Wat een boek! Sinds ik de film Mulholland Drive voor het eerst zag, ben ik volgens mij niet meer zo bezig geweest met kunst. Uren wakker lag ik jaren geleden, om te analyseren, verbanden te leggen en te begrijpen waar het nou toch allemaal over kon gaan. Met een zekere voldoening kijk ik daar nu op terug en zie veel overeenkomsten met de hoofdfocus van mijn aandacht de afgelopen maand. Beide zijn gecentreerd rondom het homo-erotische, beide hebben een of (afhankelijk van hoe je het bekijkt) twee hoofdpersonen met demonische trekjes, realiteit en waan zijn door elkaar heen verweven, maar misschien nog wel het meest treffend: de vraag waar het nou toch allemaal over gaat?
Bij Mulholland Drive is die vraag, als je de opzet eenmaal begrijpt, goed om te zetten in begrip en daardoor nog meer verwondering. Bij deze Doktor Faustus is dat nog niet zo gemakkelijk. Achterin mijn editie staat een analyse van G.A. von Winter waarin een dappere poging wordt gedaan op antwoorden. Naast uitweidingen over de briljante structuur van dit boek, omringd door getallenmystiek, wordt hier voornamelijk ingegaan op de interpretatie van de twee tijdperken die voor de geschiedenis van Duitsland catastrofale keerpunten hebben betekend: die van Luther en die van Hitler, verweven in de onderwerpen, situaties en hoofdpersonen van de roman. Super interessant, en voor lezers die denken aan afhaken, zou het kunnen helpen deze analyse eerst te lezen alvorens verder te gaan (achteraf gezien had ik dit zelf ook willen doen voor nog meer leesplezier). Ikzelf vond een andere laag van het boek echter nog veel interessanter waar maar weinig op wordt ingegaan: niet Adrian als letterlijke verkoper van zijn ziel aan de duivel, maar Serenus Zeitblom, de verteller van Adrians verhaal, als figuurlijke verkoper van zijn ziel aan het duivelse gebroed.
Serenus doet al bij aanvang van de roman zijn stinkende best om de sympathie van de lezer te winnen. Niet alleen biedt hij zijn excuses aan voor lange uitweidingen, maakt zichzelf klein door te twijfelen aan zijn rol als schrijver van Adrians biografie, en spreekt ons (als de leraar die hij is) toe op moederlijke tonen, wat nog veel zwaarder weegt is dat hij een leven achter de rug heeft dat verre van gemakkelijk is geweest. Hij verloor zijn beste vriend waaraan hij zo toegewijd is, hij maakte twee wereldoorlogen mee, gestart door zijn geliefde Duitsland, waarvan er een nog volop loopt terwijl hij Adrians biografie schrijft, en liep nog meer trauma op dat later in het boek centraal staat. Zijn leven is er dan ook absoluut een om sympathie voor te hebben ware het niet dat hij dit gevoel compleet misbruikt door zichzelf vrijheden te gunnen die wij door die opgewekte sympathie weleens over het hoofd kunnen zien. Serenus blijkt niet alleen zeer toegewijd te zijn aan Serenus, hij is compleet geobsedeerd door hem. Belangrijker dan zijn land, belangrijker dan zijn werk, belangrijker dan zijn vrouw en belangrijker dan zijn kinderen. Serenus is zijn hele leven tot het uitzinnige verliefd geweest op Adrian, maar die liefde is nooit beantwoord. Althans niet aan hem. Tussen de regels door lezen we dat Adrian zijn liefde wel degelijk kon geven aan andere mannen, wat bij Serenus resulteerde in uitzinnige jaloezie en gekrenktheid. In dermate grote mate dat hij ons wil wijsmaken dat Adrian tot de demonie is verleid terwijl het eigenlijk Serenus is die zichzelf demonische vrijheden veroorloofd om zijn interpretatie van de onbeantwoorde liefde te geven, en daarmee in wezen een verkeerd beeld schetst van Adrian. Want Serenus is een compleet onbetrouwbare verteller die situaties en details schetst die hij nooit kan weten simpelweg omdat hij er niet bij was. En zelfs als hij er bij was zien we alles nog steeds door een bril van afwijzing en de daarop volgende obsessie. In een van de latere hoofdstukken waarin een sleutel wordt gegeven van Adrians noodlot zegt hij zelfs gefrustreerd:
“Nee, ik was er niet bij. Maar vandaag is het een innerlijke werkelijkheid dat ik erbij ben geweest, want wie een geschiedenis heeft meegemaakt en opnieuw doorgemaakt zoals ik deze, wordt door zijn angstwekkende vertrouwdheid daarmee ook de oog- en oorgetuige van haar verborgen frase”.
Het zet de hele roman op zijn kop, want als we erkennen dat Serenus geestelijk niet in orde is, wordt de gegeven interpretatie van het boek omgedraaid. De sympathie die we moesten krijgen voor Serenus slaat om naar sympathie voor de onsympathieke Adrian, een gekweld genie, niet de kunde hebbende om met de wereld om te gaan, met de maatschappij en de mensen daarin, wanhopig op zoek naar liefde die hij ook vindt, maar die niet duurzaam mag zijn, niet omdat hij een pact met de duivel heeft gesloten, maar vanwege onkunde en noodlot. Ik kan hier pagina’s over doorgaan, maar ik zou geïnteresseerden (die de mogelijkheid hebben eraan te kunnen komen) vooral willen wijzen op een artikel dat ik tegenkwam en die dit boek voor mij een nog mooiere ervaring maakte.
Hier:
Exorcising the Devil from Thomas Mann's "Doktor Faustus" on JSTOR.
Het enige dat ik nog wil schrijven in dit bericht is dat de twee hoofdstukken die verhalen over 'Echo', en dit quote ik ergens van, volgens mij van Goodreads: "van een mythische schoonheid zijn". De tranen rolden over mijn wangen.