Tja, hmm, ik vond dat gestrekte been van Ozcan Akyol onlangs best wel irritant, maar toen las ik dit boek, en kon ik me opeens wel vinden in zijn kritiek op de hedendaagse Nederlandstalige literatuur.
Nachtouders valt onder de hippe categorie auto-fictie. En het probleem met de auto-fictie van vandaag de dag is dat het fundament nogal wankel is. Of je een roman in dit genre leuk vindt, hangt vooral af van hoezeer je je in het leven en de gedachtewereld van het hoofdpersonage kunt vinden. Veel meer heeft een dergelijke roman namelijk niet te bieden. En voor mij was dat bij dit boek wel echt een probleem.
De worsteling met Saskia's niet-biologische moederschap vond ik op zich wel interessant, maar het punt was redelijk snel gemaakt en ging daarna nog heel lang door. Dan is er dat hele gedoe op het eiland, wat ook in het begin nog wel onderhoudend was en waar een zekere dreiging vanuit ging, maar ook dit ging veel te lang door. Dan sluipen er op een bepaald moment ook nog allemaal relatieperikelen het verhaal in, en tja, sorry, ik zie niet in waarom ik daarover zou willen/moeten lezen als het verder geen onderdeel van een groter verhaal of idee is. De plotselinge omslagen in Saskia's handelingen werden heel slecht onderbouwd en vond ik vooral getuigen van matig schrijverschap. Over matig schrijverschap gesproken, de zin 'In mijn hoofd schuurt een doodvermoeide egel tegen de wanden' is een zin die te lezen is in dit boek. Wattefak.
Dan heb je nog de vorm van het verhaal, waarin gewisseld wordt van perspectief en gewisseld wordt tussen verschillende soorten teksten (dialoog, verhalend, notities). Kwam op mij vooral heel erg over als iemand die vooral heel hard probeert om het allemaal anders en uniek te doen. Werkte totaal niet voor me en leek vooral een manier om de lezer af te leiden van het feit dat het verhaal verder nogal inhoudsloos is.
Ik lees best wel veel Nederlandstalig, omdat ik juist vind dat er toffe dingen geschreven worden in Nederland en België. Maar
Nachtouders is dan weer zo'n voorbeeld dat beantwoordt aan de vooroordelen die je vaak hoort over de hedendaagse literatuur: navelstaarderig en nietszeggend.
Het is niet zo dat ik me aan iedere zin geërgerd heb, maar nu ik na het lezen van het boek even de tijd heb gehad om de dingen te laten bezinken, kom ik erachter dat er helemaal niets is om te laten bezinken. Alles aan dit boek heeft me volledig koud gelaten.
Ik mag toch hopen dat
De Hoogstapelaar het niet verliest van dit boek (Libris Literatuur Prijs). Dat zou een klap in het gezicht van het goed fatsoen zijn.
