
Les Saisons - Maurice Pons (1965)
Alternatieve titel: De Seizoenen
Frans
Psychologisch
213 pagina's
Eerste druk: Éditions Julliard,
Parijs (Frankrijk)
De vreemdeling Siméon komt van over de bergen in een ruwe boerengemeenschap die leeft van linzen en linzenbrandewijn. Het is de zestiende maand van de herfst, het druipt, het regent, het is koud: de toon wordt direct gezet. Hij wordt bekogeld met een schapenschedel waaraan hij zijn grote teen kapot schopt. De verwonding zet zijn lichamelijke aftakeling in gang. Hij vindt onderdak in de plaatselijke herberg, gedreven door madame Ham, die lijdt aan elefantiasis. De gemeenschap is vijandig, wreed. Siméon heeft papier bij zich want hij wil schrijven, het verhaal vastleggen van zijn dode zusje Enina. Deze indringende herinneringen staan genoteerd in zijn hier en daar ingelaste dagboek. Het dorp benoemt hem uiteindelijk tot regenmeter en maakt zo zijn schrijverschap onschadelijk. Hij is niet langer een vreemdeling. Maar na de regen treedt de vorst in.