Mike Dash schreef een prachtig, doch huiveringwekkend boek. Het begint met de ramp van de Batavia. Kapitein Ariaen Jacobsz maakt een inschattingsfout en de Batavia loopt op een klif voor de Australische kust. Op de VOC schepen is de opperkoopman de baas, op dit schip is dat de Antwerpenaar Francisco Pelsaert. Nadat de schipbreukelingen op een eilandje zijn gestrand, gaan Pelsaert en de kapitein, samen met een aantal ervaren zeelui per sloep naar Batavia (het huidige Djakarta) om hulp te halen. De onderkoopman is Jeronimus Cornelisz, een psychopaat en een bijzonder slecht mens. Gezien zijn functie krijgt hij de leiding over de overlevenden. Wat daarna gebeurt valt nauwelijks te beschrijven; Jenonimus slaagt er in om een aantal zeelieden en soldaten op zijn hand te krijgen. Hij laat deze mannen een eed van trouw zweren en stuurt ze vervolgens op pad om te moorden. Een aantal personen, geen volgelingen van Jenonimus worden met een list verbannen naar een ander eiland. Uiteindelijk wordt dit Jeronimus en zijn aanhang noodlottig. Omdat op dit eiland de leefomgeving veel beter is, proberen de mannen van Jeronimus dat te veroveren, hetgeen mislukt. Dan verschijnt een boot uit Java aan de horizon met Pelsaert aan boord. Die heeft de bevoegdheid recht te spreken en Jeronimus en vier van zijn maten worden opgehangen. Later volgen nog meer vonnissen zoals kielhalen en radbraken. Vergeleken met de huidige strafmaat in Nederland erg zwaar. In Geralton aan de Westkust van Australië kan men een museum bezoeken, waar voorwerpen van de Batavia en andere scheepswrakken zijn te bezichtigen. Mike Dash noemt in zijn boek ook het Maritiem museum in Fremantle, doch daar is op internet niets over Batavia te vinden.