinneringen van een Onzichtbare Man

4,5
Op Facebook laatst nog een ontzettend geestige meme gezien die de nieuwe genderneutrale aanspreekvormen voor transgenders op de korrel neemt. Op drie verschillende foto's zie je een jongeman langzaam onzichtbaar worden met daarboven de tekst: Although I was born visible, I now identify as invisible. I am 'trans'parent. My pronouns are who/where.
Wie?/Waar? hahaha..

Na herlezing van H.G. Wells' The Invisible Man kon deze niet uitblijven natuurlijk. Groot verschil met Wells is dat Saint zich veel meer vrijheden kon veroorloven want: 90 jaar na dato, en dan met name wat betreft het thema 'seks'. Want ja, wat doe je als je onzichtbaar bent, dan ga je die lekkere overbuurman of -vrouw bespieden op het moment dat hij of zij zich uitkleedt.
In het eerste hoofdstuk zit al meteen een seksscène, niet dat het boek boordevol seks zit overigens, de protagonist is dan nog zichtbaar, die zo humoristisch eindigt dat ik werkelijk krom lag van het lachen. Ik verwachtte eigenlijk wel dat er meer van dit soort hilarische passages zouden volgen, maar gek genoeg blijft het bij die ene keer. Niet dat de rest van het boek helemaal niet meer grappig is of zo.
De eerste 150 pagina's verlopen vrij traag en gebeurt er vrij weinig moet ik eerlijk bekennen, had met gemak in pakweg 50 bladzijdes gekund, pas wanneer Nick Halloway in New York de herenclub binnenstapt krijgt het verhaal veel meer vaart. Dan wordt het inderdaad genieten van hoe de coole hoofdpersoon in transparante toestand moet zien te overleven als het ware en door enorme gebouwen dwaalt, als in een droom, tot hij deze gebouwen op zijn duimpje kent en vervolgens weer rap verdwijnt en telkens zijn achtervolgers te slim af is.
Geeft ook een mooi tijdsbeeld van de jaren '80: de kantoren, de financiële wereld..

De kat verwijst naar de kat uit de roman van Wells. Ergens aan het einde nog een leuke verwijzing naar Alice in Wonderland: Nick Cheshire.
Mijn exemplaar van dit boek, gekocht op Marktplaats, heeft wel een aardige cover: een figuurtje zit aan een bureau en dat figuurtje is uitgeknipt en dus 'onzichtbaar'. Maar het boek zelf voelt heel akelig aan, heel dik papier, leek wel karton. Daar rook het ook naar: van dat oude karton dat ooit nat is geweest.

Meneer Foppe in Zijn Blootje - Wim de Bie (1994)

4,0
Niemand die zo goed en inlevend vrouwentypetjes wist neer te zetten als Wim de Bie. De bekakte Jet Veenendaal, de op Klazien uit Zalk gebaseerde Berendien uut Wisp, ethica Mémien Holboog... en dergelijken.
Arjan Ederveen misschien, die komt aardig in de buurt, maar die is homoseksueel, dus heeft al een kleine voorsprong.
De wereldvreemde Meneer Foppe is van een heel andere orde, die is in de loop der jaren uitgegroeid tot Wim de Bie's alter-ego, Wim de Bie was eigenlijk heel verlegen.
In dit interview wordt het een en ander duidelijk: Wim de Bie en de media.
Op Wikipedia worden zeven gedragskenmerken van Meneer Foppe genoemd en die slaan wonderlijk genoeg ook allemaal op mijzelf. Een feest van herkenning dus dit boek. Het meegaande, het angstvallig ontwijken van sociale situaties, nog altijd een rooie boei kunnen krijgen van iets wat zich decennia eerder heeft afgespeeld...
De titel verwijst naar de passage waarin Meneer Foppe door een oud fotoalbum bladert en haast gelukzalig herinneringen ophaalt, ook al schaamt hij zich kapot voor één bepaalde foto van hem als kind in zijn blote plasser.
Hier Meneer Foppe met zijn hondje in het bos: Het is lente hè...

Mensenarm Dierenrijk - Hugo Brandt Corstius (2009)

3,5
Interessante visie op de evolutie van de mens. Hugo Brandt Corstius vertelt op buitengewoon grappige wijze hoe de mens door eigen uitvindingen in de verre toekomst geen lichaam meer nodig heeft.

Heel handig, het is alleen zo jammer dat het nog zo lang duurt.

Een zelfde theorie zit ook in de documentaire ´What The Bleep Do We Know!?', maar deze gaat meer uit van het spirituele denken.

Mephisto: Roman einer Karriere - Klaus Mann (1936)

Alternatieve titel: Mefisto: Roman van een Carrière

4,5
Twee weken geleden, vrijdagavond, werd bij de VPRO de eerste aflevering van 'Een bezeten wereld: Nederland tussen de oorlogen' uitgezonden, een zesdelige geschiedenisserie over de jaren 20 en 30. Het thema was 'Danswoede'. Er werden oude zwart-wit beelden getoond van een uiterst sympathieke Josephine Baker die in 1928 een bezoek brengt aan Volendam (!) Op klompen, in Volendamse klederdracht gestoken, doet de wereldberoemde danseres het toegestroomde volk voor hoe je de 'Charleston' danst, een uit Amerika overgewaaide hippe nieuwe dans. Erg grappig om te zien. Een politieagent staat streng toe te kijken of alles wel rustig verloopt, maar de Volendammers vinden het fantastisch, zo'n exotische bezienswaardigheid in hun midden. Totdat, en dat ziet er allemaal heel onschuldig uit verder, Josephine Baker haar wijde rokken optilt én die van een klein meisje en de poppen pas echt aan het dansen zijn in zedig Volendam. Een boze moeder trekt haar kind weg bij de flamboyante ster en de boel lijkt bijna te escaleren. Maar Baker is de flauwste niet en sust de gemoederen door beleefd een diepe buiging te maken naar haar publiek. Het filmpje is overigens gewoon terug te vinden op YouTube.

Toen ik dit zag was ik toevallig net bezig in deze sleutelroman, een herlezing. Dat ik dit een 3,5 heb kunnen geven, ongelooflijk, maar dit terzijde. De onbevreesde, uitbundige Josephine Baker deed me denken aan het personage Juliette Martins, het Duits-Afrikaanse liefje van protagonist Hendrik Höfgen met wie hij een geheime relatie onderhoudt. Wanneer Höfgen zijn entree heeft gemaakt in het hol van de leeuw wordt zijn affaire met de 'Zwarte Venus' hem te heet onder de voeten en moet hij van haar af zien te komen. Onder geen beding mogen ze erachter komen dat hij een verhouding heeft met een negerin, die hem er ook nog eens van langs geeft met een zweep.. Want een zwarte was minstens zo erg als een jodin.

Ergens in het verhaal is Höfgen aan het mijmeren over de onbezorgde kindertijd van zijn echtgenote Barbara (gebaseerd op zijn zus Erika Mann, hier al gezegd), een jeugd die hij zelf nooit gehad heeft. Met een zweem van jaloezie stelt hij zich voor hoe haar grootmoeder haar als kind voorlas uit Dickens en Tolstoj. Dit is best grappig, want hier verwerkt Klaus momenten uit zijn eigen kindertijd in de roman. In zijn autobiografie 'Der Wendepunkt' schrijft Klaus Mann over zijn grootmoeder 'Offi' die op regenachtige zondagmiddagen in Huize Mann in München haar kleinkinderen voorlas uit Dickens (The Pickwick Papers, David Copperfield, A Christmas Carol) en uit de sprookjes van de Gebroeders Grimm. Zijn vader, door zijn kinderen de Tovenaar genoemd, was een liefhebber van de Russen en las zijn kroost voor uit werken van Tolstoj, Gogol en Dostojevski.

Wunderbar!

Mijn Lieve Gunsteling - Marieke Lucas Rijneveld (2020)

1,0
Op Hebban las ik een mening die wel aardig in de buurt komt van hoe ik dit boek zelf ervaren heb. Ik weet, het is bijna als vloeken in de kerk, maar hier staan nog zo weinig recensies dat ik even moest uitwijken naar de concurrent. Mijn welgemeende excuses hiervoor.
De desbetreffende gebruiker aldaar (Frans van Tilburg) haalt een quote aan van Stephen King, de horrorauteur waar ook in dit boek meermaals naar gerefereerd wordt, en nog héél veel andere verwijzingen trouwens, naar popliedjes vooral maar ook naar bekende productmerken, het boek stikt ervan.. Afijn, de quote die de gebruiker aanhaalt luidt: 'Sommige schrijvers schrijven boeken voor hun eigen plezier, anderen schrijven voor het plezier van hun lezers.' Het is een uitspraak waarover gediscussieerd kan worden, want voor wie schrijft een schrijver nu eigenlijk? Maar dat is weer een andere discussie. Volgens deze meneer behoort Rijneveld tot de eerste categorie en daar ben ik het eigenlijk wel mee eens. Alsof, zo zegt hij, Rijneveld het boek geschreven heeft om 'iets kwijt te willen uit haar systeem'. Het heeft allemaal iets zelf-therapeutisch.
Het barst dus van de verwijzingen naar films, artiesten, merken, etc... Zo erg heb ik het niet eerder gezien. Op één pagina: Haribo, McDonalds, Nirvana... Dat stukje over Kate Bush ook, waarin ze dan schrijft dat de zangeres eind jaren zeventig een tv-special opnam in de Efteling bij het Spookslot ter promotie van haar single Wuthering Heights. Typisch zo'n wetenswaardigheid die een normaal mens niet kan weten of hoogstens nog vaagjes herinnert, tenzij je een diehard Kate Bush fan bent. Alsof Rijneveld het toevallig tegenkwam op het internet en het zo bijzonder vond dat ze het maar door het verhaal heeft verwerkt.
De taalvirtuositeit waar Rijneveld zo om geroemd wordt vind ik echt reuze meevallen en zijn de onderwerpen nou echt zo gewaagd en controversieel zoals men overal beweert? Een man van middelbare leeftijd die in de ban raakt van een 14-jarige, wie kijkt daar nog van op? De zinnen zijn zo lang (je verandert de punten gewoon in komma's) dat je tijdens het lezen het gevoel hebt dat je bijna geen adem meer krijgt, alsof je een zuurstofmasker ophebt dat maar half werkt.

Niet aan te bevelen dit.

Moeder en Zoon - Gerard Reve (1980)

4,5
Mijn favoriete dag? Zondag, de dag des Heren.
En dan is het vandaag, 15 augustus, ook nog eens de dag dat we de Tenhemelopneming van Maria vieren, althans in katholieke kringen. Een dubbel bijzondere dag dus en ik ben dan ook zeer dankbaar dat ik op deze feestdag hier op dit fijne Boekmeter iets mag neerkwakken over een boek dat ik de afgelopen week las: Moeder en Zoon van Gerard Reve uit het jaar 1980.
Een dag of tien geleden was ik in de bieb waar ik met dit boek in mijn handen stond, althans met het Verzameld Werk deel 3 waarin deze roman is opgenomen. Aarzelend of ik het boek wel mede zoude nemen, besloot ik het toch weer terug te zetten in de kast, ik had immers al een aardig stapeltje boeken bij elkaar verzameld waar ik wel even mee zoet zoude zijn. Ik liep dus weer de hoge en brede trap af richting begane grond, maar toen ik bijna de laatste trede had bereikt, besefte ik opeens dat het boek, de binnenzijden van zowel de voor- als achterkaft, wel een erg fraaie kleur had: lichtblauw, ook wel babyblauw genoemd.. Wisten jullie trouwens dat de strikte scheiding tussen 'blauw voor jongens' en 'roze voor meisjes' pas dateert van halverwege de 20ste eeuw? In de negentiende eeuw was dit precies andersom. Roze komt van rood en dat gold toen nog als een mannelijke kleur, vanwege de rode uniformjasjes van soldaten. Blauw hoorde bij de maagd Maria en was dus een typische meisjeskleur. De meeste baby's gingen overigens gewoon in gebleekt wit linnen gekleed, dit terzijde.
Mijn aan dwangneurose grenzende obsessie met kleuren stuurde me uiteindelijk die ellendige trap weer op om dat boek te gaan halen.

Afijn, het boek. De zelfironie, wat ik hier al lees, druipt als een brandende kerkkaars van het papier af, maar ik vind Reve met name goed en geestig op momenten dat hij weer zo lekker provocerend bezig is. Bijvoorbeeld als hij in de kerk een jongen bij het orgel ontwaart, van een jaar of achttien, negentien, maar even later als hij diezelfde jongen bij de koffie weer ziet zich opeens realiseert dat hij helemaal geen 18 is, maar dertien of hooguit veertien haha...
Of de seksafspraak met de dertigjarige Otto van D. die hij eigenlijk helemaal niet zo aantrekkelijk vindt en met 'zo'n lijzige nichtentoon' praat.. De erotische scènes tergend langzaam beschreven. Veel woorden nog op ouderwetse wijze geschreven met de letter k: ekstra, konklusie, reaksie...Heerlijk! Crocusbolletje dan gewoon weer met c.

Reve was duidelijk een mysticus en zag God in feite als liefde, niets meer, niets minder.. vooral het vrouwelijke aanbad hij (de maanaanbidder!) God wordt Mens, en dat is een Man; een Mens wordt God, en dat is een Vrouw. (Collega's van God, Joost Zwagerman)
Vond ook wel bijzonder, en dat las ik in de beknopte biografie Levensloop van de schrijver aan het einde van de roman De Circusjongen, ook in dit verzameld werk te vinden, dat hij in 1966, het jaar van het Ezelproces, naar Lourdes is afgereisd in de hoop daar te genezen van zijn drankzucht en zwaarmoedigheid.
Aan het begin van de roman vertelt Reve dat hij op zijn oude school twee broeders tegen het lijf liep bij wie hij een geur van oud golfkarton en vochtige eierdozen gewaar werd. Dan schrijft hij: Hoe konden mensen zichzelf en het beeld van de mens, dat volgens hen toch het beeld van God was, op zulk een wijze geweld aandoen? In het nummer God is Love van Madonna zitten de lyrics If God is love and love is God, then why are we actin' like it's not? Hoewel Reve het anders en vooral geestiger bedoelde komt het in zekere zin toch op hetzelfde neer.

Moffenmeiden. Over Soldatenliefjes, Knippers en Omstanders: Een Geschiedenis in Verhalen - Rianne Oosterom (2019)

2,0
Dit onderwerp fascineert me en daarom meegenomen van de bieb. Helaas is het allemaal wat rommelig opgeschreven; de zinnen lopen niet lekker, het gaat van de hak op de tak, de schrijfster wil duidelijk teveel kwijt, het ene moment wordt er iemand doodgeschoten, dat krijgt 3 regels aandacht, het volgende moment heeft ze het alweer ergens anders over.
Het meest interessant is het hoofdstuk over het waarom van deze eeuwenoude straf. In de tweede wereldoorlog vervulden vrouwen een nieuwe rol, hun mannen moesten gedwongen in Duitsland werken en de vrouwen namen een groot deel van dat werk over. Vrouwen zouden zich bovendien losbandiger gedragen. Kortom er kwam beweging in de vastgeroeste rolpatronen. Volgens genderhistorici Annette Warring en Fabrice Virgili was deze vernedering van vrouwen een poging van mannen om het patriarchaat, dat scheurtjes vertoonde, te herstellen.
De auteur diept het onderwerp weliswaar voldoende uit, maar als ik haar was geweest had ik het veel breder genomen. Dan was ik begonnen bij het bijbelverhaal Samson en Delilah, vervolgens door naar de 15e-18e eeuw waarin van hekserij verdachte vrouwen werden kaalgeknipt, om kwade geesten uit te drijven, om uiteindelijk uit te komen bij het kaalscheren van moffenmeiden. Dan had ik het boek de titel 'Haar' gegeven; het waren sowieso vrijwel altijd vrouwen die deze straf moesten ondergaan. Niet dat de schrijfster de geschiedenis van het kaalknippen onbesproken laat, maar het is heel weinig.
Daarnaast had ik er nog een extra hoofdstuk aan toegevoegd waarin ik dieper was ingegaan op de symboliek van het kort- of kaalgeknipte vrouwenhoofd, in deze tijd, beroemde voorbeelden van vrouwen die zelf de schaar erin hebben gezet...
Zoals Frida Kahlo die in 1940 het doek Self Portrait with Cropped Hair schilderde. Daarop is de Mexicaanse te zien, zittend op een stoel, in mannenpak, schaartje in haar hand, met gekortwiekt kapsel, de vloer bezaaid met zwarte haarplukken. Kahlo werkte aan dit schilderij een maand na haar scheiding met Diego Rivera. Aan de bovenkant van het doek de regel, in vertaling: See, if I loved you, it was for your hair. Now you're bald, I don't love you anymore.
Volgens Connie Palmen 'geeft een drastische verandering in iemands uiterlijk (zoals een kaalgeschoren hoofd) uiting aan onvrede met de eigen identiteit of heeft zelfs een destructieve boodschap waarin de wanhoop doorklinkt van iemand die zijn hele leven beu is, een symbolische zelfmoord'. Waar ik gelijk aan dacht is Britney Spears die zich in 2007 zelf kaalschoor omdat ze overhoop lag met haar management en ruzie had met haar moeder. Iemand als Sinéad O'Connor heeft nooit anders dan een kaalgeschoren coupe gehad, bij haar lijkt het meer op een daad van verzet.
In de cinema is Mia Farrow in Rosemary's Baby wellicht het bekendste geval van een vrouw die zich een ultrakort kapsel laat aanmeten. Haar nieuwe androgyne pixiehoofdje ontlokt bij haar echtgenoot een paar grievende uitlatingen als 'You look like a boy!' en 'You mean you actually paid for it?'.
Er zitten foto's in dit boek van moffenmeiden die in de straten worden vernederd, zeer intrigerend, kan ik úren naar kijken. Een fotoboek met enkel van dit soort foto's, zou ik vast en zeker aanschaffen.

Mol en Andere Beesten, De - Midas Dekkers (1984)

Alternatieve titel: Beestenbundel 3

4,0
Van aap tot zwaan, van mug tot olifant...

Midas Dekkers vuurt in zijn "Vroege Vogels" columns zoveel informatie op je af dat je bij het lezen van de ene column al niet meer kunt herinneren waar de vorige over ging. Nu moet ik wel eerlijk bekennen dat ik eerder een geheugen heb als een zeef dan het geheugen van een olifant.
De olifant! De eerste column in de bonte verzameling beestenbundels (volume I) gaat over de olifant. Elke olifant is een potentiële Titanic. Met olifanten loopt het meestal slecht af. Zeker sinds hun kennismaking met onze soort. Ik ben het met Dekkers eens dat een olifant in Nederland al net zo misplaatst is als een koe in Afrika. Zo'n spirituele reus hoort niet thuis op een braakliggend veldje achter een winkelcentrum ergens in Zoetermeer, maar op de Afrikaanse savanne. Gelukkig is er sinds 2015 in Nederland een verbod op wilde dieren in het circus.
De column wordt eerbiedig afgesloten met het tragische verhaal van Old Mary, een circusolifant die in 1916 tijdens een optocht in Tenessee een trainer doodde. Old Mary werd ter veroordeeld en opgehangen aan een hijskraan. Vijfduizend mensen kwamen naar de executie kijken.

Volgens de overlevering trompetterde ze nog één keer. Heel zachtjes.
Dat is pas circus.

Mooie Seizoen, Het - Kees van Beijnum (2017)

2,5
Uit! Gisteravond de laatste 30 bladzijdes gelezen, die bijna als een overwinning voelden, daar ik in september al aan dit boek begonnen was. Ik heb dus langer dan een kwartaal over dit boek gedaan, wat ook wel te begrijpen valt want anders dan de titel doet vermoeden was het in literaire zin helemaal niet zo'n mooi seizoen. Het is namelijk niet zo'n heel goed boek.

Er worden drie (hoofd)personages ten tonele gevoerd: Christian, een oud-leraar en zoon van een rijke filmproducent die in de villa van zijn aftakelende vader is gaan wonen, Bea die als gezinscoach probleemgezinnen ondersteunt en te maken krijgt met de verdwijning van een kind (dat loopt gelukkig met een sisser af, maar wel met een heel ongeloofwaardige sisser) en ten slotte haar gekwelde puberzoon Arno die eigenlijk nergens bij hoort en droomt van een leven als Steve Jobs.

Het zogenaamde 'vriendenclubje' van Arno gebruikt een straattaal die veel te gekunsteld overkomt, alsof Van Beijnum ergens op straat bij een groepje jongeren is gaan staan en met een taperecorder hun gesprekken heeft opgenomen. Pussyboy, dat vond ik dan wel weer heel grappig. Het heeft meerdere betekenissen maar hier wordt het bedoeld als 'zacht eitje, mietje'... Ted is such a pussy boy fleeing whenever there is danger or drama, or even a spider! (bron: Wiktionary) Eigenlijk ben ik ook een soort van pussyboy, wat betreft mijn gebruikersnaam en mijn aantrekkingskracht op katten.

De beste vriend van Arno heet Pablo. Tenminste, hij beschouwt Pablo min of meer als zijn beste vriend. Ik vind het altijd een beetje raar als er iemand in een boek voorkomt die net als ik Pablo heet. In 'De Celestijnse Belofte' zit ook een Pablo, maar dat is sowieso een raar boek. De Pablo in dit boek is in ieder geval de hele dag door stoned en woont samen met zijn hippie-ouders in een oude munitieopslagplaats.

Bea die een bezoekje brengt aan een van haar probleemgezinnen, dat vond ik nou wel leuk, maar op enkele van dit soort passages na is het boek is vrij saai te noemen; de hoofdpersonen zijn nogal oninteressant, met name hun gedachtes. De schrijver draaft daarin veel te ver door. Een simpele gedachte kan soms wel zo'n vier bladzijdes beslaan. Het verhaal rond dat vermiste kind had ongetwijfeld iets spannends op kunnen leveren, maar daar wordt maar weinig mee gedaan en Van Beijnum raffelt het snel af. Hetzelfde met de kat van Bea die vermist wordt, aan het begin van het boek krijgt dat nog wat aandacht, maar op een gegeven moment kraait er geen haan meer naar.

Wel geestig was het stukje dat Arno in een luxe bad zit in de villa van Christian en dan wordt gebeld door een vriend die hem vraagt: "Waar hang je uit?"
Zegt Arno: "Ik lig in een bad met gouden kranen."
Zegt die vriend weer: "Je blowt teveel."

Moord Die Nooit Mag Verjaren en Andere Minireportages, De - Peter R. de Vries (2002)

1,5
Dit boekje van Peter R. de Vries maar weer eens (vluchtig) doorgelezen. Ik dacht dat ik het jaren geleden bij het oud papier had gedaan, maar tot mijn verbazing stond het nog in mijn kast. Peter is nogal vol van zichzelf. Wat mijn voorganger al aanstipte, het boek puilt uit van zinnetjes als: In mijn tv-uitzendingen... Al menigmaal heb ik verslag gedaan... In de loop der jaren heb ik honderden moordzaken onderzocht of belicht... Als ik eenmaal aan een zaak begin, laat ik 'm niet gauw meer los... Mijn tv-programma is weer begonnen... Pfff... het televisieseizoen 2000-2001 zit er weer op... Het is al meteen raak bij de eerste zin van het voorwoord: Hoewel ik voor de jongste generatie Nederlanders vooral tv-detective ben, beschouw ik mezelf toch in de eerste plaats als schrijver. De Vries is allerminst een detective natuurlijk; naar mijn weten is al die jaren nog nooit door hem een moord opgelost. Ja, onder de aandacht gebracht, maar dat is heel iets anders natuurlijk. Natalee Holloway vormt wellicht een kleine uitzondering hierop, maar in die zaak werd nooit een lijk gevonden en is de ware toedracht nog altijd heel onduidelijk. Sterker nog, De Vries zit er soms zelfs faliekant naast. Ik weet nog dat ze hem een keer naar zijn mening vroegen omtrent een moordzaak die toen in het nieuws was (weet alleen niet zeker of het nu Ina Post of Lucia de Berk betrof), en de Vries antwoordde toen zoiets als: 'Ik geloof dat ze schuldig is, want alles wijst in haar richting.'

Het leest nu bijna als een misdaadrubriek uit een of ander goedkoop sensatieblaadje.

Moord te Rotterdam - J.A. Blaauw (2006)

3,5
Omdat ik mij afvroeg of in of rond het jaar 1900, het jaar waarin het Tilburgse meisje Marietje Kessels om het leven werd gebracht, er in Nederland soortgelijke kindermoorden gepleegd zijn en of er eventueel kinderen werden vermist, ben ik het internet maar eens gaan afstruinen in de hoop daarover iets te zullen vinden. Ik neem aan dat de politie daar indertijd wel rekening mee hield natuurlijk, maar in Ed Schilders' 'Moordhoek' kan ik er in elk geval niks over terug vinden. Eigenlijk zou daar eens grondig onderzoek naar gedaan moeten worden zodat alles in kaart gebracht kan worden; wellicht kunnen er verbanden worden gelegd of zelfs antwoorden gevonden. Al zoekende op het web, het internet is echt hopeloos wat dat betreft, werd mijn aandacht getrokken door een moord gepleegd in 1895 in Rotterdam, op het 10-jarig jongetje Louis van Hoogsteden, die Jan Blaauw in dit boek onder meer beschrijft. Het is een moordzaak die net als de zaak Marietje Kessels altijd onopgelost is gebleven. Een uiterst merkwaardige moordzaak, mede door een mysterieuze brief met een warrige tekst bezorgd bij de officier van justitie op de dag dat het lijkje van Louis van Hoogsteden wordt teruggevonden op een braakliggend terrein aan de Schonebergerweg. De brief is die ochtend op de bus gedaan en kan dus hoogstwaarschijnlijk niet na het vinden van het lijkje geschreven zijn. Een gedeelte uit die brief:

Hoogstede dat valt je niet erg mee dat je zoon weg is, maar ik heb wraak genomen den 18 November, ik was om tien uur. Hij is dood. Hij lijd begrave op dat land bij die polderhuisjes daar achter in die laagten in dat vierkante stuk grond met gras verlengde Binnenweg daar de school is. [...] Ik hoop dat je hem vindt. Om 8 uur was ik met hem Haagscheveer en om 7 uur ook om oliekoeken te gaan koopen voor zijn galgmaal. [...]

De briefschrijver is opvallend nauwkeurig over de plek waar de politie Louis Hoogsteden heeft gevonden, de Schonebergerweg loopt namelijk haaks op de (Nieuwe) Binnenweg. Of hij heeft het over de (Oude) Binnenweg, dan klopt het dus niet. De Oude Binnenweg werd tussen 1888 en 1974 nog gewoon Binnenweg genoemd, dus zonder de toevoeging 'Oude'. Of dat ook het geval was bij de Nieuwe Binnenweg weet ik helaas niet.

Oud-hoofdcommissaris Jan Blaauw werkte veertig jaar bij de Rotterdamse politie, waarschijnlijk heeft hij daar het schrijven een beetje onder de knie gekregen met het uittikken van aangiftes en dergelijke, want een verhalend schrijver kan ik hem nou ook weer niet noemen. Neemt niet weg dat het allemaal best interessant is, voor Rotterdammers zelf denk ik nog wel het meest. Maar echt goed is het niet hè Blaauwtje..

Ook Marietje van Os komt in dit boek weer aan bod, deze moordzaak werd al uitvoerig behandeld in 'De Moord op Marietje van Os' uit 1997.

Moordhoek: De Moord op Marietje Kessels in een Katholieke Kerk - Ed Schilders (1988)

4,5
Omdat ik het voorbije jaar verdiept ben geraakt in een aantal oude kindermoordzaken uit het verleden heb ik dit boek over het vermoorde Tilburgse meisje Marietje Kessels, dat in de ochtend van woensdag 22 augustus 1900 een brief ging posten en door een onbekende man de kerk werd ingelokt, maar weer eens ter hand genomen. Ik las het zo'n twintig jaar geleden voor de eerste keer, ik woonde net in Tilburg, maar inmiddels ken ik de stad op mijn duimpje en weet ik ook precies waar alles zich heeft afgespeeld. Er is veel tegen de vlakte gegaan, de infrastructuur is veranderd, de Industriestraat bijvoorbeeld is er niet meer. Ook de monumentale Noordhoekkerk waar het drama plaatsvond is in 1975 met de grond gelijk gemaakt. Een onvoorstelbaaar lelijk appartementencomplex is er voor in de plaats gekomen, niet om aan te gluren. Er is in die tijd onder bewind van burgemeester Becht veel moois neergehaald. Becht kreeg van de Tilburgers terecht de bijnaam 'Cees de Sloper' mee. Ze hebben de ringbaan naar hem vernoemd, daar kan de beste man het mee doen. Een schitterende kerk overigens, de Heilig-Hartkerk uit 1898, de geplande toren van 95 meter hoog is door geldgebrek nooit gebouwd. Nota bene ontworpen door Cuijpers! Volgens velen de mooiste gesloopte kerk van Nederland. Ik kan wel janken.

Het boek is een beetje rommelig geschreven. Schilders wijst de pastoor aan als de dader, maar daar ben ik toch niet zo zeker van. Het was zonder twijfel een akelige man, geen greintje empathie, en hij bekleedde ook nog eens een machtspositie, maar dat zegt natuurlijk nog niet gelijk dat hij ook een kindermoordenaar was. De bewijzen zijn flinterdun.
Er bestaan, zo meen ik, in totaal twee foto's van Marietje. Op één foto is ze wat jonger en oogt ze met haar krulletjeshaar als een victoriaans engeltje, op de andere foto, afkomstig van een familieportret, zit ze op een ezelskar en kijkt ze over haar schouder recht in de camera met een zweem van een glimlach rond haar mond. In 2010 dook er nog een foto van haar op, van de plaats delict, gevonden in het Breda's museum. Dit was toen nog een hot item in De Wereld Draait Door. Te gast die uitzending waren conservator Pierre van der Pol, die de negatieven van de foto's vond en toenmalig stadsdichter van Tilburg Cees van Raak. Marc-Marie Huijbregts was tafelheer.

Matthijs van Nieuwkerk: 'We gaan straks die, overigens gruwelijke, foto's uiteraard even zien... '
Pierre van der Pol: 'Héél even, hoop ik... '
Matthijs van Nieuwkerk: 'Heel even, wat u wil, maar we mogen er even naar kijken. Ik bedoel... ' (maakt zijn zin niet af)
Matthijs van Nieuwkerk stoomt het publiek klaar voor de gruwelijke foto die we allemaal te zien gaan krijgen: 'Gruwelijke foto van een meisje wat ontkleed in die kerk is gevonden... '
Dan plotseling zonder waarschuwing vooraf verschijnt de foto groot in beeld, van Marietje Kessels op haar kousen na volledig naakt...
Marc-Marie Huijbregts: 'Hè, gatverderrie!'
Matthijs van Nieuwkerk: 'Ja, dat is gatverderrie, ik had misschien even moeten waarschuwen. Ja, sorry, te laat... '

Na 12 seconden (!) wordt de foto op aandringen van Pierre van der Pol weer weggehaald.
Kijk, dat zo'n foto media-aandacht krijgt, dat is mij duidelijk en vind ik allemaal prima en Van Der Pol zal zo wel zijn redenen hebben gehad om dat in De Wereld Draait Door te doen (de kranten mochten de foto niet publiceren), waarschijnlijk wilde hij het risico niet lopen dat zo'n nare foto gaat circuleren op het internet, maar het gaat mij meer om de stuitende misplaatste manier van aankondigen van Matthijs van Nieuwkerk.
Als het gesprek ten einde loopt merkt Huijbregts nog even op dat Marietje van een goede familie kwam 'was een goede familie geloof ik hè?' De opmerking wordt een beetje vragend gesteld, alsof hij het niet helemaal precies weet. Dit is toch wel heel vreemd, dat de in Tilburg geboren en getogen Marc-Marie Huijbregts niet weet dat de vader van Marietje Kessels directeur was van een muziekinstrumentenfabriek (dat indrukwekkende gebouw hebben ze ook afgebroken trouwens). Dat is bijna hetzelfde als een Amsterdammer die niet weet aan welke gracht het Anne Frank Huis staat. Dat zijn toch echt wel dingen die je moet weten, vind ik zelf.

Een paar jaar geleden zond Omroep Brabant nog een documentaire uit over de moord in de Noordhoekkerk. In de eerste aflevering is een interview te zien met de schrijver van dit boek. Wel erg geestig in dat interview is het moment dat Schilders zijn sigaret wil gaan aansteken met een lucifer en de camera daar gretig op inzoomt: Marietje Kessels, de documentaire (vanaf ongeveer 12 minuut 56)

In 1990 is het Marietje Kessels Project ontstaan, een project dat kinderen weerbaar wil maken tegen verschillende vormen van machtsmisbruik, zoals kindermishandeling en pesten. Het project is voor zowel meisjes als jongens van groep 7 en 8 van het basisonderwijs en speciaal onderwijs. In het project leren kinderen om goed voor zichzelf op te komen. Het is allemaal in Tilburg begonnen, maar inmiddels vinden er op heel veel plaatsen in Nederland deze lessen plaats.

Murder of Harriet Monckton, The - Elizabeth Haynes (2018)

Alternatieve titel: De Dood van Harriet Monckton

3,0
Ik zal maar meteen met het kattenluikje in huis vallen: heb dit boek enkel gekocht voor het dagje gratis reizen met het boekenweekgeschenk hihi...
Ik wist alleen niet welk boek ik wilde hebben. Het aanbod in boekenwinkels is ronduit verschrikkelijk en ik ben zó kieskeurig. De titels die ik nog niet had zijn er niet of zijn er wel maar in een lelijke uitvoering of hebben absurd hoge prijzen. Van de Koele Meren des Doods had ik nog niet in mijn kast staan, die konden ze wel voor mij bestellen, maar dat zou een halve week gaan duren en daar had ik niet zo'n trek in eerlijk gezegd. Deze recent uitgekomen, op historische feiten gebaseerde thriller, had ik als een soort reserve in mijn hoofd zitten, mocht ik echt niks anders kunnen vinden. Het boek was kort daarvoor nog besproken door het DWDD-boekenpanel in een van hun laatste boekenrubrieken. Nou ja, besproken... Guttegut, wat zat ik me toch altijd te ergeren aan die drie blije middenstanders en Van Nieuwkerk zelf met dat laaiend enthousiaste boekengewauwel: 'Een geweldig boek!, Een fantastische schrijver!, Je wordt helemaal meegezogen in het verhaal!, etc.. ' Van Nieuwkerk vroeg ooit aan een van die panelleden wat hij het spannendste boek aller tijden vond, en die antwoordde toen 'Hypnose' van Lars Kepler (was ook zo'n overgewaardeerd hypeboekje even). Pff, als je dat als de beste thriller ooit beschouwt..

Maar goed, het boek. Het verhaal heeft wel wat raakvlakken met het Marietje Kessels drama in Tilburg, een moord in een kerk (een kapel, in dit geval), geroddel en de dubieuze rol van een geestelijke. Maar het verhaal rond de moord op de Tilburgse Marietje Kessels is wel vele malen boeiender en mysterieuzer en zat veel complexer in elkaar en had bovendien een veel grotere impact en nasleep.
Voor een schrijver van thrillers is de taal bovengemiddeld goed, ook de opbouw is goed maar gaat naar mijn smaak véél te traag. Het verhaal wordt verteld vanuit verschillende personages; een eenvoudige rechtszitting bijvoorbeeld wordt tot drie keer toe opnieuw beschreven, maar steeds door iemand anders dus. Op zich best aardig, maar zo wordt het ook wel heel langdradig en wordt een in mijn ogen vrij mager verhaaltje uitgesmeerd tot een pil van meer dan 500 pagina's. En dat is lang, want het wil maar nergens spannend worden, nergens ook maar een mooie zin of een fraaie vergelijking of zomaar een leuk weetje. Beschrijvingen zijn ook nihil. Ik zou het ook geen thriller willen noemen. Eerder een historische roman, maar dat is ook niet helemaal juist. Een thriller zonder de thrill. De vraag 'Wie heeft het gedaan?' zorgt denk ik nog voor de meeste spanning.

Ik had al eens eerder iets van Elizabeth Haynes gelezen, Into the Darkest Corner, een thriller die toch overal hoog scoort, maar mij weinig deed. Heb het ook niet uitgelezen, wat me al had moeten alarmeren. Ook in dit boek weer zo'n chicklit-achtige ondertoon inclusief doktersromannetjesporno: eerwaarde George Verall met zijn harde seks, tegenover de zachtaardige Thomas Churcher, zoon van de smid en dé spetter van het dorp.
De schrijfster heeft duidelijk niets op met de starre, puriteinse kant van de Kerk, dat is haar goed recht, maar ze legt er ook zo de nadruk op dat het verre van subtiel is. De predikant is een hork van een vent, een onvervalste huichelaar die zijn vrouw bedriegt en in een kast van een huis woont aan de rand van het dorp. Tegen het karikaturale aan, ik moest steeds aan Jafar denken uit Aladdin.

Deze zaak is in werkelijkheid onopgelost gebleven, vind het jammer dat er dan aan het einde weer zo nodig een dader moet zijn, alsof een open einde niet mogelijk is of niet hoort of zo. De auteur zegt hier zelf over in het nawoord: Mijn doel was om enige gerechtigheid te krijgen voor Harriet en haar zoon. Daar zou ik niet in slagen door de misdaad aan de kaak te stellen en onopgelost te laten... Dat had ook best gekund zonder dader.
Maar, al met al toch wel goed geschreven, in taal vooral, geen grote irritaties verder en ze kruipt wel erg goed in haar personages.

Elizabeth Haynes woont met haar man en zoon in Kent.
(wat een nuttige informatie is dat toch ook altijd)

Murder of Roger Ackroyd, The - Agatha Christie (1926)

Alternatieve titel: De Moord op Roger Ackroyd

3,5
Lang geleden dat ik iets van Agatha Christie las. Typisch trouwens dat telkens wanneer ergens een moord plaatsvindt, iemand wordt vergiftigd, met een bijl de schedel ingeslagen of iets dergelijks, Hercule Poirot in de buurt is. Je zou haast gaan denken dat de pientere Belg zelf achter al die moorden zit.
Een beetje stoffig soms, maar wat wil je met een boek van bijna honderd jaar oud, over het geheel genomen ook wat braafjes, het woord 'bloed' is geloof ik nergens gevallen. Maar de taal is erg rijk en mooi, in tegenstelling tot hedendaagse misdaadromans. Ingewikkeld is het boek niet echt, maar je kunt bij zo'n vernuftig plot niet even afdwalen, je moet je hoofd erbij houden.
Door boeken als Murder on The Oriënt Express en Death on The Nile die zulke verrassende ontknopingen hadden, wist ik dat ik alles kon verwachten. Alle personages zijn in wezen potentiele daders. Zelfs de kat zou het gedaan kunnen hebben, bij wijze van spreken. Daar had ik me nu dus een beetje op ingesteld en misschien kwam de ontmaskering daardoor niet geheel als een verrassing.

De onbetwiste Koningin van de Misdaad.

Murders at Fleat House, The - Lucinda Riley (2022)

Alternatieve titel: De Geheimen van de Kostschool

1,5
De Zeven Zussen was me al door meerdere mensen getipt, 60+ dames moet ik er wel bij zeggen (alsof ik eruitzie als iemand die dit soort boeken leest haha, toch wat aan mijn imago doen..), maar daar had ik dus echt geen trek in. Toen kwam dit boek uit en ach, de plotomschrijving beviel me wel en ook met een zekere mate van nieuwsgierigheid meegenomen van de bieb. Maar intuïtief wist ik al dat het niks zou zijn.
De gemakzuchtige kinderlijke titel zegt eigenlijk al genoeg: 'De Geheimen van De Kostschool'... oehh spannend hoor. In het Engels The Murders at Fleat House. Dat klinkt dan net iets beter. Op de achterkaft: Een moord. Een geheimzinnige foto. Een hartverscheurend familiegeheim. Die laatste zin vooral haha..

Riley flanst een soort van Miss Marple-achtig verhaaltje in elkaar door het constant over twee pilletjes te hebben: wie heeft de dodelijke pilletjes op het nachtkastje gelegd? Daar kun je in deze tijd echt niet meer mee aankomen hoor. Toen het in hoofdstuk 6 nog steeds over die klotepillen ging vond ik het wel genoeg geweest en heb er de brui aan gegeven. Wel nog even gauw de laatste paar hoofdstukken doorgelezen, en ja hoor, aan het slot heeft ze het nog steeds over die verrekte pillen. Haar personages zijn zo eendimensionaal en karikaturaal en vervelend vooral dat het me trouwens geen ene reet kon schelen wie het gedaan had.
Puur gelet op taal is er weinig mis, al zitten er soms van die gruwelijke uitdrukkingen tussen als 'mijn schitterende zoon' of 'superleuk'. Verder is het erg cliché allemaal, de ex-detective die ergens op een onbewoond eiland zit en wordt teruggehaald voor een zaak bijvoorbeeld.
En hoewel het een thriller betreft, sijpelt het romantische genre er echt wel doorheen. Op een gegeven moment is er een of ander getrouwd stel dat langzaam maar zeker uit elkaar groeit, want zij is zo'n materialistisch ingesteld tiepje dat alles wil hebben wat de buren ook hebben en na een bladzijde of 5 dacht ik, zit ik nog wel een thriller te lezen eigenlijk, want dit heeft meer weg van een boeketreeksboekje , niveau Mijn Geheim.

Muur, De - Jos Vandeloo (1958)

4,0
Dit verhaal deed mij zoveel meer eigenlijk dan de twee 'kantoor'boeken die ik hiervoor las: Letter en Geest van Kellendonk en De Klerk Bartleby van Melville, waarin overigens ook een blinde muur voorkwam.
Een stuk toegankelijker. Fraaie, soepele zinnen. Romantisch, met een vleugje magisch-realisme zelfs, maar ook droevig. Het had allemaal zo mooi kunnen zijn, als die angst ons niet steeds in de weg stond.

We hebben altijd nog onze dromen om het onbereikbare aan te raken.

Leuke zienswijze hierboven.