In korte tijd maakte ik kennis met zowel de verfilming uit 1969 van Ken Russell als (daarna) het boek. Ik kan niet anders concluderen dan dat de film een heel stuk beter is. De moeilijkheid van het bronmateriaal is dat de personages meer een samenstel van ideeën en levensvisies zijn, dan mensen van vlees en bloed. Toegegeven, dat valt ook in de film niet helemaal weg te poetsen. Maar waar het boek wat levenloos overkomt, bruist de film van de energie, veroorzaakt door de creatieve regiestijl. Russell haalt het maximale uit de krachtige beelden die, eerlijk is eerlijk, meestal van Lawrence’ hand zijn: het verstrengelde liefdespaar op de bodem van de vijver, de dans van Gudrun voor de stieren en de meest spraakmakende scène: het naakte worstelen tussen Rupert en Gerald. Toch denk ik niet dat die ‘beelden’ op basis van alleen Lawrence’ beschrijvingen erg zouden zijn blijven resoneren.
Als filmliefhebber vond ik het best eens aardig direct na de film het bronmateriaal te lezen. Het geeft inzicht in keuzes die gemaakt worden om het wijdlopige van een roman samen te ballen in een film van twee uur. Perfect gevonden is bijv hoe een eindeloze kwestie over een huwelijksaanzoek uit het boek in de film wordt samengevat met slechts een terloopse close-up van een trouwring om de vinger als uitkomst. Het geeft ook inzicht in hoe de vertelling in filmvorm anders werkt dan de vertelling in romanvorm. In de film worden bijvoorbeeld twee hoofdstukken parallel aan elkaar gemonteerd, omdat het (in dat geval) te statisch zou zijn ze simpelweg achter elkaar te zetten. Ook wordt in de film het statische van de dialoogscènes handig opgelost door ze vervlechten in bezigheden die tegelijk wat meer laten zien van de personages en hun omgeving. Gek toch dat romanschrijvers daar zelf vaak niet zo bij stil lijken te staan.
De film zal ik ongetwijfeld nog eens opzetten, het boek zal de vergetelheid in drijven.