Treurige 'biografie' over filosoof en schrijver Jean Améry, geboren Hans Mayer. Kind uit een joods gezin, maar niet-joods opgevoed. Aanhanger van de Wiener Kreis maar daar nooit deel van uitmakend. Op de vlucht voor het Naziregime, maar nooit kunnen aarden in België. Vier verschillende concentratiekampen van binnen gezien, waarin hij onder andere een barak deelde met Primo Levi. Levi schreef later nog een essay over Améry.
Volgens Brouwers viel Améry in vrijwel alle facetten van zijn leven tussen wal en schip, wat ook de titel verklaart. Dit kwam mooi, en bizar, tot uiting in een gebeurtenis waarbij Améry, deel uitmakend van een verzetsgroepje tussen 1940 en 1943, een vergadering had in hun hoofdkwartier. In hetzelfde gebouw, een verdieping lager, waren ook Duitse soldaten gestationeerd. Een soldaat kon de slaap niet vatten door het gebonk en gepraat boven zijn hoofd, stormde de trap op, stapte vloekend de ruimte binnen, en schreeuwde dat iederen stil moest zijn omdat hij en zijn kameraden vermoeid waren van hun nachtdienst. De verzetsgroep muisstil achterlatend, in doodsangst. Améry merkte daarover op:
Hij stelde zijn eis - en dat was waar ik eigenlijk nog het meest van schrok - in het dialect van mijn geboortestreek. Ik had deze tongval lang niet meer gehoord en daarom kwam het krankzinnige verlangen in me op hem in zijn eigen streektaal antwoord te geven. Ik bevond me in een paradoxale, bijna perverse gevoelstoestand van sidderende angst en tegelijkertijd opbruisende familiaire hartelijkheid, want de kerel, die weliswaar op dit ogenblik mijn leven niet bedreigde, maar wiens met vreugde uitgevoerde opdracht het was mijnsgelijken liefst massaal naar een vernietigingskamp te transporteren, kwam me plotseling voor als een potentiële kameraad. Zou het niet volstaan hem in zijn, mijn taal aan te spreken, om dan met een paar flessen wijn een Heimat- en verzoeningsfeest te vieren?
Uiteindelijk kwam hij dus toch terecht in vier verschillende kampen, waar hij gruwelijk werd gemarteld. Hij zou nooit meer hetzelfde zijn daarna.
Wie ooit gefolterd werd, voelt zich in deze wereld nooit meer thuis. De smaad van de vernietiging laat zich nooit meer uitwissen. Het vertrouwen in de wereld, dat deels al bij de eerste slag en later tijdens de foltering in zijn volle omvang wordt gebroken, komt nooit meer terug. Dat de medemens als tegenmens wordt ervaren, staat als een berg van verschrikkingen in de gefolterde overeind; daar kijkt niemand overheen naar een wereld waarin het principe van hoop regeert.
In oktober 1978 overleed Jean Améry, hij nam zijn eigen leven.