Sérotonine - Michel Houellebecq (2019)
Alternatieve titel: Serotonine
Frans
Sociaal
347 pagina's
Eerste druk: Flammarion,
Parijs (Frankrijk)
De 46 jaar oude Florent-Claude is een depressieve landbouwkundig ingenieur, die onder de antidepressiva zit en in de ‘Tour Totem’, een torenflat van 31 verdiepingen in de Franse hoofdstad Parijs, woont. Zijn ouders hebben zelfmoord gepleegd. Hij besluit zijn baan bij het Franse Ministerie van Landbouw op te geven, zijn huwelijk met zijn Japanse partner Yuzu achter zich te laten en te verdwijnen. Hij doorkruist daarbij een Frankrijk dat zijn tradities vertrapt, zijn steden bagatelliseert en zijn platteland verwoest, totdat de grens van een opstand wordt bereikt. Hij vertelt over zijn leven als ingenieur, over zijn vriendschap met een aristocratische boer, over het mislukken van hun jeugdidealen, over de wellicht dwaze hoop een verdwenen vrouw terug te vinden. Daarmee ontstaat niet alleen een verhaal over de verwoestingen van een wereld, maar tevens een verhaal over wroeging en spijt.
Niemand in het Westen zal nog gelukkig zijn - NRC
De Nederlandse vertaling bij uitgeverij De Arbeiderspers te Amsterdam staat gepland voor dit voorjaar.
Mooie recensie van Margot Dijkgraaf, maar ik krijg een tikkeltje jeuk van het romantische idee dat auteurs een soort profeten zijn m.b.t. maatschappelijke ontwikkelingen, terwijl ze er zelf ook onderdeel van zijn. Pieter Waterdrinker zag naar eigen zeggen ook al de gele hesjes opkomen. Maar de anti-EU-sentimenten zijn nu niet bepaald van gisteren en er is al langere tijd een intellectueel klimaat waarin de klassieke instituties (de universiteiten, de politiek, de media, de rechtsspraak) onder vuur liggen. Niet écht verwonderlijk dat hier ook verzetsbewegingen uit voort zouden komen, zeker in Frankrijk dat die traditie van demonstreren kent.
Altijd interessant wat Houllebecq te zeggen heeft, ook al vind ik hem veel te rechts en conservatief. Mag ik het extreem-rechts noemen? Hij benoemt wel altijd problemen die het merendeel van de bevolking ook altijd frustreren.
Altijd interessant wat Houllebecq te zeggen heeft, ook al vind ik hem veel te rechts en conservatief. Mag ik het extreem-rechts noemen? Hij benoemt wel altijd problemen die het merendeel van de bevolking ook altijd frustreren.
Ik heb nog nooit wat van 'm gelezen, maar heb het vermoeden dat ik hem eigenlijk best kan pruimen.
Ik heb nog nooit wat van 'm gelezen, maar heb het vermoeden dat ik hem eigenlijk best kan pruimen.
Zijn boek 'Onderworpen' heb ik gelezen en ik moet zeggen dat dit wel aangenaam was om te lezen. Had er door alle persbelangstelling wel meer van verwacht, maar het is zeker de moeite.
Het fijne aan Houllebecq is dat hij tegen de schenen durft te schoppen. De hele literaire wereld is zo links als de pest en dan is het wel leuk dat er iemand is die tegen de stroom ingaat, ook al is hij wel extreem af en toe.
Deze nieuwe roman van hem trekt me op de een of andere manier wel weer aan.
Ik weet niet of je Houellebecq extreem-rechts kan noemen, dat gaat mij te ver. Het is in de eerste plaats een kunstenaar denk ik...
Onderworpen heb ik overgeslagen. De mogelijkheid van een eiland vond ik de leukste.
Deze nieuwe roman van hem trekt me op de een of andere manier wel weer aan.
Ik weet niet of je Houellebecq extreem-rechts kan noemen, dat gaat mij te ver. Het is in de eerste plaats een kunstenaar denk ik...
Extreem-rechts is als ik het zo bekijk wat ongelukkig gekozen. Conservatief is denk het juiste woord. Nu vind ik het wel eens aangenaam om te lezen, want de literaire wereld, en dan zeker in Nederland en Vlaanderen, is toch wel verschrikkelijk links. Een soort elite die zich beter voelen dan de gewone man.
Maar wat ik begrijp is dat Houellebecq nu juist zo intellectueel en elitair is als een auteur kan zijn. Vol verwijzingen naar kunst, literatuur, filosofie en wetenschap.
Ik heb nog nooit wat van 'm gelezen, maar heb het vermoeden dat ik hem eigenlijk best kan pruimen.
Ik kan de boeken van Houellebecq van harte aanbevelen. Mocht ik je een titel mogen aanraden om mee te beginnen zou ik voor zijn debuutroman "De Wereld als Markt en Strijd" gaan. Ik denk dat dit boek naast de titels "Platform" en "De Kaart en het Gebied" tot zijn beste werk behoort. Alleen zijn roman "Onderworpen" heb ik nog niet gelezen.
De boeken van Houellebecq zijn allerminst vrolijkmakend. Zijn kijk op de wereld is zwartgallig, cynisch en soms ook provocerend. Toch beschouw ik hem als inspirerend en zetten de romans van Houellebecq de lezer regelmatig aan het denken. Je moet ook in ogenschouw nemen dat de schrijver zich beroept op de vrijheid van fictie en dat niets te letterlijk moeten worden genomen.
Ik heb onlangs ook geleerd dat er enkele verwijzingen zitten in "De Wereld als Markt en Strijd" naar het leven van Albert Camus en zijn roman "De Vreemdeling". Waarvan overigens de stijl van dat boek weer erg aan Houellebecq doet denken.
Als ik zo vrij mag zijn om een stukje te citeren uit hoofdstuk drie van het eerste deel van "De Wereld als Markt en Strijd" waarin de ik-persoon zich tot de lezer wendt: 'Het probleem is dat je er niet helemaal mee kunt volstaan volgens de regels te leven. Het lukt je inderdaad (soms maar net op het nippertje, heel erg op het nippertje, maar over het geheel lukt het je) volgens de regels te leven. Je belastingaangiften zijn op tijd. Je rekeningen worden binnen de termijn voldaan. Je gaat nooit van huis zonder identiteitsbewijs (en het speciale hoesje voor je creditcard!...). Maar je hebt geen vrienden.
(...) Ook jij vond de wereld ooit interessant. Dat was lang geleden; ik verzoek je eraan terug te denken. Het gebied van de regels volstond niet meer voor je; je hield het niet meer uit in het gebied van de regels; je moest dan ook het gebied van de strijd betreden. Ik verzoek je in gedachten terug te gaan naar dat precieze moment. Het is lang geleden, nietwaar? Weet je het weer? Het water was koud.
Nu ben je ver van de oever. O, wat ben je ver van de oever! Je hebt lange tijd gedacht dat er een overkant bestond; nu denk je dat niet meer. Toch blijf je zwemmen, en elke beweging die je maakt brengt je dichter in de buurt van de verdrinkingsdood. Je stikt, je longen branden. Het water lijkt steeds kouder, en vooral veel zilter. Je bent niet zo jong meer. Je gaat nu sterven. Het geeft niet. Ik ben er. Ik zal je niet laten vallen. Blijf doorlezen. Denk nog maar eens terug aan het moment dat je het gebied van de strijd betrad.'
Houellebecq blijft je niet in de koude kleren zitten.
Ik zie dat mijn bericht is verplaats. Voor de goed orde, dit evenement is ter gelegenheid van zijn nieuwe boek.
Betty Asfalt Complex in Amsterdam
zaterdag 23 maart 2019
Aanvang 15:00 uur
Een middag rondom Michel Houellebecq met o.a. Pieter Waterdrinker, Martin de Haan, Damiaan Denys en Aafke Romeijn. Muzikale omlijsting o.a. Stella Bergsma en Aafke Romeijn.
Altijd interessant wat Houllebecq te zeggen heeft, ook al vind ik hem veel te rechts en conservatief. Mag ik het extreem-rechts noemen? Hij benoemt wel altijd problemen die het merendeel van de bevolking ook altijd frustreren.
Hij ziet (zag?)zichzelf als een sociaal democraat. Dat rechts extremisme zie ik niet zo in zijn werk. Hij maakt wel duidelijk waar de pijn zit in onze samenleving.
Altijd interessant wat Houllebecq te zeggen heeft, ook al vind ik hem veel te rechts en conservatief. Mag ik het extreem-rechts noemen? Hij benoemt wel altijd problemen die het merendeel van de bevolking ook altijd frustreren.
Rechts en Conservatief is voor mij juist een + punt.
Eerst en vooral was dit voor mij een psychologische roman waarin Houellebecq heel knap een portret van een depressief persoon toont en vaak genoeg goed zijn gedachten en leefwereld weet te verwoorden. Maar bovenal excelleert hij in de flash backs die goed zijn geschreven en vaak ook gewoonweg ontroerend. Houellebecq toont zich hier vooral een goede verteller met af en toe interessante observaties. Tegen het eind verliest het boek iets aan spankracht en af en toe had de inhoud wat meer naar voren mogen treden want ik vond het soms te weinig bij het hoofdverhaal horen, maar als geheel is dit een erg prettig en fijn te lezen boek. 4,0*.
Dat leven waar hij zich tegen keert is juist door een rechts of neo-liberaal gedachtegoed veroorzaakt althans in Serotonine en met name het stuk over zijn "beste vriend"
Al weet je nooit bij hem of hij dit vindt of enkel weergeeft hetgeen de schrijver wil zeggen (beide kan).
Milan Kundera, de andere schrijver van wie ik [Martin de Haan] de vaste vertaler ben (hij heeft Michel Houellebecq één keer ontmoet en herinnert zich nog dat deze erg onder de indruk was van zijn schoenen), heeft sinds de verschijning van zijn debuutroman, De grap, een onvermoeibare strijd geleverd om het publiek duidelijk te maken dat zijn romans geen verkapte politieke pamfletten zijn, maar meerstemmige ‘existentiële sondes’ die proberen te ‘ontdekken wat alleen de roman ontdekken kan’. De personages zijn daarin geen spreekbuis voor de ideeën van de auteur, maar ‘experimentele ego’s’ die door hun interactie inzicht bieden in een bepaald aspect van het menselijk leven.
Michel Houellebecq zou dat allemaal niet zo zeggen. In zijn eigen debuutroman, De wereld als markt en strijd, vergelijkt hij personages zelfs met kreeften die in een glazen bak over elkaar heen lopen, en ego’s vindt hij sowieso verdacht. Maar over één ding is hij het in elk geval met Kundera eens, namelijk dat de roman geen simpele ‘illustratie van een idee’ mag en kan wezen – maar laat dat nu juist hetgeen zijn wat de halve wereld sinds Elementaire deeltjes in zijn romans meent te zien, ten goede of ten kwade. En je kunt het die lezers eerlijk gezegd niet eens echt kwalijk nemen; immers, zo zegt Houellebecq in De koude revolutie: ‘Iedereen heeft opvattingen. Mensen hebben opvattingen, en mijn personages zijn geen uitzondering.’ Hoewel alleen de ‘lompste’ lezers de personages maar meteen als direct verlengstuk van de auteur zien.
Van de blog van de vertaler Martin de Haan.
Op zich heeft Baudet namelijk geen ongelijk als hij zegt dat het essay teveel in het politieke getrokken wordt en dat het goed is om soms meer de diepte in te gaan en romans te lezen en daarover te reflecteren. Anderzijds lijkt het er toch sterk op dat hij deze reactie opzoekt, misschien zelfs uitlokt, en het maar wat heerlijk vindt om vervolgens weer de slachtofferhoek in te duiken (dat interview ook, mijn hemel, wat is dat voor kwast die de vragen stelt?).
Als je naar het essay kijkt, dan gebeurt daarin precies wat vertaler Martin de Haan signaleert. Hoewel Baudet stelt dat Houellebecq meer een poeet is dan een filosoof en hij in het interview nog even benadrukt dat de man zo prachtig Frans schrijft (daarmee implicerend dat hij het in het origineel leest, wat natuurlijk onze bewondering moet opwekken), benadert hij het werk louter en alleen als bron van ideeen en maatschappijkritiek. Heel opzichtig knoopt hij daaraan zijn eigen stokpaardjes vast: met name de onvermijdelijke sterke natiestaat als enige logische oplossing van de beschreven problemen. Hij vindt zelfs ruimte om klimaatverandering nog even te ontkennen, maar geen woord over de narratieve structuur, of de stijl, of de ambiguiteit van de personages bij Houellebecq. Kortom: het essay maakt van de romans van Houellebecq een platform om het eigen, expliciet politieke wereldbeeld uit te venten. Ja, de reactie van de media en andere politici blijft aan de oppervlakte, maar Baudet blijft zelf ook aan de oppervlakte in zijn (eerlijk gezegd niet al te spannende en zeker niet verrassende) beschouwing, omdat hij het wezen van de roman heeft gemist. Ik grijp dan ook maar even naar Kundera:
"De geest van de roman is de geest van de complexiteit: elke roman zegt tot zijn lezer: 'De zaken zijn gecompliceerder dan jij wel denkt.' Dat is de eeuwige waarheid van de roman, die zich evenwel minder en minder laat horen in het tumult van de gemakkelijke en snelle antwoorden die op de vraag vooruitlopen en deze uitsluiten." (uit: De kunst van de roman).
De interviewer van TPO meent dat Houellebecq wel blij zal zijn met het essay van Baudet. Ik waag dat te betwijfelen. Baudet spant het oeuvre van de romancier voor zijn eigen politieke karretje en daarmee verliezen de romans hun werkelijke angel.
Wat roept het essay van Baudet bij u op? Is het geslaagd?
‘Zijn lezing gaat één kant op. Hij leest als het ware met oogkleppen op, alsof het hele oeuvre van Houellebecq een vehikel is voor ideeën. Terwijl een kenmerk van Houellebecq is dat hij je steeds onderuit haalt op het moment dat je denkt dat je hem te pakken hebt.
‘Dat eendimensionale lezen is kennelijk wel iets wat Houellebecq oproept. Ook bij lezingen over zijn werk hoor ik vaak: wat een sombere boeken zijn het. De thematiek kan somber zijn, de manier van vertellen is dat niet. En de scènes die hij beschrijft zijn vaak absurd of grotesk.’
De enige persoon die levensecht is in de roman is zijn vriend, hij is wel moedig en durft te leven en te doden. Maar zelfs daar ben ik niet helemaal zeker van, misschien zijn ze wel een en dezelfde persoon...en ze luisteren samen naar Child in Time.
Daarna zitten we weer helemaal in de ellende van Florent-Claude, zijn leven is voorbij. Maar hij gaat zich zowaar interesseren voor literatuur (uit verveling dat wel) en leest Thomas Mann en Proust. En net wanneer je weer een beetje hoop krijgt, hij valt toch wel mee, komt hij met een eigen vertaling van De meisjes in bloei: De vochtige kutjes.
Prachtig is dat hij uiteindelijk zijn leven tot een kunstwerk weet te maken...en het enige dat ik met zekerheid kan beweren is dat hij de moed niet zal hebben uit het raam te springen.
Het begin vond ik echt genieten. Ik heb flink moeten lachen om de beschrijving van de verteller van zijn relatie met Yuzu. Dat was een fijne binnenkomer. Verder vond ik Houellebecqs kritiek op de uitwassen van het kapitalisme en globalisering interessant. Ik moet wel toegeven dat ik ergens halverwege een beetje focus miste en me meerdere malen heb afgevraagd waar dit nou allemaal heen zou gaan.
Vanaf het moment dat de boerenprotesten in beeld komen vond ik het boek echter weer heel boeiend worden en heb het boek verder in een keer uitgelezen. De allerlaatste paragraaf vond ik echt fantastisch en heb ik meerdere keren herlezen. De grote kracht van dit boek zat voor mij in de ambiguïteit van de verteller; een enerzijds nare, laffe man die overal het slechte in ziet, maar anderzijds ook een aandoenlijke man die van binnen opgevreten wordt door verdriet en smacht naar liefde (of een kutje, zoals-ie het zelf zou zeggen). Ondanks dat de toon van het boek bij tijd en wijlen gitzwart is, wordt er ook iets tegenover gesteld, iets wat ik miste in Elementaire Deeltjes maar dat hier dus wel aanwezig is. Ik had niet verwacht dat ik het ooit zou zeggen, maar ik heb opeens zin om meer van Houellebecq te lezen.
Hoe dan ook, wat duidelijk wordt bij lezing van deze roman van Houllebecq, dat er een groot schrijver aan het werk is. Stilistisch is het beeldschoon. De hoeveelheid aan ideeën die het aan de lezer presenteert, zie je slechts zelden. Je moet de roman dan ook maar niet op zijn plot beoordelen. Ik zou dan moeten concluderen dat het vooral de roman van de uit- en afgestelde hoogtepunten is (Yuzu, de pedofiel, het zoontje van zijn oude minnares).
Wel goed gelachen zo nu en dan.
Toevallig las ik net de reactie die JJ_D zonet postte bij Kartonnen Dozen van Tom Lanoye: een "curieuze mix van esthetiek, ikkerigheid en obsceniteiten." Ik moest onmiddelijk aan Houellebecq dnken, alleen zou ik "curieus" vervangen door "saai", en aan de mix ook nog "sentimentaliteit" toevoegen..