Fantastische opener, maar helaas ook meteen het hoogtepunt van de serie.
Vooraf had ik gelezen dat dit boek het traagste van de serie zou zijn: de nadruk zou vooral liggen op het opzetten van de wereld en haar regels, en daardoor is er relatief weinig actie. En tot op zekere hoogte klopt dat inderdaad: de eerste 50-100 pagina's zijn pure opzet (waardoor het wel even duurt voordat je echt in het verhaal komt), pas in de laatste 200 pagina's gebeurt er veel, en daarvoor wordt er vooral veel tijd besteed aan het verkennen van de geschiedenis van de wereld en de omstandigheden, geschiedenis en drijfveren van de drie hoofdpersonages. Maar persoonlijk vond ik dat niet zo'n probleem. De wereld is namelijk erg boeiend en barst van het detail: de verschillende culturen met ieder hun eigen religies en tradities, de unieke ecologie (met kreeftachtigen als de dominante diersoort), het vreemde klimaat (met periodieke stormen waarvoor iedereen, zelfs planten, moet schuilen) en de magie (die afgeleid is van de macht van die stormen) zijn allemaal erg fascinerend, en ondanks het gebrek aan actie verveelde ik me daarom zelden.
Daarnaast zijn de personages allemaal zeer sympathiek en hebben ze boeiende arcs. Dalinar is een trouwe adviseur van de koning die ziet dat zijn land – in oorlog met een volk, de Parshendi, die de vorige koning heeft vermoord – zwak en verdeeld is, en daarom hard werkt om eenheid te brengen; en visioenen dat een grote crisis aanstaande is maken dat des te urgenter. Kaladin is een slaaf die in het verleden verraden is door zijn leider (die hem vervolgens tot slavernij veroordeelde), en nu als kannonenvoer gebruikt wordt door een brute generaal: zijn taak is om de hoop op een beter leven te hervinden, en een uitweg uit zijn hopeloze situatie te zoeken. En Shallan streeft ernaar om de pupil te worden van een beruchte geleerde, Jasnah, in de hoop haar “soulcaster” (een soort magisch instrument) te stelen zodat ze haar familie kan redden van de enorme schulden die haar (nu dode) vader achtergelaten heeft (en in het proces meer zelfvertrouwen kan winnen). Dalinar en Kaladin brengen verschillende perspectieven op het conflict met de Parshendi (Dalinar van de top, Kaladin van de grond), en via Shallan leren we meer over de wereld, waardoor ieder van de drie hoofdpersonages een duidelijke rol heeft in het boek (er zijn nog een aantal andere “viewpoint characters”, maar die zijn minder belangrijk). Voeg daar een zindere finale aan toe waarin ieder personage zichzelf ontstijgt, en je hebt zo'n beetje de best mogelijke opener die je van een serie kan wensen.
Ik begon daarom meteen vol enthousiasme aan het tweede boek, maar vele honderden pagina's later kwam ik tot de conclusie dat de serie – voor mij – haar potentieel niet helemaal waarmaakt (maar het is de hoogst gewaardeerde fantasyserie van de afgelopen 10-15 jaar, dus ik zal wat dat betreft vast in de minderheid zijn). Waarom? In de eerste plaats zit dat hem in de wereld. In het eerste boek richt het verhaal zich vooral op conflicten tussen mensen, en hoewel sommigen van hen zeker “slecht” zijn hebben zij doorgaans allemaal realistische motieven: slaven als kanonnenvoer gebruiken is zeer kostenefficiënt; strikt aan je idealen vasthouden is niet noodzakelijk de meest effectieve manier om een land te verenigen; een machtig wapen kan meer goed doen in de handen van een generaal dan in die van een onervaren soldaat; etc etc. Maar later in de serie doet steeds meer “fantasy” haar intrede in het conflict, en dat maakt ze een stuk zwart-witter – en daardoor minder interessant. En hetzelfde geldt voor de gevechten en de magie: Sanderson staat bekend om zijn magiesystemen met “harde” regels, maar hier merkte ik daar vrij weinig van. Begrijp me niet verkeerd: er is een interne logica. Maar die logica is redelijk zacht, en bovendien behoorlijk moralistisch. En bij de gevechten ligt de nadruk voor mijn gevoel in toenamende mate op spektakel in plaats van strategie en balans. Met andere woorden: het potentieel voor complexiteit wordt verkwanst voor spektakel, en dat is jammer. In het begin ligt de wereld dichter bij die van Game of Thrones dan Lord of the Rings, maar later wordt dat in toenamende mate omgedraaid. En dat is voor mij geen goede ontwikkeling.
Het tweede grote probleem is voor mij dat de boeken veel te veel tijd besteden in de hoofden van de personages – en daarbij ook nog eens vaak in herhaling vallen. In zekere mate is dit uiteraard prima: goede karakterontwikkeling is een plus, en daarvoor is zelfreflectie essentieel. Maar ik lees fantasy vooral om me te verliezen in een andere wereld, en in plaats daarvan honderden pagina's lezen over trust issues, trauma's over het verleden en meer van dat – waarbij er na eerdere triomfen ook nog eens regelmatig terugvallen zijn – is voor mij wat te veel van het goede, niet in het minst omdat ze buiten die specifieke problemen (na het eerste boek) vaak weinig boeiende gedachten hebben of interessante dilemma's moeten confronteren. (En als we het over honderden pagina's hebben: de boeken hadden wat mij betreft een stuk korter gemogen, en zouden baat gehad hebben bij een strenge redacteur.) Ik zag ergens een meme dat een wezenlijk criterium voor magische krachten lijkt te zijn dat de personen in kwestie een mentale stoornis hebben, en daar zit wat mij betreft wel wat in: alle hoofdpersonages hebben serieuze problemen. Deze interne focus zal uiteraard niet voor iedereen een probleem zijn, maar voor mij was de ontwikkeling zelden interessant genoeg om de honderden pagina's die er aan gewijd worden te rechtvaardigen: ideologische conflicten zijn mijns inziens een stuk interessanter, en de focus op interne problemen haalt vaart uit het toch al redelijk trage verhaal.
The Way of Kings is kortom een fantastische opener van de Stormlight Archive reeks: de wereld is zeer fascinerend en in veel detail opgezet, en de ontwikkeling van de personages uiterst bevredigend. Maar hierna gaat de serie mijns inziens bergafwaarts: de wereld maakt haar potentie niet waar (het wordt steeds meer een traditionele fantasyserie, met helden die de wereld moeten redden, in plaats van de positievere versie van Game of Thrones waar ik op hoopte) en de personages stagneren enigszins. Een gemiste kans dus in mijn ogen, maar deze opener is desalniettemin absoluut de moeite waard. 4.25*