Dat
Metamorphoses getypeerd wordt als een sprookje vind ik eigenlijk wel passend. Ik had tijdens het lezen meermaals het gevoel dat ik een sprookjesboek in handen had, een bonte mengeling zeer wonderlijke verhalen. Persoonlijk vind ik ‘sprookje’ ook helemaal geen denigrerende benaming, integendeel.
De vertaling die ik gelezen heb is van M. d’Hane-Scheltema. Nu moet ik bekennen dat voor mij de inhoud belangrijker is dan de vorm, maar nadat ik gewend was aan het ‘ritme’ van de tekst kon ik de moeite die de vertaalster gestoken heeft in haar zevenvoetige verzen zeker waarderen. Mijn Latijn is niet toereikend om ooit het origineel te lezen, dus ik moet maar op meningen van anderen afgaan dat dit een vertaling is die recht doet aan het origineel. In mijn uitgave staat ook nog een nawoord en een erg handig register, zeker geen overbodige luxe gezien het enorme aantal personages.
Over de vorm kan ik dus weinig zeggen waar het Ovidius betreft, maar over de inhoud des te meer. Hij begint bij het begin van de wereld en rijmt schijnbaar moeiteloos eeuwen geschiedenis aan elkaar. De metamorfosen zijn hierbij het steeds terugkerende thema, maar ook het verhaal zelf is constant aan metamorfosen onderhevig, zodat er een soort Droste-effect ontstaat. De meest uiteenlopende gebeurtenissen worden met elkaar verbonden (niet altijd op een zinvolle manier, maar toch) en ook de toon van het verhaal verandert regelmatig. Dit heeft wel als gevolg dat sommige delen van het verhaal me meer konden boeien dan andere. Vooral de laatste drie boeken konden mij niet zo heel veel schelen. Zoals al eerder gezegd is de lof aan Julius Caesar en Augustus een beetje te veel van het goede. Daar tegenover staan echter de briljante redevoeringen van Ajax en Odysseus, een mooie versie van het verhaal van Medea waarin Ovidius onverwacht op de serieuze tour gaat en zijn menselijk inzicht toont, het verhaal van Perseus en Andromeda dat nooit verveelt, en zo nog veel meer bekende en minder bekende verhalen.
Wat ik jammer vind is dat het verhaal soms zulke grote sprongen neemt. Nu weet ik dat er enige voorkennis wordt verondersteld en vaak heb ik die ook wel, maar ik had het ontbrekende deel van het verhaal graag in Ovidius’ woorden willen lezen. De val van Troje wordt letterlijk beschreven met ‘Troje valt.’ Nergens een houten paard te bekennen! Ook de stichting van Rome en de wraak van Medea worden alleen tussen neus en lippen door genoemd. En dat terwijl Ovidius wel uitgebreid de tijd neemt om al 36 Actaeons honden bij naam te noemen en te beschrijven wat voor plaatsen Phaëthon allemaal in brand zet. De vertaalster vertelt mij dat dit voor de oorspronkelijke lezers zeer vermakelijk was vanwege de ‘metrische deskundigheid en klankrijke vondsten’. Dat zal wel kloppen, maar ik heb er niet zo veel aan. Ovidius’ uitgebreide beschrijving van de slachtingen tijdens het huwelijk van Perseus en Andromeda en het huwelijk van Peirithoüs en Hippodame vond ik dan juist weer erg vermakelijk, vooral vanwege de vindingrijkheid waarmee de personages elkaar weten af te slachten en alle absurde details die we cadeau krijgen. Sowieso kan ik Ovidius' humor erg waarderen (waar
RealTom hierboven een mooi voorbeeld van geeft), hoewel ik waarschijnlijk het grootste deel van de grappen mis.
Ik voor mij zie
Metamorphoses vooral als een verzameling sprookjes voor volwassenen, denk ik. Ik heb het nu in zijn geheel gelezen, maar ik denk dat het ook heel geschikt is om op een willekeurige plek open te slaan en gewoon een paar verhalen te lezen. Een mooie aanwinst voor mijn boekenkast dus.