Gimmick! - Joost Zwagerman (1989)
Nederlands
Sociaal
238 pagina's
Eerste druk: De Arbeiderspers,
Amsterdam (Nederland)
Discotheek Gimmick vormt het trefpunt van een groep 'postmoderne' kunstenaars. Hun leven wordt beheerst door drugs, drank, seks, geld en de moderne media. In deze verloederde wereld probeert de jonge, succesvolle schilder Walter van Raamsdonk, kortweg Raam genoemd, zich staande te houden. Zijn hunkerende liefde voor zijn ex-vriendin Sammie lijkt hem daarbij tot steun te zijn, maar wanneer blijkt dat hij haar niet terug kan krijgen, keert deze obsessie zich tegen hem. Niet meer in staat nieuw werk te maken, glijdt Raam in hoog tempo zijn eigen ondergang tegemoet...
platvloersheid hoogtij vieren.
Als groot liefhebber van platvloersheid kan Zwagerman me best boeien. Meer zelfs: Zwagerman bezorgde me samen met Brusselmans zin om te lezen. Wanneer je tijdens het middelbaar onderwijs bestookt wordt met een canon, wil quasi iedere tiener daarbij een tegengeluid horen. Iets balorig, iets stamperig, iets dat "Nee!" schreeuwt terwijl je rustig "Ja hoor" blijft knikken.
Gimmick! schreeuwt je toe vanop de kaft. De lezer weet, ik betreed een tekstbordeel de lezer betreedt trouwens in Gimmick! letterlijk een bordeel . Gimmick! is een boek dat van alles te veel bevat: teveel pathos hoe Raam zijn liefde voor Sammy beschrijft. , teveel satire de manier waarop Raam zijn subsidie probeert te versieren , slecht gedoseerde geweldscènes de vechtpartij met de kunsthandelaar .
En toch werkt het helemaal voor mij. De sober geconstrueerde zinnen willen niet behagen, ze willen entertainen. "Laag bij de grond" roept de lezer, en denkt: "damn! Ik wou dat ik het was!". Gimmick! is piccaresk, grapt en grolt er op los, doet geen moeite om het canoniserend publiekje te behagen. En - en passant - schrijft Zwagerman vief en spitant over andere schrijvers: Malamud & Nabokov komen langs, Sammy weet Raams hart te veroveren "omdat ze in vier dagen het oeuvre van Kafka las" .
Ik schreef het al: teveel, maar dat hoeft geen belemmering te wezen
(is wel zo interessant nl. op een discussieforum!)
Grtz.
Btw. Valt me heel erg op dat Zwagermans boeken op boekmeter bijzonder laag gewaardeerd wordt in vergeleken met zijn status als (toch wel) groot schrijver.
Het verhaal boeide me niet en de personages deden me ook helemaal niets.
Het is een typisch hype-boek. Alleen al de titel wijst daarop. Het werd net als de eerste van Grunberg overhypt. Stop veel sex en drugs en nihilisme in je boek en het verkoopt als een trein. Althans in Nederland.
Toch geloof ik niet dat het de debuterende Zwagerman om 'verkopenverkopen' te doen was. Ik vind het veeleer een geslaagde manier van een tijdperk beschrijven - en daar hoort een bepaalde pathos bij die Zwagerman niet schuwt.
Zoals gezegd, na Vals Licht stond het idee om meer Zwagerman te lezen me niet aan. Dat terwijl ik Gimmick al in de kast had staan. Na het overtuigende Duel ben ik er alsnog in begonnen.
Platvloers lees ik hier. Misschien Maar dan toch zeker ontzettend goed tentoon gesteld. De karakters zijn mateloos fascinerend. Het hele beeld van de omhooggevallen, cokesnuivende kunstenaars en het hele wereldje erbij is ontzettend goed neergezet. Het verhaal loopt moeiteloos over van de een in de andere boeiende, soms ronduit walgende scene. Overal echter wel fascinerend, lekker rauw en doorspekt met humor. Walter Raam is een geweldig protagonist. Het is alleen jammer dat, zoals eerder gezegd, hij niet echt een ontwikkeling lijkt door te maken - naast dat hij zich nog meer stort in een wereld vol onenightstands en drugsgebruik.
Misschien dat Slowgaze eerst maar eens moet leren lezen, want schrijven kan Zwagerman absoluut wel. Een nogal loos commentaar, want stilistisch gezien is dit een pracht van een boek. Dat niet iedereen met de manier van schrijven overweg kan snap ik, maar om er zo'n argumentloos commentaar op te geven is niet fair - maar tegelijk een goed recht.
Of dhr. Slowgaze moet leren lezen kan hij kort zijn, dat kan hij. Stilistisch is het nog wel aardig te noemen ja, maar qua plot, stof, motieven, etcetera is het gewoon vreselijk weinig boeiend en doet me vooral denken aan het braafste jongetje van de klas dat opeens begint te beweren dat hij met zijn neus in wit poeder heeft gezeten, terwijl hij de tieten van een hoer betastte, terwijl iedereen weet dat ie gisteravond én -nacht World of Warcraft zat te spelen.
Toen ik de synopsis las dacht ik dat het wel een boek is dat mij goed zou gaan bevallen.
Maar het deed me vaak denken aan een slechte Brusselmans en waar het bij Brusselmans wel werkt, werkt het hier niet.
Ik vind het ook te platvloers, de humor nogal makkelijk en de personages irritant.
Het begin en einde vind ik wel goed maar alles daar tussenin was niet echt boeiend.
De schrijfstijl is nogal simpel wat mij ook niet kon bekoren.
Een geforceerde bedoeling die niet choqueert, intrigeert of amuseert.
2.5
Aan de ene kant is het saai. Dat klinkt raar als je leest wat onze held Raam allemaal beleeft. En in welk tempo (hij is iemand van weinig reflectie). Maar snel besef je dat alles wat hij meemaakt dingen zijn die hem overkomen, zelden ben ik zo'n passieve protagonist tegengekomen en dat begon me vreselijk te irriteren.
Aan de andere kant is daar die onthutsende, verbijsterende schets van het kunstenaarsmilieu met typeringen van personages en situaties die zo overdreven lijken, maar ook weer authentiek overkomen. Een wereld waarin alles schaamteloos en openlijk om geld draait (OK, en nog een klein aantal basale dingen). Die misschien alleen maar zo geanalyseerd kan worden door iemand die al aan de zijlijn is gaan staan. Dus toch nog een boek dat tot nadenken stemt.
Problematisch vind ik de constante toepassing van het N woord. Als het zin heeft dan kan dat best gebruikt worden maar in dit boek degradeert het letterlijk zwarte mensen. Daarbij kan ik me gewoon niet voorstellen dat in 1989 de witte Nederlander nog niet wist dat het niet oke is om dat woord te gebruiken.
Dus waarom moet de lezer om de zoveel alinea's daar tegenaan lopen?
Op voorhand voel ik dat het vreemd is dit uit mijn mond/hand te horen: maar ik vind het een nodeloos ordinair boekje. De vulgariteit heeft geen doel. Het nihilisme heeft geen doel.
Zelfs enkel shockeren is geen doel, althans daar slaagt het niet in.
Problematisch vind ik de constante toepassing van het N woord. Als het zin heeft dan kan dat best gebruikt worden maar in dit boek degradeert het letterlijk zwarte mensen. Daarbij kan ik me gewoon niet voorstellen dat in 1989 de witte Nederlander nog niet wist dat het niet oke is om dat woord te gebruiken.
Dus waarom moet de lezer om de zoveel alinea's daar tegenaan lopen?
Wil hier toch iets over kwijt, want het woord 'neger' werd eind jaren '80, begin '90 (in geschreven taal toch vooral) nog gewoon gebruikt en daar werd ook niet moeilijk over gedaan. Eigenlijk is dat woord pas in de loop van de jaren negentig geleidelijk aan verdwenen en vervangen door 'een donker iemand'... daarna kwam nog even 'iemand van kleur', wordt ook niet meer gezegd geloof ik...
René Appel zei daar eens het volgende in Trouw: "Niet de taal beïnvloedt de samenleving, maar de samenleving beïnvloedt de taal. Of je iemand nu een bejaarde of een senior noemt, de vooroordelen zullen hetzelfde blijven. Je denkt meteen aan iemand die de rij bij de kassa ophoudt. Dat geldt ook voor 'gastarbeider', dat later 'allochtoon' werd. Elk woord kan besmet worden met het virus van negatieve connotaties. Niet de woorden, maar de mensen moeten veranderen."
Maar in '89 was dit nog de normaalste zaak van de wereld. Het boek is 35 jaar oud. Als ik een boek uit de vorige eeuw lees en ik kom dat woord tegen, laatst nog in dat boekje van Kellendonk, dan heb ik eerder zoiets van pff, wat ouderwets alweer, maar je kunt er ook een drama van maken natuurlijk. Alsof Gimmick! nog invloed heeft op jongeren van nu.
Als het in een boek van na 2000 gebeurt, dan begrijp ik volledig dat men daar over valt, maar toch niet bij zo'n oud boek?
Dat stukje van Appel had ik misschien niet moeten toevoegen, beetje onhandig, want nu lijkt het wellicht of ik dat woord wel ok vind. In de boeken van Appel ben ik het overigens nooit tegengekomen.