Grundlinien der Philosophie des Rechts - Georg Wilhelm Friedrich Hegel (1821)
Alternatieve titels: Filosofie van het Recht | Hoofdlijnen van de Rechtsfilosofie
Duits
Ideeƫnliteratuur
281 pagina's
Eerste druk: Nickolaische Buchhandlung,
Berlijn (Pruisen)
In 'Grundlinien der Philosophie des Rechts' zette Hegel zijn belangrijkste opvattingen over vrijheid, moraal en zedelijkheid (‘het goede leven’) uiteen. Staat en maatschappelijke instituties verschijnen bij hem niet als negatieve, of externe voorwaarden voor autonomie, maar als instanties die deze autonomie bevorderen en ondersteunen. De verwerkelijking van liberale beginselen, zoals grondrechten, is slechts denkbaar als de verwerkelijking van een moderne vorm van ‘zedelijkheid’, ofwel goed leven. Mede door zulke controversiële opvattingen neemt Hegels Rechtsfilosofie een vooraanstaande plaats in, zowel in de traditie van de politieke filosofie als in die van de ethiek.