Dit boek gaat over een ouder wordende man - het terugkerende alter ego van Roth - die merkt geen grip meer te hebben op het leven. Ok, en verder? Vrij weinig vrees ik.
We lezen dat de beste man na langdurige isolatie weer toenadering zoekt tot het leven. Deze confrontatie leidt onder meer tot een verliefdheid op een jonge, aantrekkelijke vrouw, die onbereikbaar voor hem is. Hij vreest dat de reputatie van een door hem bewonderde auteur te grabbel wordt gegooid door een brutale jongeman, op wiens respect hij ook niet kan rekenen. Verder vernemen we dat de hoofdfiguur aan incontinentie lijdt en impotent is door een prostaatoperatie.
Ik vond het bij vlagen ontroerend, maar toch ook soms tenenkrommend. Het is pijnlijk om getuige te zijn van een man die zijn grip op het leven probeert te herpakken, maar die daarin jammerlijk faalt.
Ik vond het boek deprimerend (wat op zich niets afdoet aan het boek), maar ook onbevredigend. Welke ontwikkeling ondergaat de hoofdpersoon in dit boek? (De voorgaande boeken in de 'Zuckerman-reeks' heb ik niet gelezen). Vanuit isolatie onderneemt de figuur een soort poging tot terugkeer, maar we zijn daarbij getuige van een ingezet verval, en niets lijkt het tij te kunnen keren. De pogingen die hij zelf onderneemt, lijken ook halfslachtig en weinig effectief. Dus zien we dan een man die ambivalent is ten aanzien van het/zijn leven, en zich dus eigenlijk reeds tussen leven en dood bevindt? Wellicht heeft Roth geprobeerd gestalte te geven aan deze impasse. Roth is daarin wel enigszins geslaagd, maar ik had graag meer inzicht gekregen in de motieven die ten grondslag liggen aan deze impasse. Wellicht is hier meer kennis vereist over voorgaande boeken in de 'Zuckerman' reeks, maar ik kan mij niet aan de indruk onttrekken dat het karakter wat stil staat, en ik krijg als lezer ook weinig grip op wat de drijfveren van de hoofdpersoon nu werkelijk zijn. Daardoor vond ik het onbevredigend.