Mere Christianity - C.S. Lewis (1952)

De bewerking van vier series radiolezingen uit de jaren 1941-1944. In 1952 werden deze lezingen bewerkt tot een boek onder de titel Mere Christianity. Een Nederlandse vertaling verscheen eerder in twee delen: 'De sleutel tot het geheim' en 'De beeldhouwer en zijn beeld'. Voor die twee titels kwam de vertaling Onversneden Christendom in de plaats.

Kom er maar op en ga er maar aan staan: een boek schrijven over de basisprincipes van het christelijk geloof en deze op heldere wijze uitleggen. Een streven dat zich niet richt op de kerkelijke visie van de auteur zelf of de geloofsstroming waarvan hij onderdeel uitmaakt, maar hij zoekt bewust het neutrale terrein op (vanwaar later verschillende opvattingen zijn ontsprongen).

Het lukt C.S. Lewis zowaar om op grotendeels filosofische en psychologische wijze tot de kern van het christendom door te dringen. Het bovennatuurlijke was er niet zonder het natuurlijke en ook de raakvlakken daartussen worden niet buiten beschouwing gelaten. Hoewel Lewis durft toe te geven niet op elk vlak de wijsheid in pacht te hebben (op biologisch en historisch gebied bijvoorbeeld), weet hij waar hij over praat voor zover het zijn christelijke ideologie aangaat.

In dit soort boeken is normaliter sprake van eenrichtingsverkeer van de schrijver maar het mooie is dat Lewis zijn visie deelde via de radio alvorens het in geschreven vorm uit te geven. Respons en kritische vragen liet hij niet links liggen en nam hij mee bij de samenstelling van het boek. Bovendien is hij niet te beroerd om te erkennen dat hij het antwoord op sommige vragen schuldig moet blijven en is hij in enkele van die gevallen in staat het onbelang van de vraag te benadrukken en toe te lichten.

Hoewel het boek op sommige vlakken ietwat gedateerd overkomt en zich in de jaren '50 waarschijnlijk (verhoudingsgewijs) meer christenen met dit boek konden identificeren dan vandaag de dag, blijft dit gedachtegoed een heldere boodschap hebben en heeft C.S. Lewis op een simpele maar fijne manier weten te beschrijven wat christen-zijn betekent of mag/kan betekenen.