Edith Wharton groeide op in oude New Yorkse aristocratie, maar was te eigenwijs om zich de rigide mores van de elite op te laten leggen. Liever bereisde ze Europa, verdiepte zich in geschiedenis en cultuur, en ging op latere leeftijd schrijven. Henry James wees haar de richting naar bekend terrein: de New Yorkse elite van eind 19e, begin 20e eeuw. Kenmerkend zijn haar ironische blik, en het scherpe oog voor details van de insider.
Whartons eigen liefdesleven was verre van gelukkig, ze trof telkens sukkels van mannen, waarbij ze uiteindelijk onder druk van familiaire conventies een (naar zou blijken) ongelukkig huwelijk met Edward Wharton sloot. Dergelijke mislukte verhoudingen komen regelmatig voorbij in haar verhalen en romans, waarbij je in de mannelijke hoofdpersoon van The Age of Innocence meer dan een vleugje Edith Wharton vermoedt.
Newland Archer staat op het punt te trouwen met de brave, conventionele May Welland. Een huwelijk zoals ‘het heurt’, waarbij de met kennis en kundigheid behepte man zich als een meester ontfermt over de vrouw die vooral erg tegen hem opkijkt. Enter Ellen Olenska, een nicht van May, die staat voor vrijheid, zelfstandigheid en lak aan conventies. Zijn sluimerende afkeer tegen het benauwende elitaire milieu krijgt door haar verdere impuls, en daar blijft het natuurlijk niet bij.
The Age of Innocence heeft die wat bitterzoete smaak van een romance die nooit realiteit kan worden, nooit meer zal worden dan enkele mooie herinneringen en een spijtig gevoel van wat had kunnen zijn. Vervulling van verlangen is onmogelijk, want de glans van Ellen zal onherroepelijk verdwijnen als zij ingekapseld raakt in Newlands milieu, terwijl Newland niet in staat is dat de rug toe te keren. Wharton graaft misschien niet zo diep in de psychologie van haar personages als haar voorbeeld Henry James, maar is des te sterker in het weergeven van hoe keuzes en gedrag nooit echt onafhankelijk van codes uit een samenleving tot stand komen. Zo zet ze in zo maar een ironische observatie de interessante spanning tussen de wat doortrapte Newland en de engelachtige May treffend neer:
“Whatever happened, he knew, she would always be loyal, gallant and unresentful; and that pledged him to the practise of the same virtues.”