Een dagelijkse bedevaart van en naar de Gambetta – het leven als gambiet: iets offeren, in de hoop er later voordeel mee te doen. Offer? Pierre’s leven als offer, of nog: als een nooit gerealiseerde mogelijkheid. Afscheid nemen van herinneringen kan niet, en toch probeert hij zijn trauma’s achter zich te laten. Hij is nooit in Korea geweest, en toch lijkt het soms van wel – lees: de oorlog woekert niet buiten maar in hem, waardoor hij zijn heden niet kan omvormen tot een duurzaam later. De Gambetta houdt die staat van voortdurend beleg trouwens in stand, want aan boord is Pierre evengoed overgeleverd aan onzichtbare hogere machten. Cfr. het soldatenleven? Bij wijze van disfunctionele coping loopt Pierre letterlijk weg van wat hem lief is, met zijn kameraad als spiegelbeeld voor zijn eigen attitude. Ergens in de coulissen wordt Jessens opstand namelijk catharsis, waarna hij in tegenstelling tot Pierre wél kan kiezen voor een blijvend huwelijk, dus voor een toekomst. Pierre verdwaalt onderwijl in zijn memorie, keert terug naar een verkleedpartij waarin hij een levende dode speelt. Ook theatercriticus (en kinderoppas!) Frenkel is een negatief voor Pierre: de oorlogsveteraan zit gevangen in een rol die hem vastketent aan zijn verleden, terwijl Frenkel avond na avond de wedergeboorte van het nieuwe meemaakt, vanuit het veilige pluche van de schouwburg. Laure – naar Petrarca’s onsterfelijke Laura meer het idee van onbaatzuchtige liefde dan een mens van vlees en bloed? – verdraagt Pierre’s afscheid, omdat het telkens de belofte van een terugkeer/wedergeboorte betekent. Al is de vraag of Frenkel niet klaar staat om in de rol van vader in te springen. Hoop? Misschien, als de oude krokodillen in de finale komen te sterven, kortom als de hijgerige conducteur aan een hartaanval bezwijkt. Misschien kunnen dan alsnog nieuwe tijdingen aanbreken…?
Stilistisch bij vlagen erg mooi, maar de existentieel dolende mens chronisch op de vlucht…? Al vaker en beter gelezen. Deed me trouwens een beetje aan Claus’ ‘De verwondering’ denken – eveneens matig bevallen. Het zal wel aan die bewuste literaire tijd(ing) liggen…
3*