Prachtig boekje van Lenz, dat je op een herfstmiddag in één ruk kan uitlezen. De setting is een lichtschip dat als waarschuwing moet dienen voor passerende schepen. De broze verstandhouding tussen de verschillende mensen op dit schip (een voltallige bemanning plus de zoon van de kapitein) wordt onder druk gezet als men drie schipbreukelingen binnenhaalt die gewapende criminelen blijken te zijn. Al snel komt kapitein Freytag in zijn poging de status quo te handhaven zonder mensenlevens in gevaar te brengen, niet alleen tegenover de gangsters maar ook tegenover zijn manschappen en zijn zoon te staan. Het thema dat Lenz later in Duitse Les tot perfectie zou uitwerken, namelijk hoe als individu om te gaan met de plicht van de orde, speelt een grote rol. De sympathie ligt in dit boek bij de man die vasthoudt aan orde en daarvoor zijn eigen belangen opoffert. Het ligt er soms misschien wat dik bovenop en het is merkbaar dat Lenz hier nog niet zijn volledige meesterschap heeft bereikt, maar de intensiteit en de spanning maken veel, zo niet alles goed. Het boek kent wat langere zinnen dan ik van deze schrijver gewend ben. De sfeertekening van het zeeleven is erg sterk en zorgt, samen met de zichzelf beschouwende personages, voor een bepaalde verwantschap met Joseph Conrad. Het Lichtschip is wat mij betreft een parel van een boek.