Veel gescheld, seks en geweld, maar geen fatsoenlijk verhaal. De protagonist maakt weliswaar een ontwikkeling door, en gaanderweg komt hij op, weliswaarde zijn eigen manier, enigszins sympatiek over, maar het is allemaal wel zeer over de top.
Persoonlijk stoorde ik me aan scheldtirades die in hoofdletters gedrukt staan, en aan de straattaal die veel gebruikt wordt. Dat zou alsnog best een goedgeschreven boek kunnen opleveren, maar dat is niet het geval.
Na de gewenning in het eerste hoofdstuk boeide het boek me echter wel. De absurde gebeurtenissen - het pornokonijn, de viagratrip, knokpartijen -, het nodigt op een vreemde manier aan tot lezen. In de trant van: Het is verschrikkelijk, maar ik kan niet wegkijken! Het wordt echter steeds vreemder en onbegrijpelijker - een vrouwelijke gijzelnemer die doodleuk geil gaat doen om vervolgens over de versnellingspook te glijden. Erger nog, de aan de lopende band vers aangerukte personages worden er ook niet interessanter op en hebben weinig achtergrond. Dieptepunt vond ik de terugkeer in Amsterdam, dat in welhaast oorlogstijd lijkt te verkeren.
Ik vraag me dan ook af waarom mensen hier in hemelsnaam vijf of vier en half sterren voor geven. Met mijn drie sterren, puur omdat ik zelden zo een absurd boek las - ben ik namelijk vrij royaal. Maar Beau van Erven Dorens heeft wel een rijke fantasie, dat is een ding wat zeker is. Daarom ben ik stiekem wel benieuwd naar de opvolger, het inmiddels al ruim half jaar uitgestelde Bink, een van de hoofdfiguren in Pijn.