Jaren geleden heb ik zo ongeveer alles gelezen wat Thea Beckman geschreven heeft. Onlangs voelde ik de behoefte om een historisch, avontuurlijk verhaal te lezen, en toen kwam deze trilogie weer in mijn herinnering naar boven.
Wat ik nog wist? Dat de hoofdpersoon ergens een gewonde man opduikelt, dat ze gezamenlijk rondtrekken in een huifkar, dat ze naar Mont Saint-Michel gingen, en dat op een gegeven moment iemand de baard in de keel krijgt. Maar bovenal heb ik Bertrand Du Guesclin onthouden. Niet zozeer zijn naam, wel zijn lelijkheid en hoe stoer hij was.
Gelukkig blijft het boek ook jaren later nog steeds heel genietbaar. De schrijfstijl lijkt gericht op de jeugd en af en toe ligt het er wat dik bovenop, maar de thema's die worden aangesneden zijn allesbehalve kinderachtig. De bloederige details en rottende lijken na een veldslag worden ons niet bespaard. Maar is dat niet juist wat dit soort boeken opwindend maakt? Er zijn veldslagen, af en toe wordt er een kasteel belegerd of wordt iemand gevangen genomen, er sluimert altijd wel ergens een complot, de Pest waart rond... Genoeg aan de hand daar, in de veertiende eeuw.
De hoofdpersoon laat me eigenlijk koud. Ik kan me niet herinneren of dat vroeger ook zo was, maar nu erger ik me er aan dat ze zo mooi is, zo getalenteerd, zo geliefd... Iets teveel een engeltje voor mijn smaak. Berton de Fleur is al beter, maar Du Guesclin is nog steeds mijn held. Lelijk, lomp, armoedig en ongeletterd, en toch ieders enige hoop. Met z'n slimme boerenverstand.
Dan kom ik bij nog een klein probleem... In het boek wordt meermaals aangehaald dat God aan de kant van het verstand staat en domheid afstraft. Ik denk dat ik ook aan de kant van het verstand sta. De Fransen komen over als chauvinistisch, pompeus en vastgeroest in nutteloze tradities (met uitzondering van Du Guesclin, natuurlijk), terwijl de Engelsen praktisch en sluw zijn. Natuurlijk hebben ze niets te zoeken in Frankrijk, maar als je ziet hoe dom de Fransen zich gedragen op het slagveld is het niet meer dan verdiend dat ze verslagen worden. Marie-Claires lyrische liefde voor Frankrijk kan ik dan ook niet delen.
Maar ik wilde een historisch, avontuurlijk verhaal, en dat heb ik gekregen. Geef me de ruimte! (wat een vreselijk dramatische titel trouwens) leest heerlijk makkelijk weg, er gebeurt van alles, het wordt nooit saai, en ik wil zo graag weten hoe het ook alweer verder gaat (vooral met Bertrand Du Guesclin) dat ik het volgende deel in de trilogie alvast in huis heb gehaald. Is een goed teken, lijkt me.