Wie is Inigo Dubbelman eigenlijk?
Een vraag die in de plotomschrijving staat en ook in het boek een aantal keer gesteld wordt. Wat ongelooflijk zonde want daarmee
duwt van den Hoven je eigenlijk al met je gedachte naar een mogelijke plottwist. Door zoveel nadruk te leggen op het feit dat hij zo mysterieus is, dat niemand hem echt kent en hij zijn eigen familie ook niet kent, weet je vrij snel hoe het in elkaar steekt. Uiteraard hebben we hier te maken met een tweelingbroer; een uitgemolken concept dat ook hier geen nieuwe en verrassende invulling krijgt.
Jammer, want het karakter Inigo is meer dan interessant in zijn grote huis en zijn potentieel lugubere hobby's
onbekende kinderen bellen bij hem aan, hij heeft een geheime kelder waar niemand in mag, en hij maakt en verzamelt speelgoed, ik schrijf 'potentieel' omdat hier helaas niets mee gedaan wordt, het voelt meer als opvulling.
De opbouw van korte hoofdstukjes, dan weer vanuit het perspectief van Inigo en dan weer van Fee, is fijn gedaan en leest gewoon prettig. Het is overigens niet zo dat je eerst de gebeurtenis via Inigo leest en dan via Fee, dat zou gaan vervelen, maar je krijgt delen via de één en andere delen via de ander te lezen. Iets dat uitstekend kan bijdragen aan het thriller-element van het verhaal en dat hier ook geregeld doet (niet altijd, maar wel op belangrijke momenten).
Het plot verloopt verder volgens een vrij standaard stramien en bepaalde zaken komen vaak terug, maar dit zou ook ingenieus verzonnen kunnen zijn
gezien de mentale staat waar Inigo zich in bevindt. Die herhaling, die twijfel en die constante zoek naar bevestiging hoort bij het personage.
De Speelgoedman brengt niets nieuws, maar bevat voldoende interessante elementen om te kunnen boeien als thriller. 3,5*.