Vrijblijvend, zo kan je inderdaad de eerste twee verhalen uit deze bundel omschrijven. Maar vergeet niet dat ze voor het eerst gepubliceerd werden toen Salinger slechts 21 was. The Young Folks geeft misschien wel een sterk beeld van studenten in hun vrije tijd in die dagen en Salinger laat er al zijn talent voor observatie en dialoog zien, maar memorabel is het allemaal niet. Er is helemaal niks aan de hand, dit is meer een sfeerschets dan een verhaal.
Hetzelfde gaat op voor Go See Eddie. Het kon een beeld uit een film zijn: de twee personages kijken elkaar haast nergens in de ogen, zij blijft heel de tijd haar haren borstelen. Zo zie ik het liever dan twee pratende hoofden die tegenover elkaar zitten. Maar op zichzelf staand beklijft het te weinig. Je geeft als lezer simpelweg niet genoeg om de personages om mee te gaan in hun muizenissen.
Enkel Once A Week Won't Kill You wist me te verbazen. Salinger was een paar jaar rijper en dat merk je meteen. De zwijgzame jongeman contrasteert perfect met zijn lallende vrouw, ook de tante is een schitterend personage, beelden zoals het vergeelde kaartje aan de deur blijven hangen en er is een zekere spanning voelbaar. Een spanning die Salinger uit zijn eigen leven greep: net als de protagonist in het verhaal was hij opgeroepen voor de oorlog. Hij zou de landing in Normandië, het Ardennenoffensief en de bevrijding van Dachau meemaken en met posttraumatische stress terugkeren naar de Verenigde Staten, wat de rest van zijn oeuvre zou tekenen.