Een favoriet dier heb ik niet, eigenlijk vind ik alle dieren even bijzonder en mooi. Maar sommige dieren spreken nu eenmaal nét iets meer tot de verbeelding dan andere dieren, zoals de raaf, de vos, de spin, de wolf, de kat, de uil...
Tussen de uil en de kat zijn heel wat overeenkomsten te noemen. Zo jagen ze beiden op muizen. Een muis in de maag van een uil wordt niet volledig verteerd, er blijft een hoop restafval over dat weer wordt uitgekotst in de vorm van een zogeheten 'braakbal' of 'uilenbal'. Katten doen zoiets soortgelijks ook, alleen gaat het in hun geval niet om botjes of stukjes prooidier, maar om van de haren af te komen die ze tijdens het wassen doorslikken.
Uilen en katten zijn nachtdieren, hun ogen kunnen fel oplichten in het donker. Van de kerkuil is bekend dat deze een katachtig geluid kan voortbrengen dat wegheeft van een blazende kat. In het verleden hing er veel bijgeloof rond zowel de kat als de uil, zo werd de kat in verband gebracht met hekserij en duidde een nachtelijke bezoek van de uil aan het raam van een ziek persoon op een naderende dood.
Verder zijn beide dieren behoorlijk flexibel. Bij de uil zit de lenigheid in met name de nekwervels, de kat heeft vooral profijt van zijn soepele wervelkolom waarmee hij de voorkant van zijn lichaam een halve slag kan draaien ten opzichte van zijn achterlijf.
Maar genoeg hierover, dit is immers geen biologiemeter hihi..
Het boek! Ja, héél lief! Warme sfeervolle tekeningen, van de auteur zelf. Is wel knap hoor, dat je én kunt schrijven én nog goed kunt tekenen ook. Het 'tranenthee' verhaaltje is inderdaad erg mooi, Uil die aan verdrietige dingen gaat zitten denken voor een kopje 'tranenthee', dingen als stoelen met kapotte poten, boeken die je niet meer kan lezen omdat er bladzijden uit gescheurd zijn, potloodjes die te klein zijn geworden om vast te houden...
Wat ik zelf bijvoorbeeld heel droevig vind is als ik in de zomer ergens een speeltuin zie waar geen kinderen spelen, daar kan ik me zo treurig bij voelen.
Ook het laatste verhaaltje over de maan die Uil overal achtervolgt vond ik erg ontroerend.
Arnold Lobel (1933) overleed in 1987 aan een hartstilstand, maar vocht al jaren tegen aids.