menu

Alleen met de Goden - Alex Boogers (2015)

mijn stem
4,03 (19)
19 stemmen

Nederlands
Psychologisch

519 pagina's
Eerste druk: Podium, Amsterdam (Nederland)

De elfjarige Aaron Bachman ziet op een avond een man roerloos in de deuropening liggen. Zijn vader staat met gebalde vuisten in de gang. Hij brult dat Aaron naar de huiskamer moet gaan. De vader belt met de alarmdiensten en geeft zichzelf aan. Zo opent deze coming-of-age roman, waarin Alex Boogers als in een ‘eindboek’ al zijn thema’s laat samenvloeien: verstoorde familierelaties, liefde en verlating, vechten om te overleven, schrijven om te groeien. Tegelijk is deze vertelling een zoektocht naar een vader. Aaron is de zoon van een veroordeelde, met de gevoelige, genuanceerde blik van een kunstenaar, de honger van een schrijver, de woede van een vechter, en de overlevingsdrift van een jongen van de straat.

zoeken in:
avatar van liv2
Bespreking door Jeroen Vullings in Vrij Nederland: klik


avatar van liv2
***

Volkskrant recensie: Beperkt beschikbaar

avatar van Lalage
4,0
Dit grote boek heeft me van begin tot einde geboeid en geraakt.

Alleen met de goden – Alex Boogers | Lalagè leest - lalageleest.wordpress.com

avatar van psyche
4,0
psyche (crew)
Een ontdekking, deze schrijver. Ik ben vanavond aan Alleen met de Goden begonnen en kan niet meer stoppen ...

avatar van psyche
4,0
psyche (crew)
Een roman waarin hardheid en ontroering samengaan; de kracht en kwetsbaarheid van hoofdpersoon Aaron, maar ook van de mensen in zijn nabijheid. Allen veelal alleen in de door hen te leveren strijd.
Aaron is een vechter, letterlijk en figuurlijk. Hij is talentvol kickbokser en klimt van lts advies naar Erasmusnivo. Ondertussen schrijft hij schriften vol om zijn kop leeg te maken. Wie zit daar nu op te wachten ...
Goden zij dank heeft Boogers die auteurspen opgepakt. Waarbij ik een leraar van Aaron wil citeren:
Ik ben de schrijvers van de waardevolle boeken die ik heb gelezen dankbaar voor elk ongemakkelijk moment dat ze me hebben gegeven.

avatar van superfreak
4,0
Mooi boek, jammer dat het 100 bladzijden te lang duurde. Had niet gehoeven.

avatar van Abubakari
3,5
Winnaar van de boekhandelsprijs 2016, veel lovende recensies en goeie besprekingen op zowel Hebban als Boekmeter, dus mijn verwachtingen waren hooggespannen. Een jongen uit een gebroken gezin moet zijn kop boven water zien te houden, kort samengevat.
Ondanks dat ik mij wel vermaakt heb met het boek deel ik al dat enthousiasme en al die lovende woorden niet. Daarvoor viel er toch te veel op aan te merken.

Wat mij tegenviel was dat het vrij simpel geschreven is, maar vooral dat het een vrij plat verhaal blijft. Alex Boogers is geen groot stilist. Veel personages blijven vrij oppervlakkig en lijken maar één emotie te hebben. Dat gaat op een gegeven moment wel eens een beetje vervelen. Halverwege dreigde ik het boek dan ook even zat te worden omdat de personages in herhaling bleven vallen qua eenzijdig gedrag en teksten, dat stuk had wat mij betreft wel wat in gesneden mogen worden. Ik denk dat dit boek krachtiger en beter was geweest als het 150 paginas korter was geweest.

Meer (en dan ook de positieve punten):
Abubakari Leest… ALLEEN MET DE GODEN-ALEX BOOGERS | Abubakari de Vries' Blog - abubakaridevries.wordpress.com

Ted Kerkjes
Alleen met de goden, een krampachtige poging om de pen met het zwaard te combineren.

Er zijn maar weinig boeken van over de circa vierhonderd bladzijden die ik niet op den duur vind vervelen. Bijna altijd heb ik het idee dat het gemakkelijk korter had gekund, en dat dat het boek ook ten goede zou komen. Soms bekruipt mij het vermoeden dat schrijvers denken dat meer sowieso beter is. Filmmakers lijkt hier ook soms last van te hebben - met name bij films die "episch" (willen) zijn. Ook bij films die langer duren dan twee en een half uur slaat bij mij meestal de verveling toe. Ook dit boek is niet interessant genoeg om vijfhonderd pagina’s boeiend te blijven.
Het boek gaat over Aaron Bachman. Let op de initialen: deze komen overeen met die van de auteur. Moet de lezer autobiografische elementen vermoeden?
Het begin van dit werk is wat mij betreft veruit het interessantst. Alex Boogers weet erg goed het “asociale” milieu van de kleine Aaron Bachman te schetsen. Aaron groeit op in een weinig liefdevolle omgeving. De gedachten van het kind zijn geloofwaardig en de sterke passages zijn zeker aanwezig. Neem nou het stuk waarin Aaron door de buurman meneer Van Loon uitgescholden wordt en hij dit aan zijn moeder vertelt. Deze drukt hem op het hart die man maar te negeren, “want die sterft eenzaam en alleen aan de vinkentyfus”. Boogers schrijft:
Mama was het liefst als we een gemeenschappelijke vijand hadden die we samen moesten bestrijden. (9)
Geweldig stuk.

[Let op; spoilers!]

Aaron heeft iedere avond als hij in bed ligt om te slapen een sterke drang tot schrijven. Het is een drang die hij niet kan onderdrukken. Hij ziet beelden voor zich van een reusachtig zwart gevaarte dat hem achtervolgt en noteert deze om het voor te blijven. Hij krabbelt zodoende schriftjes vol, die hij verstopt, omdat hij zich voor deze eigenaardigheid schaamt. Later, als Aaron ouder is, verdwijnen deze schriftjes onder pornoboekjes, en als hij de kunst van de masturbatie ontdekt heeft, is het schrijven als uitlaatklep ook niet meer nodig.
Wat mij betreft had het schrijven wat meer belicht mogen worden. Het blijft nu voor de lezer een wat vaag gegeven. En dat terwijl het eigenlijk een belangrijk onderdeel van het boek zou moeten zijn. Omdat het schrijversaspect van Aaron zo onderbelicht blijft is het moeilijk om het te geloven.
Wat mij betreft gaat het boek bergafwaarts wanneer Aaron naar de middelbare school gaat. Vanaf hier worden de herhalingen irritanter en irritanter. De docenten op Aarons school zijn allemaal vervelende en ongeïnteresseerde mensen, vindt Aaron. De muziekleraar is een uitzondering. Deze ziet een artiest in hem. Ook dit is een vaag gegeven. De lezer moet maar aannemen dat de muziekleraar de potentie in Aaron ziet, maar dit is moeilijk om te geloven als de lezer niet eens weet wat Aaron kan. Wanneer Aaron opbiecht dat hij schrijft, wil Broere, de muziekleraar, zijn talent helpen tot uiting te laten komen - het talent, dat voor de lezer ook maar vaag en onbelicht blijft. Dit resulteert weer in een heleboel irritante gesprekken die telkens op hetzelfde neerkomen. Broere wil Aaron helpen door richting in zijn leven te geven, Broere is oprecht geïnteresseerd in de jongen, maar Aaron houdt de boot af. De boeken die Broere hem geeft, leest hij niet.
Later besluit Aaron te gaan kickboksen om wat weerbaarder te worden. Een trainer ontfermt zich over hem. Deze heet Art, wellicht om de kunst van het kickboksen te benadrukken. Nu volgen er talloze scènes met trainingen et cetera et cetera. Hij blijkt een zeer talentvol kickbokser en hij mag wedstrijden spelen, waarmee hij wat geld verdient. Wat mij betreft was het boek hier ongeveer reddeloos verloren. Ik ergerde mij dood aan het lege sportersjargon, vol uitspraken als “Ik ben een vechter” en dat soort loze kreten. En hoe vaak schrijft Aaron niet dat hij “van zijn lichaam een wapen gaat maken”?
Als Aaron gaat vechten, krijgt hij eigenlijk zijn hele leven op de rails: zijn schoolprestaties gaan super. Alleen zijn thuissituatie blijft vervelend. Nu het wat beter met hem gaat, begint Aaron toch eindelijk te lezen. Als hij een boek van Ernest Hemingway leest, die ook bokser was, raakt hij in de ban van literatuur. Een best belangrijk onderdeel van het boek, lijkt mij. Maar hoe beschrijft Alex Boogers de magische vervoering die literatuur kan zijn? Ik citeer:
Ik pakte een van de boeken naast mijn bed die ik van Broere had gekregen [en sindsdien nooit meer ingeslagen had]. The Sun Also Rises van Hemingway. Het boek was niet al te dik [hij is dus ook niet echt bereid om enige inspanning te leveren]. De schrijver stond achterop en keek met een stoere blik de camera in. Ik las de eerste zinnen. Je voelde de kracht van Hemingway zoals hij je meteen in het verhaal wist te trekken. Hij had er weinig voor nodig en verdeed geen tijd met beschrijvingen van een plooirok of hoe iemand iets precies zei, niet de hele tijd, tenminste. (335)
Het klinkt echt alsof iemand die nog nooit een boek heeft gepakt eens een werk openslaat en zegt: ‘Goh, nou dat valt best mee, dat lezen.’ Nou, dat was dus de magische vonk die oversloeg en de liefde voor literatuur in Aaron heeft aangewakkerd. Het is een schril contrast als je ziet hoeveel aandacht er besteed wordt aan het vechten en hoe weinig er over de literatuur wordt gezegd.
Even later volgt de volgende passage:
Art zei: ‘Je bent een vechter, je talent heeft je hier gebracht. Geniet toch een keer, calvinist!’ En ik dacht na over zijn woorden. Een vechter zoals Hemingway een vechter was? Bedoelde hij dat? Want dat had ik de vorige nacht [de vorige nacht was de passage hierboven] geleerd. Je kon een schrijver én een vechter zijn. Hemingway vocht met zijn verhaal, met zijn personages, met zijn zinnen en woorden. Hij smeet ze op papier, ogenschijnlijk achteloos, maar elke keer met een trefzekerheid van een samoerai die met een zwaaiende beweging zijn tegenstander uitschakelt. (338)
Dit is misschien wel één van de meest tenenkrommende passages uit het boek. Zo gesteld is iedereen een vechter. Vul voor schrijver “manager” of “bouwvakker” in en vervang “zinnen” en “woorden” door iets anders, en je bent er.
Aaron speelt nu overal bokswedstrijden en is goed bezig en op een gegeven moment krijgt hij een vriendin: Nadine, een meisje dat studeert voor fotografe en uit een rijk milieu komt. Regelmatig slaat bij Aaron de twijfel toe, en deze is goed beschreven. Aaron houdt heel veel van haar. Jammer dat hij zich op één van zijn boksreisjes oraal laat bevredigen door een prostituee. En hij wilde het niet, maar tja, toch gebeurde het. Mijn hart liep al niet bepaald over van liefde voor de hoofdpersonage, maar op dit punt is mijn sympathie voor Aaron wel gekelderd.
Nu volgen er vooral nog zielige momenten vol getwijfel en gemijmer. Zijn bokscarrière is voorbij, hij wil niet meer boksen, zijn relatie met Nadine is uit, maar hij houdt nog wel veel van haar, et cetera et cetera. Deze mijmeringen vallen ook al in herhaling.
Als Aaron een ongeluk krijgt met de scooter van een vriend, herkent hij, liggend op het asfalt in de rookdampen van de scooter het zwarte monster dat hem in zijn jeugd achtervolgde. Wat moet de lezer hiervan denken? Moeten wij een vooruitziende blik bij Aaron vermoeden? Een gegronde angst? In elk geval beland Aaron in het ziekenhuis en kan hij niet meer boksen, wat hij sowieso al niet wilde. Als Aaron in het ziekenhuis ligt, komen zijn vader en moeder langs en beantwoorden zij zijn vragen. Het ongeluk lijkt een soort excuus van Boogers om hun nader tot elkander te brengen. Een nogal doorzichtige noodgreep. Het lijkt alsof Alex Boogers later in het boek het ongeluk met de motor bedacht en daarna maar wat passages met de motor eerder in gepropt heeft om het niet uit de lucht te laten vallen.
Maar de ergste noodgreep is nog wel het einde als Aarons opa hem een typemachine opstuurt: een erfstuk van de oudtante van Riek, opa’s Chinese vriendin. Veel verdergezochter dan dat kan haast niet. Die passage is ook nog eens belabberd geschreven:
Ik had boeken, een schrijfmachine, papier en inkt. Wat een wapenuitrusting! (517)
‘Wat een wapenuitrusting!’ is echt een krampachtige poging om de pen met het zwaard te verbinden. Bovendien slaagt de hoofdpersoon er ook niet helemaal in om de pen met het zwaard te combineren, want hij moet wel afscheid nemen van zijn kickbokscarrière om te schrijven. Nogal vreemd, want wat is dan het idee dat Boogers overdragen wil?

De schrijfstijl vond ik oppervlakkig. In het begin weet Boogers veel goede typeringen neer te zetten, maar hij valt veel te veel in herhaling. Hoe veel ongemakkelijke gesprekken met Aarons vader in de gevangenis kwamen voorbij? Hoe vaak probeert Broere niet Aarons schrijftalent uit hem te trekken? Hoe vaak wijst Aarons moeder hem af, enzovoorts, enzovoorts. Ook in woordkeuze valt Boogers enorm in herhaling. Bij het schrijven van de vele seksscènes lijken hem alleen de woorden ‘pik’ en ‘kut’ te binnen te schieten. Ik snap dat die woorden bij het milieu horen en de betekenisloosheid en liefdeloosheid van de seks benadrukken, maar toch stoort zoiets.
Verder is de manier waarop informatie overgebracht wordt erg flauw. Het hoofdstuk waarin Aaron voor het eerst met zijn moeder knuffelt eindigt met een vriend die binnen komt stormen om het bericht van de zelfmoord van Job over te brengen. Aaron gaat naar de begrafenis, komt thuis, en moeder zegt tussen neus en lippen dat zijn vader met een vrouw gaat trouwen. Het hopt van het één van het andere.
Soms lijkt Boogers ook op een goedkope manier spanning in het verhaal aan te willen brengen. Zo belt Aaron vanuit Thailand met zijn moeder. De lijn hapert en zijn moeder zegt dat de dokters iets bij haar gevonden hebben. Wat het precies is, kan hij niet goed horen, want de lijn hapert natuurlijk. En hij mag maar één minuutje met zijn moeder bellen, dus hij moet binnen die minuut te weten komen wat het is. Als hij voor de zoveelste keer vraagt wat er aan de hand is, zegt zijn moeder “Ellende.” Klik. Einde gesprek en einde hoofdstuk. Alsof Boogers met een cliffhanger wil eindigen.
Vooroordelen spelen een grote rol in het boek. Boogers gebruikt meerdere figuren om dit duidelijk te maken: Aarons vader wordt veroordeeld tot ‘moordenaar’, de gediscrimineerde Gerald krijgt de stempel ‘zwart’, Otis de hond krijgt het predikaat ‘gevaarlijk’, Noni de transgender wordt als man gezien, terwijl de vrouw is, et cetera. Deze symbolen zijn redelijk vernuftig en subtiel in het boek verweven.

avatar van misterfool
Hoewel de bovenstaande analyse hout snijdt, blijf ik toch in mijn gedachten terugkeren naar dit boek. Hoe clichématig ook; het rijzen uit een leeg, liefdeloos mileu door middel van sport en kunst heeft iets aangrijpends. Ook vind ik het fijn dat het hoofdpersoon ietwat volks is en niet de zoveelste neurotische nerd met aanpassingsproblemen. Het is wel een werk waar met name de verhandelingen intrigeren, maar waar de emotionele duiding achterblijft. Wellicht leent dit een verhaal zich daarom goed voor verfilming? Leest u mee Diederick Koopal? (De Marathon o.a).

Gast
geplaatst: vandaag om 00:07 uur

geplaatst: vandaag om 00:07 uur

Let op: In verband met copyright is het op BoekMeter.nl niet toegestaan om de inhoud van externe websites over te nemen, ook niet met bronvermelding. Je mag natuurlijk wel een link naar een externe pagina plaatsen, samen met je eigen beschrijving of eventueel de eerste alinea van de tekst. Je krijgt deze waarschuwing omdat het er op lijkt dat je een lange tekst hebt geplakt in je bericht.

* denotes required fields.

Let op! Je gebruikersnaam is voor iedereen zichtbaar, en kun je later niet meer aanpassen.

* denotes required fields.