Wij - Elvis Peeters (2009)
Nederlands
Psychologisch
170 pagina's
Eerste druk: Podium,
Amsterdam (Nederland)
Aan het begin van de zomer trekt een vriendengroepje - vier meisjes, vier jongens - naar een viaduct voor een onschuldig experiment. De meisjes zwaaien naar de auto's terwijl ze hun rokjes steeds uitdagender optillen, de jongens kijken toe. Aanvankelijk heerst er teleurstelling over het resultaat: slechts enkele automobilisten toeteren of slingeren. Maar de volgende dag is het raak. De meisjes veroorzaken een fatale kettingbotsing. In deze roman ontdekken acht jongeren hoe machtig hun lichaam is. Ze spelen, manipuleren, hoereren. Zelfs wanneer een van de meisjes de steeds verdergaande, perverse experimenten niet overleeft, biedt de normloosheid houvast. Tot ook die gaat vervelen.
De schrijfstijl is beschrijvend en bijna afstandelijk wat maakt dat het gedrag van deze minderjarige pimpende en hoererende 'vriendengroep' nog harder aankomt. De geur van kots, ranzige pizza's, breezers, bloed en andere lichaamsvocht zit in mijn neus. Na afloop moest ik denken aan werk van Michel Houellebecq en Bret Easton Ellis
Naast hun gruwelijke gedrag luisteren ze trouwens wel naar prima muziek zoals LCD Soundsystem, Arctic Monkeys, The National, Interpol, White Lies en White Stripes. De hoofdpersoon leest vooral werk van filosofen als Rimbaud, Kant, Popper, Sartre, Zizek en Finkielkraut.
Toch zal ik deze in de gaten houden. Dit soort cult spreekt mij wel aan.
Je zou het kunnen bezien als een Catcher in the Rhy van deze tijd en dus hopelozer misschien zelfs nihilistischer.
Het deed mij denken aan een kruising tussen de boeken van Bret Easton Ellis, de films van Larry Clark en de muziek van De Jeugd van Tegenwoordig.
3.5 sterren
PS: aan je top tien te zien zul je dit zeker kunnen waarderen Slainte_Mhath
Het jaar daarop kreeg ik eindelijk een kaaklijn, verloor ik wat van mijn onzekerheid en dumpte ik de laatste restjes babyvet. Elvis Peeters is dat blijkbaar nooit overkomen, want hij denkt nog steeds op dezelfde manier over dergelijke groepjes.
Ze stoppen breezerflesjes in kutten (ooohh!), filosoferen in de ' ik heb een gat dus die leegheid moet opgevuld worden want zie ook Camus ofzo etc'-trant (diep!!) en natuuurlijk gaat het uiteindelijk allemaal ontsporen (wat onverwachts!).
Jammer alleen dat personages niet echt een sterk punt zijn van Elvis, of wie weet, misschien zijn ze dat wel, ik kwam ze hier alleen gewoon niet tegen. Dan had dit namelijk een emotie kunnen oproepen. Nu is het nog best geschikt als een Gossiemikkie die jeugd van tegenwoordig!-boek voor mensen van boven de 35 en jochies van vijftien met schaamrood op de kaken die stiekem kijken naar Ali in de hoek van het klaslokaal met op zijn schoot Angelica (die zich vast tien keer per dag anaal laat nemen door de concierge!!).
Als je eenmaal zestien/zeventien bent blijkt dan helaas alleen dat Angelica toendertijd slechts twee lullen had gezogen en een keer een matige ontmaagding had. Acht jaar later is ze net klaar met de PABO en blijkt wederom dat mensen niet zozeer gemeen zijn, alswel vooral zielig.
2*
P.S. Ik werd niet zozeer misselijk van de 'zieke shit dude' in het boek alswel van de herhalng herhaling herhaling. Kan er iemand met een Kindle ofzo even tellen hoe vaak 'verveling'/'verveeld' in dit boek voorkomt? Ik gok ruim twee keer per hoofdstuk. En het zijn korte hoofdstukjes.
Ik zie de vergelijking tussen de films van Clark en Wij heel erg, vooral in Ken Park. Verschil is alleen dat de personages in Ken Park het allemaal doen om aan hun kutte kloteleven te ontsnappen, en sympathiek zijn, terwijl de personages in Wij iets hebben van ' Oh ja, we verveelden ons, dus we gingen een kat neuken ofzo whatever'. Ik vind Ken Park echt een ondergewaardeerde film, omdat het laat zien wat seks met je kan doen als tiener, terwijl Wij me meer deed denken aan een Saw-film: je hebt acht best zieke scenes en plakt die an elkaar. Wat is de motivatie? Ehhh, ze vervelen zich? Good enough.
Ik verkies Ken Park, een film die wat mij betreft, ondanks zijn IKWILSHOCKERENNN!!!!-gehalte, nog wel iets waars zegt, ver boven Wij, dat gaat over psychopatische kinderen van veertien die blijkbar alle klassieke filosofen lezen en superintellectueel zijn oder etwas.
edit: oh ja, en A Clockwork Orange deed alles wat Wij probeert haast vijftig jaar geleden al een enorm stuk beter. Not in the least omdat dat boek zowaar personages heeft en karakterontwikkeling enzo. Ook The Secret History is een aardig voorbeeld van een veel beter boek met enigszins hetzelfde uitgangspunt.
Ik weet niet in hoeverre jij thuis bent in zijn boeken maar zijn personages zijn ook allemaal welgesteld en gaan hun verveling ook tegen door het be-oefenen van ietwat aparte 'hobby's'.
Daarentegen zou ik enkel en alleen omdat de personages in 'Wij' welgesteld zijn niet meteen zeggen dat ze een leuk leven hebben.
De hoofdpersoon bv. heeft geen goede tot gewoon geen band met zijn ouders en ook de anderen voelen zich nergens thuis.
Maar om het boek dan te gaan vergelijken met A Clockwork Orange (heb trouwens alleen de film gezien) is misschien een beetje misplaatst aangezien tegenwoordig alles al een keer en vaak beter gedaan is. Ik zeg niet dat je niet zou mogen vergelijken maar om een boek daarom af te schrijven is in mijn ogen ietwat vreemd.
De link met 'The Secret History' zie ik dan weer niet zo goed.
Zou je dat even kunnen uitleggen?
En trouwens 'The Secret History' is een goed boek maar wat Tartt hier deed heeft Dostojevski een dikke honderd jaar eerder al veel beter gedaan.
Edit: Wat ze zelf natuurlijk/trouwens ook wel weet.
American Psycho is satire, en vergroot met veel humor en bewuste overdrijving een stukje zeitgeist. Nou zou je dat argument ook kunnen maken voor Wij (ik moest elke keer dat de Popper lezende verkrachters vol diepe innerlijke monologen weer eens een breezer dronken hardop lachen), maar daar is het boek me toch te eentonig voor. Ook heeft AP dingen als een spanningsboog (ipv en toen deden weer iets ergs maar dan nog erger) en een daadwerkelijke climax die het verhaal in een nieuw licht plaatst
Wat jij zegt over de band met de ouders (zou jij zonder te spieken kunnen zeggen om welke van de personages dat gaat? ik niet) zie ik niet zo. Ja, hij heeft een slechte band met zijn ouders, maar het komt eigenlijk door niets specifieks, alleen door de totale desinteresse die de kinderen in Wij voor alles tonen.
Over The Secret History:
Groepje buitengewoon slimme studenten zoekt hun 'vermaak' in moord (bij dat ritueel). Beetje een oversimplificatie, okay, maar ik denk dat als de personages in Wij beter (of: uberhaupt) waren uitgewerkt ze met hun mix van intellect en semi-objectivisme dichtbij Henry uit TSH komen. Als je de thriller-structuur nog wegdenkt komen de twee redelijk dicht bij elkaar, alleen is er een van de twee gewoon slecht geschreven.
Mijn Dostoyevsky-kenis is nog beperkt tot NftU en korte verhalen.
Misschien een vervelend bij-effect: mensen kunnen gaan denken, dat dit boek een representatief beeld geeft van ontspoorde jeugd en hoe makkelijk het is voor die jeugd om te ontsporen.
Triest dieptepunt: Het stuk over de zelfmoord. Zo cliché en flauw...
NB: Ik merk nu, dat ik het woordje verveling, of een afgeleide daarvan, ongeveer net zo vaak gebruik als de schrijvers...
Thomas, Ena, Ruth, Karl, Femke, Jens, Liesl en een naamloze ik-figuur. Om deze vier jongens en vier meisjes draait Wij (2009), het verontrustende boek van de Vlaming Elvis Peeters. De namen hadden net zo goed achterwege kunnen blijven, want de acht pubers vormen een collectief. Peeters schreef een flink deel van dit boek in de wij-vorm. De groep vijftien-, zestien-jarigen is helemaal op elkaar ingespeeld en ze zonderen zich goeddeels van anderen af. En binnen die gesloten groep ontstaan nieuwe mores, worden nieuwe spelletjes gespeeld, worden grenzen afgetast en al snel overschreden.
Alsof het een schunninge rapplaat betreft, waarschuwt een stickertje op de omslag de lezer voor de schokkende, expliciete tekst van Wij. Geen overbodige mededeling. Want het verhaal is maar heel eventjes onschuldig. De beginscène beschrijft hoe de kleine Thomas gefascineerd is door een ijspegel. Het jongetje kan er geen afstand van doen en zijn moeder bewaart de ijspegel in de vriezer. Daar wordt hij vergeten [totdat de ijspegel in een gruwelijke scène - jaren later - terugkeert in het verhaal.
De acht pubers ontdekken hun lichaam, elkaars lichaam en vooral de kracht en de macht van het lichaam. De meisjes staan op een zomerdag - hoe idyllisch - op een viaduct. De jongens kijken van afstand toe wat er gaat gebeuren. Als er auto's onder het viaduct doorrijden tillen de meisjes hun rokjes op en zwaaien met hun onderbroekjes die ze in hun hand hebben. Dat er op de eerste dag alleen maar een paar automobilisten met hun auto's slingerden is de jongelui niet genoeg. Op dag twee proberen ze het nog eens, en met succes. Deze keer is de afloop veel dramatischer.
Peeters beschrijft hoe de spelletjes van de acht steeds verder en verder gaan. Ze luisteren naar hun iPods, spelen Kolonisten van Catan en voeren allerlei sexuele experimenten op elkaar uit. Voor deze jongens en meisjes is er geen onderscheid meer tussen onschuldig genieten van muziek of sex hebben en daar sadistische spelletjes bij bedenken. Moraal is in dit verhaal ver te zoeken. En dus gaan de pubers steeds verder. Als lezer voel je van meet af aan aan dat dit wel uit de hand móet lopen. Daarmee is dit boek een hedendaagse variant van Lord of the flies waarin kinderen ook moreel volledig ontsporen.
De kracht van dit boek is de droge én literair zeer fraaie manier waarop Peeters al het afschuwelijks beschrijft. Je houdt je adem in als je leest over weer zo'n smerig, sadistisch spel dat de jongens en meisjes uitvoeren, maar ondertussen doet het prachtige taalgebruik je genieten. Zo slingert Peeters je op een heel vervreemdende manier heen en weer in je gevoelens en emoties.
Maar bovenal is de roman verontrustend. Niet alleen de pubers kennen geen moraal, ook de auteur geeft geen moraal mee. Hij beschrijft alleen maar. Verklaren doet hij niet, afkeuren al helemaal niet. Zo zadelt hij de lezer op met dit verhaal. Daardoor blijft het in je hoofd spoken, zeker op de momenten dat je gedurende het lezen het boek even hebt weggelegd. Soms wil je al dat smerigs uit je hoofd wissen, voordat je verder gaat lezen. Maar het verhaal achtervolgt je. En Peeters geeft je geen gelegenheid de smerigheid en normloosheid toe te schrijven aan een beroerde jeugd of aan slechte afkomst. Wellicht is de gemene deler dat de kinderen niet uit erg warme nesten komen. Maar is dergelijk gedrag daarmee volledig verklaard?
Wij is een boek dat je amper kunt aanbevelen. Het is te gruwelijk om echt mooi te vinden. En toch is het een prachtig kunstwerk. De roman brengt je van je stuk, zet je aan het denken, laat je genieten van prachtig proza, poogt een tijdsbeeld te geven, zet een inktzwart mensbeeld neer en sleept je, ondanks al dat sadisme, moeiteloos door het verhaal heen.
Wel... dit is een gegeven waaraan we ons allemaal wel eens bezondigen. We staan erbij en we kijken er naar. De schrijver houdt dus gewoon een spiegel voor.
Dit boek blijft nazinderen en heeft me serieus overdonderd. Dit boek is soms te walgelijk voor woorden maar geweldig goed en intens.
Ik begrijp de vergelijkingen met Ellis' werk.
Het leest als een trein, is pure cult en regelmatig vrij shockerend.
Vooral gedurfd, maar hulde!
Graag meer van zulks
Waar ik tot nu toe vaak weinig indrukwekkende boeken had gelezen voor school, was dit de eerste uitzondering. Ik heb me zeker vermaakt met het boek en verslapt eigenlijk nergens.
Heeft al mijn verwachtingen overtroffen!
Zo nu en dan komt er wel een interessant gedeelte, en ook weet Peeters af en toe goed te verwoorden hoe de jongeren zich voelen. En (vooral door de uiterst droge heldere schrijfstijl) ook komt de ranzigheid goed naar buiten, en voel je je maag soms omkeren. En ik kan heel wat vunzigheid en ranzigheden verdragen.
Ook de psychologie is niet uitgewerkt, op een enkele (al dan niet rake) gedachte na dan. Daar zit zo veel meer in. Dat is juist interessant. Misschien dat Peeters dat niet wil tonen, maar daarom is het dan ook niet voor mij een goed boek geworden.
Daarnaast, eerst zijn alle rare spelletjes nog enigszins te begrijpen, maar door alle sexperimenten en ander raar gedoe valt voor mij de geloofwaardigheid door die bodem heen. Iets subtieler, dat maakt een boek in dit geval stukken beter.
Waar ik echter echt naar van wordt is het constante noemen van liedjes en bands. Alsof hij op een forum heeft gekeken wat kinderen van die leeftijd leuk vinden, en noemt ze. En misschien ligt het aan mijn stereotype beeld van jongens en meisjes van 15, maar ze luisteren of nog niet die muziek, of wel, maar dan zijn het niet van die sadisten. Maar corrigeer me als ik fout zit.
Nee, dan zie ik liever mooie beeldspraak, vergelijkingen met Kafka's insect (wat laat zien dat je niet even snel wil scoren maar dat werk echt kent) en veel mooie inhoudelijke en woordtechnische vondsten. Dat maakt het boek, tezamen met de heerlijke stijl, erg leesbaar, en geeft het boek nog net een 3*.
Er zit gewoon geen opbouw en spanning in dit boek waardoor de gebeurtenissen behoorlijk saai zijn en ongeloofwaardig. Uiteraard kan je je kat gaan neuken als je je verveelt maar daar kan ik me maar moeilijk bij inleven en dat is toch wel belangrijk eigenlijk als je een boek schrijft dat indruk moet maken. Ik begrijp wat Peeters wil doen en wil zeggen met zijn vrije markt gebeuren en grenzen overschrijden maar het blijft alleen maar bij neuken. Waar is de drugs?? Ze hebben alle tijd en geld van de wereld en ze vervelen zich kapot maar drugs lijkt niet te bestaan, wat wel bestaat is voorwerpen bij iemand in z'n reet duwen en dan raden wat het is.
Op de helft lijkt het boek toch wel ergens heen te gaan wanneer ze dat appartement hebben en het gedeelte dat Thomas voor de Piramide zit te wachten op een van z'n meisjes die vier uur wegblijft en wanneer ze terugkomt weer moet werken is behoorlijk goed. Ook wanneer ze hoer bij zo'n meisje in haar buik kerven is behoorlijk hard maar wordt daarna meteen weer verpest dat ze zo makkelijk instemt om voor hun te gaan werken. En dat amateur aborteur gebeuren was goed lomp.
Maar na dit is alles komt er een heel tam en lui einde met die koper dieven. Dat was een partij saai en pakken ze een hondje en binden ze aan een boom. Nou en!
Uiteindelijk een slecht uitgewerkt boek met een tam nietszeggend einde. Sowieso gebruikt Peeters soms (moeilijk) woorden die met een makkelijk synoniem veel beter klinken. En de schrijvers die soms gedropt worden was ook totaal onnodig, leek wel of dat gedaan was om dit boek naar een hoger niveau te tillen zoals de beeldspraak van Kafka. Helemaal niet nodig! Soms beschrijft Peeters best wel iets goed maar niet helemaal geloofwaardig, geloofde niet dat dit de gedachte waren van een jong iemand. Te gekunsteld.
Grauw, wansmakelijk en platvloers. Het zijn de eerste drie woorden die meteen opduiken wanneer ik het boek moet beschrijven. Grauw, omdat het over jongeren gaat (vier jongens en vier meisjes) die niets kennen van medeleven. Wansmakelijk, omdat ze in het boek met elkaar seks hebben op allerlei vreemde manieren die je zelf niet in de Kama Sutra ziet staan. En Platvloers, omdat de manier hoe ze elkaar bepotelen op een vulgaire manier wordt beschreven.
Deze drie kernwoorden komen in heel het boek voor en geven gebeurtenissen waar zelf de meest ongevoelige ziel van gaat schrikken. "Wij" is amper een aantal bladzijden ver of vier tienermeisjes staan al op een viaduct met opgetrokken rokken, in de hoop dat ze de razende automobilisten even kunnen afleiden. Dat lukt met een vreselijk ongeval tot gevolg, waarbij zelf enkele doden vallen. Hebben de jongeren wroeging over het ongeval dat zij hebben veroorzaakt? Zijn ze geschrokken? Verre van. Van empathie is er geen sprake. Experimenten als deze zijn een hobby voor deze tieners. Na enkele hoofdstukken vraag je je dan ook af of je deze gebeurtenissen nog aux serieus moet nemen: alles is zó overdreven, zó gemaakt om de lezer te shockeren, dat er van realisme nog weinig sprake is.
Dit zorgt er ook voor dat de personages zeer oppervlakkig en ongeloofwaardig zijn. Er zijn twee ik-vertellers. De ene is een puberjongen, waarvan de naam onbekend blijft; de ander is een meisje: Liesl. Beiden vertellen ze over hun ideeën en ondervindingen bij bepaalde situaties, en over wat ze denken van hun vrienden, ouders en leerkrachten. Alle acht jongeren hebben krèk hetzelfde karakter: allemaal zijn ze even meedogenloos. Allemaal staan ze niet stil bij de verschrikkelijke dingen die ze doen. Iedereen houdt zich bezig met seksexperimenten. "Wij waren jong, niet pervers.", zo verklaart één van de vier jongens. Als zelf dát wat zij doen niet pervers is, dan moet ik wel zeer soft zijn.
Het verhaal wordt strak opgebouwd in een aantal getitelde hoofdstukken met een
ik-verteller. Elk hoofdstuk is nog harder, nog extremer en nog onrealistischer dan zijn voorgaande; Peeters haalt in Wij alles uit de kast. Dat extreem shockeren is zowel de grote kracht van het boek, als een enorme zwakte. Omdat Peeters in zijn boek steeds verder en verder blijft gaan, boeit het "kijk, ik heb jullie kunnen schokken!" na vijftig bladzijden niet meer.
Meer en meer kreeg ik het idee dat Peeters intelligent wilde lijken, door een niet-intelligent boek te schrijven. Wij is een shockerend boek op een ironische manier, om naar de lezer te knipogen met: "Het is allemaal niet zó aux serieux bedoelt. Wij, u en ik, weten wel beter, hè?" Ja, ik wist wel beter; maar als je alles alleen nog maar met een korreltje zout moet nemen, wat is dan nog het punt van het boek?
Wij is niet voor mij bestemd, maar de rest van het publiek is blijkbaar wildenthousiast (de pers beschreef het als beste roman van 2009). Expliciete roman, dat wel; maar expliciet wil nog niet zeggen dat het daarom ook "goed" is.
Sommige dingen in het boek zijn wel ongeloofwaardig of klinken heel bizar
Het boek liep mij net wat anders en vooral een stuk minder dan de film. De film volgt een mooie boeiende vertelstructuur, het extreme is in evenwicht met het verhalende. Er wordt meer betekenis gegeven aan het gewelddadige en seksuele karakter. Terwijl in het boek vond ik het allemaal veel oppervlakkiger. Het leek alsof ik enkel nog maar de extreme kant van het verhaal kreeg. Echter doen Elvis Peeters zijn werk om bepaalde emoties op te wekken goed. Hij doet gedurfde omschrijvingen waar de pijn bijna voelbaar is. Maar hoe verder ik in het boek kwam hoe minder dit gevoel aan bod kwam.
Het is altijd gevaarlijk om kort na de film het boek te lezen. Beelden en een andere vertelstructuur hangen ergens vast en ik accepteerde niet meteen het boek zijn structuur.