Robert Harris is de schrijver van enkele van mijn favoriete historische romans, en de renaissance is een van mijn favoriete historische periodes, dus toen ik een boek van zijn hand zag dat zich afspeelde in 1468 nam ik het zonder nadere overweging mee uit de bibliotheek.
Nog maar net begonnen met lezen, ging ik me afvragen of ik dat jaartal wel goed gelezen had. De hoofdpersoon ontdekt iets dat ontegenzeggelijk een vitrinekast is – is dat niet raar, voor een afgelegen dorpje in de vijftiende eeuw? Terwijl ik me nog mild aan het verwonderen was, viel mijn oog op het woord ‘plastic’ en toen wist ik al helemaal niet meer wat ik aan het lezen was. (Ik heb overwogen om bovenstaande tussen spoilerhaken te plaatsen, maar omdat dit al op bladzijde 34 gebeurde lijkt het me niet echt nodig.)
Zonder al te veel te willen weggeven: de mensheid is opnieuw begonnen met het tellen van de jaren na de ineenstorting van de beschaving. Het plot van
De Tweede Slaap heeft alles te maken met die ineenstorting en hoe daar eeuwen later op wordt teruggekeken. Hoofdpersoon Christopher Fairfax wordt door de bisschop op pad gestuurd om de begrafenis te verzorgen van de plaatselijke pastoor. Het weer zit niet mee, de weg is geblokkeerd, Fairfax blijft wat langer in het dorp dan gepland, vind wat curieuze voorwerpen en voor je het weet is hij volledig verstrikt geraakt in een queeste naar de waarheid. Dat is een even pompeuze als aspecifieke omschrijving van waar dit boek over gaat, maar het is wel gewoon waar. Deze queeste mondt uit in een opgraving, waardoor het verhaal me deed denken aan
The Fall of Troy. In beide boeken worden geheimen blootgelegd in letterlijke én figuurlijke zin, waarbij de waarheid misschien beter begraven had kunnen blijven. In beide boeken is er ook een romantisch zijplot dat mij erg charmeerde. En bij beide boeken beleefde ik veel plezier aan het herkennen van de vele verwijzingen. Wat
De Tweede Slaap dan weer uniek maakt, is dat het zich in een ‘historische’ setting afspeelt (al doet die meer Victoriaans aan dan vijftiende-eeuws) maar de verwijzingen naar de huidige tijd zijn. Het is een wat bevreemdend maar fascinerend gegeven dat een minder technologisch geavanceerde samenleving onze eeuw zou kunnen zien als de oudheid.
Het interessante concept en de onderliggende ideeën staan een boeiend plot en een sneltreinvaart gelukkig niet in de weg. Het is bijna niet te vatten dat alle ontwikkelingen zich binnen een week afspelen. Toen ik het eind van het boek naderde begon ik me enigszins zorgen te maken over het einde. Kan Harris na zo’n drastische paradigmaverschuiving wel een passend en geloofwaardig einde voor zijn personages bedenken, of wordt het een open einde? De laatste bladzijden wisten me behoorlijk te schokken (voor iedereen die dit boek gelezen heeft, vergeef me de
aardbeving-gerelateerde beeldspraak), en hoewel ik achteraf eigenlijk geen passender einde zou kunnen bedenken kan ik me voorstellen dat het niet bij iedereen in de smaak valt.
Overigens was ik minder geschokt door de herkomst van het massagraf en het opdagen van de bisschop bij de opgraving dan door het feit dat zo ongeveer iedereen sterft in de laatste vijf bladzijden.
Dit is een wat frustrerende recensie om te schrijven. Ik moet wel bij algemene termen blijven om niet alles tussen spoilerhaken te hoeven zetten, terwijl ik bijvoorbeeld met liefde uitgebreid zou bespreken hoe het hele verhaal, en zelfs de titel, vooruitwijst naar de ontknoping. Die ontknoping kun je echter beter zelf gaan ontdekken. Ik wil nog wel expliciet Harris complimenteren met zijn gave om zo slim te schrijven. Aan het eind vallen dingen op hun plaats waarvan je niet eens wist dat het puzzelstukjes waren. De maatschappijkritiek is niet heel subtiel, maar het concept is origineel, het plot enerverend en Harris’ schrijfstijl is zoals altijd prima leesbaar.
De Tweede Slaap was niet de historische roman die ik verwachtte, maar de vergissing pakte uitstekend uit.