Wat een wondermooi boek. Een anti-oorlogsroman in vredestijd; slechts één schot wordt gelost. Ondanks de afwezigheid van loopgraven en expliciet geweld is Biljarten om halftien zeer krachtig en ontroerend.
Het hoofdthema is dat van het onderscheid tussen de 'lammeren' en zij die eten van het Sacrament van de Buffel; de navolgers van Hindenburg, de oorlogshitsers, de mensen die iemand executeren voor een handbeweging en hun moeder verraden voor de Eer van het Vaderland. De hoofdpersonages van Boll, drie generaties van de familie Fahmel, behoren echter tot de lammeren. Hun wraak bestaat uit het opblazen van de door hun eigen familie gebouwde abdij, de trots van de streek.
Dit alles wordt beschreven vanuit een veelheid aan perspectieven, die gemeen hebben dat ze afkomstig zijn van degenen die niet door de oorlog zijn bezoedeld. Boll hanteert een sublieme stijl van lange zinnen in een onvermoeibare cadans; hij hamert zijn humane engagement naar binnen. Het mooiste hoofdstuk voor mij is het vijfde, waarin de voor gek verklaarde grootmoeder aan het woord komt. '[...] en beklaag je niet over die verloren oorlog. God, hebben jullie echt wéér verloren? Al twee na elkaar? Of ik zo eentje als jij zeven verloren oorlogen toe zou wensen? Ach, houd toch op met dat gejank, het is mij een zorg hoeveel oorlogen je verloren hebt; verloren kinderen, dat is erger dan verloren oorlogen; [...]'
Er is effectvolle herhaling, er zijn schitterende motieven (de Sint Severij bijvoorbeeld) en personages zoals je ze doorgaans alleen bij Dostojewski vindt. Maar bovenal is er de liefde voor gewone, kleine mensen, die in dit boek spreekt.
Biljarten om halftien is, hoewel het behoort tot de Trummerliteratur ('kaalslagliteratuur'), een boek van een zeldzame schoonheid. Graag zou ik nog hele stukken citeren, maar er is geen beginnen aan. Deze roman moet je in z'n geheel beleven. Het is een literair meesterstuk en tevens, nog belangrijker, vormen de fictieve puinhopen van de wellicht al even fictieve Sint Antonius-abdij een onvergankelijk herinneringsmonument voor Heinrich, Johanna, Ferdi, de kelner die Groll heette, Edith, de onbekende die papiertjes in de brievenbus smokkelde en talloze andere lammeren.