Het thema 'veranderen' intrigeert mij enorm, of het nu in film is of in de literatuur. In veel van mijn lievelingsboeken is het zelfs het hoofdthema: A Christmas Carol, Alice in Wonderland, Krabat, Dr. Jekyll and Mr. Hyde... Sowieso bulkt het in de literatuur van de gedaanteverwisselingen, metamorfoses, transformaties, het bekende 'coming-of-age' genre hoort daar ook bij natuurlijk. De beroemdste 'gedaanteveranderings' roman komt van een schrijver wiens naam ik niet eens hoef te noemen: begint met Kaf, eindigt op ka. Eigenlijk is alles in het leven onderhevig aan verandering en transformeert alles voortdurend en niet eerder stond de wereld zo in het teken van verandering als vandaag de dag. Laatst hoorde ik deze nog voorbijkomen in een film op Netflix: Verander van seizoen, anders blijft het winter in je hart. Nou, die kan zo op een tegeltje. In de natuur, in de insektenwereld met name is het al helemaal schering en inslag wat 'metamorfose' betreft. Midas Dekkers vergeleek de puberteit met het verpoppen van vlinders en dat puberende puisthoofden daarom zo idolaat zijn van 'pop'muziek.
Echter, het verschil met andere romans is dat hier verandering niet iets is wat het hoofdpersonage (vanzelf) overkomt, maar dat hij die verandering zelf wenst en in werking zet, er bewust aan werkt: ik moet zus of zo worden, want anders... Dat gegeven vind ik wel heel mooi aan dit boek en voelt ook als iets wat nooit eerder gedaan is, voor zover ik weet tenminste. Maar, het wordt inderdaad nogal pathetisch opgeschreven en neigt af en toe naar snobisme. Om die reden heb ik een toch een flink deel van het boek tegen heug en meug zitten lezen en ergerde ik me ook aan hem, te vaak. De voorbeelden zijn legio, ik zal er een paar opnoemen:
Op blz. 28 zegt hij: ..ik begreep niet waarom ik die maniertjes had (vrouwelijke maniertjes) en ik wist niet waarom ik me aangetrokken voelde door de lichamen van de andere jongens, maar een 20 pagina's verder vertelt hij dat in zijn jeugd per dag zo'n zeven à acht uur televisie werd gekeken. De passage waarin hij ruzie maakt met zijn moeder omdat er vroeger zoveel gerookt werd in huis haha... de halve wereld is zowat opgegroeid in een walm van nicotinerook, daar ga je je ouders toch niet op afrekenen, wat een overdramatisering.. Of het gedeelte over zijn twee geliefde bibliothecaresses, ik krijg altijd een beetje huiduitslag van mensen die zo weglopen met een lievelingsjuffrouw of -meester, bibliothecaresse(s) in dit geval... Ik heb een hekel aan verhalen over kinderjaren die gered werden door boeken en bibliotheken, ik vind ze naïef. Maar ik moet zeggen dat deze twee vrouwen, Stéphanie Morel en Pascale Boulnois, hoorden tot de personen die me hebben gered en zonder wie ik nooit had kunnen vluchten en een nieuw leven voor mezelf uitdenken.
Ook komt het mij net iets te vaak voor dat er weer zo'n clichématig rijtje grote schrijvers wordt opgesomd, om maar interessant te doen. Maar over het werk van deze schrijvers wordt verder niets interessants vermeld. Daarnaast kan ik er ook niet zo goed tegen wanneer een schrijver die zelf niet uitblinkt in diepzinnige poëtische gedachtes andere schrijvers gaat zitten citeren: Jean Genet zegt... Verder is het bloedserieus allemaal, nergens een greintje zelfspot of relativering en bovendien ben ik al helemaal geen liefhebber van 'gay novels', al staat er één in mijn top tien, alhoewel... fairytales zijn ook een soort van gay novels toch, puur gelet op het woord 'fairy' hahaha...