De Meeste Mensen Deugen: Een Nieuwe Geschiedenis van de Mens - Rutger Bregman (2019)
Nederlands
Ideeƫnliteratuur
528 pagina's
Eerste druk: De Correspondent,
Amsterdam (Nederland)
De mens is een beest, zeiden de koningen. Een zondaar, zeiden de priesters. Een egoïst, zeiden de boekhouders. Al eeuwen is de westerse cultuur doordrongen van het geloof in de verdorvenheid van de mens. Maar wat als we het al die tijd mis hadden? In dit boek verweeft Rutger Bregman de jongste inzichten uit de psychologie, de economie, de biologie en de archeologie. Hij neemt ons mee op een reis door de geschiedenis en geeft nieuwe antwoorden op oude vragen. Waarom veroverde juist onze soort de aarde? Hoe verklaren we onze grootste misdaden? En zijn we diep vanbinnen geneigd tot het kwade of het goede?
In het eerste deel probeert Bregman beroemde sociale experimenten die uitgaan van het slechte van de mens te ontkrachten en te bewijzen dat de mens heus wel deugt. Vooral dit deel vond ik ontzettend voorspelbaar. Ik kende de filosofische ideeën, de experimenten en de stukjes geschiedenis die Bregman aanhaalt (en de kritiek die Bregman levert) al dus voor mij was het vooral een herhaling van zetten. Bovendien vind ik Bregmans 'bewijs' voor zijn stelling dat mensen van nature goed zijn niet echt overtuigend. Je zou waarschijnlijk met gemak een tegenovergestelde these kunnen onderbouwen. Uiteindelijk zijn de zaken natuurlijk ook niet zo zwart-wit als Bregman en de mensen tegen wie hij ageert willen doen geloven. Het hele denken in goed vs. kwaad vind ik zelf eigenlijk ontzettend ouderwets; een valse tweedeling die nauwelijks recht doet aan de veelvormige werkelijkheid.
Bregmans uitgangspunt voor het tweede deel is zijn conclusie uit het eerste deel: mensen deugen, maar ze worden gecorrumpeerd door externe factoren. In dit deel geeft hij voorbeelden van samenlevingsvormen die ervoor kunnen zorgen dat we het beste uit onszelf kunnen halen en die recht doen aan onze goede natuur. De meeste voorbeelden in dit deel waren voor mij nieuw en ik vond dit deel dan ook een stuk interessanter dan het eerste deel. Sommige van die voorbeelden spraken me ook wel aan. Het optimisme van Bregman werkt aanstekelijk moet ik zeggen, maar ik krijg wel het gevoel dat dat optimisme op een simplificatie van de werkelijkheid gestoeld is; daar veranderen die enkele mooie voorbeelden uit het verleden niks aan. Maar misschien deug ik niet genoeg om iets met dit boek te kunnen.
De voornaamste reden dat het boek goed scoort is omdat het een boodschap verkondigt die mensen graag willen horen. Er is per slot van rekening al genoeg narigheid op de wereld.
Minder positief vind ik het veel te grote lettertype en het lichtelijk populaire taalgebruik van Bregman. Het komt over als een kunstje, die stijl. Misschien bereik je daar wel veel mensen mee, dus het doel heiligt de middelen zullen we maar zeggen. Ik begrijp het ook wel. Wanneer je hebt gestudeerd dan weet je hoe afschuwelijk droog en belabberd wetenschappelijke boeken vaak zijn geschreven. Daar win je geen zieltjes mee. Dus de vorm die Bregman kiest is niet verkeerd. Je moet er alleen tegen kunnen om als een debieltje te worden toegesproken.
Toen ik het boek uit had, vroeg ik mij af in hoeverre Bregman een autoriteit is op zijn vakgebied, en hoe authentiek hij nu eigenlijk is. Aan de ene kant is zijn boek bijzonder interessant, aan de andere kant is het ook een boek waarmee je scoort in de grachtengordel en op sommige feestjes. Want de boodschap is zo lekker en feelgood daar houden wij van.
Bijkomende bedenking. De kennis die Rutger Bregman etaleert is niet nieuw, en het kan niet anders dan dat dit soort zaken ook bekend is bij de elites van deze wereld. En dan kan je je de vraag stellen in welke mate de media (in handen van diezelfde elites) worden ingezet om zoveel mogelijk zurigheid te spuien en mensen - sheeple - zoveel als mogelijk in negativiteit te wentelen en onder de knoet te houden, verdeel en heers, met het oog op het vasthouden van de eigen elitaire positie.
Soms naïef of te kort door de bocht maar al met al wel boeiend. Zeker de behandelingen van enkele bekende historische psychologische experimenten. Maar ook de manier hoe hij twee filosofen tegenover elkaar zet is leuk gedaan. En al met al komt het overtuigend over. Ongetwijfeld ook door cherry picking van hetgeen Bregman maar net uitkomt, maar toch.
Af en toe spiegelt hij het een en ander wel te simpel voor. Bijvoorbeeld over luxuezue gevangenissen die beter werken. Allicht, maar ik mis het stukje hierin wat de slachtoffers daarvan vinden en hoe dit rijmt met vergelding, één van de hoofdredenen om mensen te straffen. Bregman belicht vaak beide kanten, maar niet altijd. Ik mis bij Bregman af en toe ook wat. Bijvoorbeeld rond het altruïsme, dat de mens gemaakt is om samen te werken. Is dat altruïsme of egoïsme om de soort vooruit te helpen? Lijkt me een terechte vraag, maar die wordt niet gesteld laat staan dat een antwoord wordt gezocht. En zo is dit best een boeiend boek maar weet net niet diep genoeg te gaan. 3,5*.
mjk87: Natuurlijk is de mensheid klaar voor alternatieve gevangenissen! De slachtoffers of nabestaanden weten immers dat daders vroeg of laat terugkeren naar de samenleving. Zij moeten zich dan ook verzoenen met het gegeven dat “onvrijwillige opsluiting” voldoende is als straf, en bovenal moeten zij doordrongen geraken van Bregmans centrale these dat het niet de mens zelf is die als moordenaar door het leven gaat, maar dat er quasi altijd omstandigheden zijn die dergelijk gedrag in iemand naar boven halen. Laat ons dat samen geloven, oké?
Theunis: Uiteraard ging de Eerste Wereldoorlog uiteindelijk verder, omdat – zoals Bregman netjes uitlegt – de machtigen zich ver van het front bevinden, en die afstand geneert de mogelijkheid om abstractie te maken van het menselijke leed dat er plaatsvindt. Bovendien wordt ook aangestipt dat net die machtigen oorlog nodig denken te hebben (vaak niet ten onrechte) om hun eigen maatschappelijke positie te vrijwaren. Vandaar dat er met Kerstmis 1915 overal gebombardeerd werd. Orders van bovenaf. Idem voor 1916. En 1917, of wat had je gedacht?
aeverhoog, handsome_devil, Pecore: de ideeën zijn inderdaad niet nieuw, maar Bregman presenteert ze toch niet als dusdanig? Hij verwijst steeds met naam en toenaam naar bestaande onderzoeken en onderzoekers. Wel “nieuw” (althans in mijn beleving) is dat hij in een uitgesponnen narratief tot een nieuw mensbeeld probeert te komen. De bundeling van onderzoek, van waaruit hij geduldig een theorie opbouwt: heb je dat elders al gelezen?
Pleun: vergis je niet, op een toegankelijke manier (eenvoudige taal, heldere opbouw, theorie die vanuit praktijkvoorbeelden wordt gepresenteerd, groot lettertype) benaderd worden hoeft niet te betekenen dat je een debiel bent, toch? Ik erken dat Bregman de lezer hier en daar echt bij de hand neemt, op het belerende af. En toch: is dat niet wat de beste journalisten en de beste leraren ook doen, met name de balans bewaken tussen complexiteit enerzijds en iedereen bij de les houden anderzijds? Vergeet niet dat niets zo gemakkelijk is als een “moeilijk boek” schrijven!
Dr.Strangelove, thomzi50: hoog tijd om die vooroordelen aan de kant te schuiven. Ik had ze eerlijk gezegd ook, en wat blijkt? ‘De meeste mensen deugen’ leest als een (kleine) openbaring, een boek dat bepaalde misvattingen over de mensheid ontmantelt, dat ontleedt hoe die misverstanden zijn ontstaan en dat aanstipt waarom en hoe het anders moet. Geen exhaustief pleidooi, maar een hartverwarmende en – ondanks zijn taal en zijn format – wat mij betreft intelligente uiteenzetting die ons collectief aan het nadenken zet. eRCee, waar wacht je op?
Noodzakelijk, dit boek. En moedig. Want lees bovenstaande, en concludeer: negativiteit lijkt tegenwoordig een natuurlijke reflex van ons, mensen. (Of zijn we gewoon allemaal te veel verslingerd aan de media, die niets anders doen dan het negatieve filteren en het op ons loslaten alsof het een doorsnee is van de mens zoals ‘ie is? Juist, dat idee heb ik van Bregman.)
4*
Jaren later struin je dan door de rekken, op zoek naar iets anders (in dit geval: een boek over varkens godbetert) en daar staat ie. Het stof is inmiddels neergedaald en heeft zich bovenop het boek verzameld. Je aarzelt even: 'dat was toch...' en je denkt: wat ligt die hier nou achteraan de bib te doen? En toch is het dat boek, het boek dat je toendertijd wou lezen en nu met een 'vooruit dan maar' uit zijn gerekte gevangenis bevrijdt.
Zo'n boek was De meeste mensen deugen voor mij en de verwachtingen waren hooggespannen. Een ander mensbeeld, daar zit ik al lang op te wachten. Aanvankelijk kan de auteur me nog bij de les houden door de tegenstrijdige stellingen van Rousseau en Hobbes te bespreken en van voorbeelden te voorzien. Ik heb me voorgenomen wat meer Rousseau te lezen, dus dat is dan wel fijn.
Maar verderop gaat het werk de mist in. Mensen zijn blijkbaar geïndoctrineerd dat we allemaal slecht zijn. Bregman is niet akkoord en zet gewoon het omgekeerde als stelling neer. Hij haalt de voormalige bewijzen onderuit en plaatst er enkele experimenten met een andere, voor zijn verhaal gunstige uitkomst tegenover.
Mijn stelling wordt echter nooit van tafel geveegd. Lees even mee. Tachtig procent van 'het leven' (de mensen, de tijd, enz) is saai. Dat klinkt pejoratief, je mag het gerust vervangen door gelijktijdig niet goed/niet slecht. Normaal, vervelend zijn andere mogelijkheden, maar uiteindelijk komt het neer op evenwichtig. Geen buitensporige zorgen, geen extravagante vreugdes.
De overige 20 procent is meestal behoorlijk evenwichtig verdeeld tussen 'goed' en 'slecht'. Als jij meer aandacht geeft aan 'het goede' in JOUW leven (in mijn leven kan dat zomaar 'slecht' zijn), zal je de wereld als positief ervaren want 90% van de tijd is 'niet slecht'. Leg je meer gewicht in het andere mandje dan is jouw wereld 90% 'niet leuk'.
Dus deugen de meeste mensen? Ja en nee. Soms wel, soms niet en meestal zitten ze in de neutrale zone. Het leven is vaak saai. Net als dit boek. Helder uitgelegd, dat wel, maar geen wereldschokkende inzichten en een conclusie die mijn bovenstaande theorie nergens bedreigt en eerder bevestigt.
2*