Sytze van der Zee groeide op in de oorlog met ouders die 'fout' waren, hoewel het er in zijn herinnering niet fanatiek aan toeging; zijn vader en moeder waren ooit lid geweest van de NSB en daar lijkt ook alles mee gezegd. Antwoorden krijgt hij overigens niet, zijn moeder wuift alles weg en reageert doorgaans met 'Moeten we het nu alweer over die oorlog hebben?' en met zijn vader weet hij ook niet echt een diepgaand gesprek aan te knopen.
Zonder veel beschrijvingen of poespas roept Van der Zee de karakteristieke sfeer op van een dorp (Hilversum) in oorlogstijd. Het verhaal blijft aan een stuk door boeien, de soepel lopende zinnen maken het goed leesbaar en nergens hapert het. De enige momenten dat het verhaal even wordt onderbroken is wanneer een vriendje over seks begint, maar die passages zijn eerder ontwapenend en Van der Zee doet er ook niet moeilijk over.
Het thema heeft me altijd geïntrigeerd. In 2000 was weduwe Rost van Tonningen nog te gast in het Vara-programma 'Het Zwarte Schaap' waar zij als een soort curiositeit in een freakshow te kijk werd gezet. Vreselijk op sensatie belust programma was dat toch eigenlijk, maar ik zat wel gefascineerd te kijken toen. Nu kijk ik daar overigens met heel andere ogen naar. Zeven jaar later zou ze overlijden en ik kan me nog herinneren dat in een of andere krant de verslaggever in kwestie haar dood spottend omschreef met 'Een feestmaal voor de maden' of iets van die strekking.
Er bestaan overigens nog meerdere boeken met dit onderwerp: Mijn vader was een NSB'er van Elmer den Braber,
Vaderskind van Ad Fransen (zeer boeiend gesprek was dat trouwens bij VPRO boeken destijds),
Het Juiste Moment van Grimbert Rost van Tonningen,
In Niemandsland van Ebbe Rost van Tonningen.. en dan is er nog het jeugdboek
Oorlog zonder Vrienden van Evert Hartman.