Nou eindelijk uitgelezen dan, niet omdat ik er niet doorheen kwam, maar omdat ik het min of meer noodgedwongen toch weer weggelegd had. En toen ik eenmaal weer overnieuw begonnen was, had ik het ook in no time uit.
Het is en blijft een geweldig boek. In elke hoek van de stad is wel weer iets te ontdekken, een bijzonder personage, een knotsgekke gebeurtenis. Baricco gebruikt een veelheid aan stijlen en ze werken allemaal.
De dialogen zijn echt fantastisch. Hoe Shatzy en Gould bepaalde situaties benaderen, het is allemaal geweldig beschreven. Neem nou de sollicitatie-enquête die Shatzy moet schrijven aan de vader van Gould.
Het begint al goed als Shatzy met vraag nummer 22 wil beginnen.
"Eigenlijk hoor met je de eerste te beginnen."
"Wie heeft dat gezegd?
"Die heeft nummer 1, je begint altijd met nummer 1."
"Gould?"
"Ja."
"Kijk me eens recht aan."
"Ja."
"Geloof je nou werkelijk dat als de dingen een nummer hebben., en als één ding in het bijzonder nummer 1 heeft, dat wij dan verplicht zijn, dat jij dan verplicht bent, en ik, en iedereen, om precies met dat ding te beginnen, enkel en alleen omdat dat ding nummer 1 is."
"Nee."
"Geweldig."
Daarna volgt echt een paginalang zeer diepzinnig betoog van Shatzy als antwoord op vraag 22: 'Is de kandidate in staat zich te herinneren wat het allerleukste was waartoe ze als kind in de gelegenheid is geweest te doen?'
Gould concludeert daarna: "Als je in dit tempo doorgaat, ben je klaar tegen de tijd dat ik geen kindermeisje meer nodig heb." Bij een vraag waarbij je veel eerder een diepzinnig antwoord verwacht, 'Kan de kandidate in grote lijnen uitleggen waar zij van droomt in het leven', komt Baricco dan met:
"Het is mijn droom een western te maken. Ik ben er op mijn zesde mee begonnen en ik reken erop dat ik niet de pijp uit ga voor ik hem af heb."
Punt.
Je vliegt er doorheen, zo sprankelend en origineel allemaal. En ach ja, die western.
Wat ik wel jammer vind is dat het boek nogal abrupt afloopt. Baricco werkt aan het slot het adembenemende boksverhaal en de hoogst originele western op sublieme wijze af en daardoor worden Gould en Shatzy, ook al zijn het hun gedachten, een beetje naar de achtergrond verdrongen. Hun verhaal wordt wel afgerond, maar ik bleef toch een beetje met een gedesillusioneerd gevoel achter. Wat mij betreft had dit boek nog wel drie keer zo dik mogen zijn.
'Ik zal ze missen', schrijft Baricco in zijn voorwoord over de personages. Graag sluit ik me daar volledig bij aan. Behalve professor Mondrian Kilroy dan, die kan ik niet uitstaan.
