Unterhaltungen Deutscher Ausgewanderten - Johann Wolfgang von Goethe (1795)
Alternatieve titels: Sprookje van een Mooie Jongen | Door de Fransen Opgejaagd: Salonvermaak van Duitse Vluchtelingen
Duits
Verhalenbundel
Romantiek
146 pagina's
Eerste druk: Schiller,
Tübingen (Duitsland)
De zeven verhalen in deze raamvertelling worden verteld door drie personages: de geestelijke, Fritz en Karl. Ze behoren allen tot een stelletje vluchtelingen die wachten op nieuws over de bewegingen van de Franse legers in 1793. De barones is gastvrouwe en tegelijkertijd de stabiliserende factor. De geestelijke vertelt het verhaal "Die Sängerin Antonelli", over de ongelukkige liefde van een jonge Genuees voor de zangeres Antonelli. Fritz vertelt "Der Klopfgeist" over bovennatuurlijke fenomenen, en vervolgens vertelt Karl twee verhalen uit de memoires van maarschalk De Bassompierre. Het eerste gaat over de liefde van de maarschalk voor een vrouw van lagere stand (Die schöne Krämerin), die na een gelukkige nacht niet op komt dagen voor een tweede rendez-vous, en het tweede verhaal gaat over een vrouw die twee slapende geliefden vindt, waarvan een haar echtgenoot is. Ter afsluiting vertelt de geestelijke een sprookje (Das Märchen) waarin een rivier een brug nodig heeft, en een slang zich hiervoor opoffert. Ook heeft het land een koning en een koningin nodig, die uiteindelijk gevonden worden in de liefde tussen een jongen en een lelie.