menu

The Mouse and His Child - Russell Hoban (1967)

Alternatieve titels: Vader Muis en Zijn Zoon | Vader Muis & Zijn Zoon

mijn stem
geen stemmen

Engels
Jeugdboek
Avontuur / Psychologisch

182 pagina's
Eerste druk: Harper & Row, New York (Verenigde Staten)

Vanuit de veilige speelgoedwinkel komen een opwindmuis en zijn zoon terecht op een vuilnisbelt. Ze worden met andere opwinddieren de slaven van Manneke Rat. Gelukkig zien ze kans te ontsnappen en gaan ze op zoek naar hun zelfstandigheid en het mooie poppenhuis dat ze ooit ergens hebben gezien. Maar van hun ontsnappingstocht door bos en wei tot de laatste veldslag om hun grondgebied beleven ze het ene avontuur na het andere en worden ze onafgebroken op de hielen gezeten door Manneke Rat die vastbesloten is hen te vernietigen.

zoeken in:
Ted Kerkjes
Het komt niet vaak voor dat ik een boek koop van een auteur die ik totaal niet ken. Als ik een werk aanschaf, ken ik de schrijfster of schrijver van een boekje dat ik misschien ooit eerder heb gelezen of van een prijs die de auteur ooit heeft ontvangen of de naam is op één of andere manier verbonden met iets, waardoor deze bij mij vaag ergens een belletje doet rinkelen. Van dit alles wat echter hier geen sprake: Russell Hoban was mij volledig onbekend. Waarom heb ik dan toch dit werkje gekocht? Tja. Wellicht dat de pentekening om de voorkant in combinatie met de titel mij zodanig heeft weten te vertederen of anders zullen de vele worm(?)gaatjes in de omslag wel een grote aantrekkingskracht op mij hebben gehad. Sowieso kan ik maar met moeite een (oud) boek terugleggen als ik het eenmaal goed bestudeerd heb. Hoe dan ook: het feit dat het boek is verschenen bij uitgeverij Bert Bakker zal wel ongetwijfeld een rol hebben gespeeld. Dan is het in ieder geval niet standaard, dacht ik. En dat is ook zo: het is geen standaard boek. Maar helaas erg geslaagd evenmin.
Een minpunt vond ik de vele uitgebreide omschrijvingen, die in mijn ogen (zoals zo vaak) onnodig waren, en die het boek soms ronduit vermoeiend maakten. Ik houd niet zo van ellenlange omschrijvingen van plaatsen of ruimtes. Vooral omdat deze de lezer de mogelijkheid tot visualisatie ontnemen. Als ik een goed boek lees, leef ik me wel zodanig in dat ik situaties voor me zie. Dan heb ik daar vaak geen hulp bij nodig. Hoban omschrijft in dit boek onder andere een onguur rattenhol. Nou, alleen al bij deze twee worden dansen er duistere beelden van rokerige, smerige, druipende stegen op mijn netvlies, dus erg veel uitleg is overbodig.
Nu is het natuurlijk een ander verhaal wanneer je met een originele invulling van het beeld komt. Er zijn schrijvers die zo schrijven dat ik zelfs hun langste omschrijvingen kan verdragen. Die schrijven dan ook vaak poëtisch, waardoor ieder woord op de juiste plek staat en er genoeg ruimte overblijft voor de lezer om het beeld zelf te vormen.
Wat mij betreft kun je schrijven heel goed vergelijken met tekenen. Ik houd van tekeningen waarin een heel beeld gesuggereerd wordt met enkele slimme lijnen. Je moet niet alles tekenen, want dan is er weinig aan: dat ziet de kijker gewoon wat er is. Nee, een tekenaar dient met een handjevol strepen een wereld te scheppen, zodat de kijker ziet wat er niet is. Dat is spannend, en dat is de kracht van de verbeelding en de kunst. Een schrijver dient hetzelfde te doen, maar dan met taal. Er zijn ook heus wel omschrijvende schrijvers die ik kan waarderen -ik weet even geen namen- en ook enkele makers van zeer gedetailleerde prenten weten mij te bekoren: zo'n weelderige gravure van Gustave Doré is natuurlijk indrukwekkend, maar interessanter vind ik sobere schrijvers en sobere tekenaars bij wie elk woord en elke lijn onmisbaar zijn.
Het gevaar dat bij gedetailleerd werken op de loer ligt, is dat de kern kwijtraakt. De illustraties in "The mouse and his child" van Russell Hobans vrouw Lilian lijden aan dit euvel: door een overdaad aan arcering zijn de hoofdlijnen, om ze zo maar te noemen, moeilijk te onderscheiden. Wat dat betreft passen de prenten uitstekend bij het boek, want van hetzelfde probleem heeft de taal van de schrijver ook last: de hoofdlijnen van het verhaal verzuipen in de omschrijvingen. Soms moest ik een alinea herlezen, omdat de gebeurtenissen mij waren ontgaan.
Dit had overigens ook te maken met het feit dat er een heleboel dingen plaatsvonden die ik niet had voorzien. Het verhaal was bloederiger dan ik had verwacht. Niet bloederiger dan het leven in de natuur, allicht, maar op de één of andere manier verwacht je van antropomorfische dieren toch wat meer "beschaving". In de meeste dierenverhalen is dat ook zo, maar in dit boek niet: er wordt heel wat gemoord en veel dieren worden zonder pardon opgegeten, op een laconieke manier. Het leven is hard in de natuur, ook als de beesten babbelen, kleren dragen en weten hoe een lichtnet aan te sluiten.
In veel dierenverhalen zijn tevens knipogen naar de mensenmaatschappij te vinden, en dit verhaal is geen uitzondering op deze regel. Hierin verraadt het boek haar leeftijd. De avant-gardistische, experimentele toneelgroep; de zweverige oosterse filosofie; de psychotherapie en de krekelmuziek (ik vermoed in het Engels muziek van de beatles), verwijzen subtiel naar de jaren zestig. (In Nederland verscheen het boek echter pas in de jaren tachtig...) Vooral de bijfiguren zorgen voor deze leuke referenties.
Dit boek moet het sowieso van de bijfiguren hebben. De protagonisten zijn ronduit saai en vlak. Het zijn toch echt de personages als de roerdomp en de bisamrat die echt leven en het boek interessant maken. Deze komen met interessante dialogen en boeiende gedachtekronkels. Vader Muis en zijn kind zijn toch een soort bordkartonnen bruggetje tussen de vele randfiguurtjes.
Het werk wekt de indruk erg avontuurlijk te willen zijn, maar dit komt helaas niet echt goed uit de verf. Op de één of andere manier lijken alle verre uithoeken slechts twee stappen verder en de problemen die zich voordoen en de gevaren die het pad van de opwindmuizen kruizen, lijken nooit ook maar enigszins dreigend. Misschien komt dit ook doordat de slechterik Manneke Rat te clichématig is en daardoor te vlak. Hij is de baas van de vuilnisbelt waar de speelgoedmuizen terechtkomen. Daar regeert hij als een meedogenloze tiran en slavendrijver over al het opwindspeelgoed. Dit klinkt misschien wel spannend, maar als de handlangers van Manneke Rat een liedje zingen, is de dreiging wel ver te zoeken. Waarom Manneke Rat nou precies zo overdreven kwaad op de muizen is en waarom hij zint op wraak, is mij niet geheel duidelijk. Dat de wraakzucht ook niet bijzonder diepgeworteld is, blijkt ook aan het einde van het boek, als hij enkele rigoureuze karakterontwikkelingen doormaakt. Hier lijkt het alsof de schrijver niet precies wist hoe te eindigen: het hele boek is de slechterik slechter tot op het bot, dan wordt hij opeens goed, dan blijkt hij toch weer slecht, maar uiteindelijk is hij toch weer goed... Zo'n figuur kun je moeilijk serieus nemen.
Wel geslaagd aan het einde vond ik de geschiedenis van het hotel. Dat was zo overdreven en absurd dat ik het hilarisch vond, en volgens mij was dat ook de bedoeling. Dat de zwerver aan het eind nog eens langskomt, is ook wel aardig.

Al met al vooral een vreemd boek. Ik twijfel tussen een 2,5 en een 3,0.

Gast
geplaatst: vandaag om 06:19 uur

geplaatst: vandaag om 06:19 uur

Let op: In verband met copyright is het op BoekMeter.nl niet toegestaan om de inhoud van externe websites over te nemen, ook niet met bronvermelding. Je mag natuurlijk wel een link naar een externe pagina plaatsen, samen met je eigen beschrijving of eventueel de eerste alinea van de tekst. Je krijgt deze waarschuwing omdat het er op lijkt dat je een lange tekst hebt geplakt in je bericht.

* denotes required fields.

Let op! Je gebruikersnaam is voor iedereen zichtbaar, en kun je later niet meer aanpassen.

* denotes required fields.