Mijn derde verhalenbundel van King.
Skeleton Crew en
Full Dark, No Stars zijn in mijn ogen twee prachtige bundels en
Everything's Eventual past ook in dat rijtje. King blijft zich toch bewijzen met dit soort bundels. Zijn novellen worden met regelmaat als 'langdradig' gezien en vaak zit daar wel een kern van waarheid in, maar ik kan zijn uitweidingen doorgaans wel waarderen. Bij de veertien korte verhalen in Everything's Eventual gunt King zichzelf niet de tijd om te lang bij (soms irrelevante) passages stil te staan, waardoor de vaart altijd behouden blijft. Alle verhalen hebben ook een duidelijke boodschap die gelukkig nimmer geforceerd overgebracht wordt.
De bundel wordt geopend met het humoristische
Autopsy Room Four. Howard Cottrell wordt wakker in een ziekenhuis, maar de artsen hebben dat niet door en beschouwen hem als dood. Een humoristisch verhaal met uiteraard een horror achtergrond ontspant zich en dit maakt dit korte verhaal een heerlijke opener. Het einde is misschien wat over de top, maar wel erg humoristisch.
Het tweede verhaal heeft me helemaal weten weg te blazen.
The Man in the Black Suit is een uitstekend en ontzettend sfeervol horrorverhaal. Een negenjarige jongen gaat de bossen in om te vissen en ontmoet een man in een zwart pak die niemand minder dan de duivel blijkt te zijn. Een huiveringwekkende conversatie ontstaat en ik zat op het puntje van mijn stoel. De spanningsopbouw was veelbelovend en het uiteindelijk einde ook sterk uitgewerkt. Dit verhaal verbaasde me echt.
All That You Love Will Be Carried Away was het derde verhaal en niet zo goed als de voorgaande twee, al zat er wel weer een heerlijk bizar King-plot in welke ik opnieuw kon waarderen. Het einde liet genoeg aan de interpretatie over en dat paste prima bij het verhaal.
In
The Death of Jack Hamilton zitten waarschijnlijk wel de meest humoristische momenten. De mensen die dit verhaal ook hebben gelezen, weten wel op welke passages ik doel. De plot zelf was ook alleraardigst en de setting paste er prima bij. Gecombineerd met een aantal leuke personages was ook dit verhaal absoluut de moeite van het lezen waard.
Na het wat luchtige verhaaltje over Jack Hamilton, wordt het in
In the Deathroom allemaal iets serieuzer. Journalist Fletcher wordt namelijk gepakt door een aantal niet al te florissante mannen uit de Zuid-Amerikaans land en ze zijn niet van plan om Fletcher te laten gaan. Hij verzint een plan dat zich heel aardig ontwikkelt, maar heel erg boeiend vond ik het allemaal niet. Iets te voorspelbaar misschien.
Vervolgens komt King met een Dark Tower gerelateerd verhaal naar voren.
The Little Sisters of Eluria is eigenlijk onlosmakelijk verbonden met de Dark Tower reeks: in dit kort verhaal (overigens het langste uit de bundel) is namelijk niemand minder dan Roland Deschain de hoofdpersoon, oftewel de protagonist uit King's serie. Dit verhaal speelt zich af tussen boek vier (het verleden van Roland) en boek één (de start van de queeste) in het stadje Eluria. De manier waarop Roland in het begin te grazen wordt genomen laat zien dat Roland hier duidelijk nog wat jonger is; later in zijn zoektocht naar de Dark Tower zal hem iets soortgelijks niet meer overkomen. Het verhaal speelt zich vervolgens in een bijzonder gebouw af waarbij King langzaam maar zeker onthult wat er exact aan de hand is. Het typische Dark Tower sfeertje ontbreekt een beetje, maar een aardig verhaal is het zeker en het einde geeft ook goed aan wat voor een bijzonder personage Roland eigenlijk is met een even zo bijzonder verleden (en toekomst...).
Het titelverhaal is de zevende in de lijn en heeft ook een vrij sterke Dark Tower connectie. In
Everything's Eventual komt Dinky Earnshaw terug en die is ook te vinden in de Dark Tower serie. Zijn bijzondere gaven zorgen voor een bijzonder aanbod waar hij gretig op in gaat. Het blijft lang geheimzinnig wat zijn rol nou precies is, maar King komt toch met iets leuks en met een aantal creatieve vondsten. Absoluut een verhaal dat de moeite van het lezen waard is. Misschien zit de beste boodschap uit de bundel wel in dit verhaal verpakt.
L. T.'s Theory of Pets heeft eenzelfde opbouw als het eerste verhaal in deze bundel: het begint vrij humoristisch, maar langzaam sluipt de horror tussen de regels en het heerlijk suggestieve einde geeft de wat negatieve teneur die erin sluipt prima weer.
Hierna volgt mijn favoriet uit de bundel.
The Road Virus Heads North was nog net iets meeslepender dan The Man in the Black Suit en nog een tikkeltje spannender, ondanks dat je stiekem weet wat er gaat gebeuren. De sfeer en vooral het schilderij vond ik geweldig en na de eerste vreemde gebeurtenis gaat alles nog eens in sneltreinvaart. Ook dit einde heeft een heerlijk suggestief toontje.
Na mijn favoriet volgt ook direct het verhaal waar ik niet echt van hield.
Lunch at the Gotham Café begon alleraardigst (al leek het wat op de start van L. T.'s Theory of Pets), maar eenmaal in het bewuste Gotham Café ontspoorde het volledig, zoals King in zijn novellen ook net iets te vaak doet. Het ging eigenlijk ook nergens over en spannend of meeslepend kon ik het ook niet noemen.
Ik hoopte dat King het met
That Feeling, You Can Only Say What It Is in French goed kon maken en lange tijd leek het daar niet op (ondanks de veelbelovende titel), maar wanneer het kwartje valt (en in dit verhaal is dat heel laat), kon ik een glimlach toch niet onderdrukken. De boodschap achter de inhoud was erg sterk en ik kon me er goed in vinden.
Het verhaal
1408 las ik al eens in het Nederlands en dat vond ik toen een fikse tegenvaller, maar nu in deze bundel in het Engels heb aangeschaft en 1408 heb herlezen, moet ik dat toch herzien. Zoals King in het voorwoord al aangeeft, moet elke horrorauteur een soortgelijk verhaal op zijn/haar conto hebben staan. King bleef dus niet achter en komt met een ijzersterke spanningsopbouw, maar eenmaal in de beruchte kamer had het van mij toch iets subtieler gemogen. Ik vond het verhaal wel stukken beter dan tijdens de eerste leesbeurt.
Over
Riding the Bullet heb ik een apart stukje getypt op de eigen
boekpagina.
Luckey Quarter vormt als laatste verhaal nog een positieve noot en is lang niet zo duister als de andere dertien verhalen. De snotterende Paul vond ik trouwens een ontzettend hilarisch personage.
Everything's Eventual is opnieuw een schitterende bundel verhalen van Stephen King. De veertien verhalen vertellen allemaal wel iets en dragen een bepaalde boodschap met zich mee. The Road Virus Heads North en The Man in the Black Suit staken er voor mij absoluut bovenuit, maar de meeste verhalen vond ik allemaal (bijzonder) sterk. Alleen Lunch at the Gotham Café vond ik helemaal niets.
De bundel is een goede combinatie tussen humor en horror, King's beschrijvingen zijn treffend en zijn spanningsopbouw ouderwets goed. Bovendien krijgt hij het voor elkaar om in korte tijd een aantal personages neer te zetten waar ik me echt goed in kon leven. Ik heb genoten.
* * * *