Mijn moeder had dit boek aangeschaft omdat ze dacht dat dit zo'n literaire thriller was zoals ze die verslindt (je weet wel: kinderloos koppel van middelbare leeftijd vindt het lijk van een kind in een bos, norse politie-inspecteur komt de zaak ter plaatse uitspitten, in de hechte dorpsgemeenschap vallen overal lijken uit de kast). Ik begon er echter in te lezen omdat dit op BoekMeter zo hoog aangeschreven staat. En al snel merkte ik waarom.
Dit is geen literaire thriller, maar een zorgvuldig uitgewerkte Griekse tragedie met veel aandacht voor psychologie, intrige en detail. Het hoofdpersonage Richard is een buitenstaander en daarom de perfecte persoon om de lezer, immers ook steeds een buitenstaander, in het verhaal te betrekken. Eigenlijk zijn Henry, Bunny, Francis, Charles en Camilla verwaande, arrogante, elitaire, snoevende types, maar omdat Richard je aan de hand meeneemt, word je als het ware samen met hem langzaamaan lid van het selecte groepje studenten dat centraal staat in het verhaal. Hun fascinatie voor het oude Griekenland gaat ook jou fascineren, ook als die fatale gevolgen heeft. Dat is meteen de tweede sterkte van het boek, naast de schitterende, levende personages: de plot, die anders gaat dan je zou willen en de personages film noir-gewijs zwaar in nesten doet belanden. De opbouw zit erg strak en werkt effectief.
Natuurlijk is dit boek zeer Amerikaans (zo begint het meteen met het overlopen van Richards jeugd, wat eigenlijk niet echt noodzakelijk is voor de verdere verloop van het verhaal) en worden in de epiloog te duidelijk alle overgebleven eindjes aan elkaar geknoopt. Toch is De verborgen geschiedenis een erg knap boek. De nevenpersonages en de vakkundig verwerkte verwijzingen naar de oude Grieken maken het gewoon af. Tijdens het lezen van dit boek heb ik gewoon een hele tijd mee in Hampden College gewoond (dat ik het afgelopen winter las, toen het hier ook maar blééf sneeuwen, zal wel een beetje geholpen hebben) en ben ik door de protagonisten meegesleurd in hun verborgen geschiedenis.