Er zijn boeken en schrijvers die je gelezen moet hebben, gewoon omdat het van je verwacht wordt. Boeken die 'hot' zijn en de waan van de dag vertolken, boek die met een goede marketing strategie gelanceerd zijn en natuurlijk boeken die vijftig jaar geleden al tot de klassieken behoorden en dat naar allerwaarschijnlijkheid over vijftig jaar nog steeds zullen zijn. De tijd zal het leren. En bij elk boek dat uitgelezen wordt kun je je de vraag stellen, waarom vind ik dit boek nu leuk, aangrijpend, amusant en/ of leerzaam. Dit is een poging om het boek van Jan Brokken onbezoldigd aan de man te brengen, gewoon omdat het een goed boek is.
Ergens halverwege de autobiografische roman van Jan Brokken's Mijn kleine Waanzin schrijft hij:
'...... , maar ik moest mijn ouders en mijn broers nageven dat het Oosten echte verhalen opleverde, huiveringwekkende, onheilspellende. Of misschien vond ik ze vooral zo meeslepend omdat ze me deelgenoot maakten van het Indische leven dat ik door de vaart van de geschiedenis net niet had mee kunnen maken. Thuis bleef ik een buitenstaander, de jongen van na de oorlog, van buiten de tropen,......'
Met deze passage is de kern van de roman beschreven. De kern is de privé-situatie van de ik-figuur, afgezet tegen de maatschappelijke context die met de geboorte van de ik-figuur, in 1949 start. Een nakomertje in een domineesgezin dat noodgedwongen moest terugkeren naar Nederland na de ontberingen in de Jappenkampen en de daaropvolgende vrijheidsstrijd van de Indonesiërs. Alle vier de gezinsleden hebben hun eigen trauma's en gedragingen naar elkaar die te herleiden zijn als reacties op het leed dat ze hebben gezien, gevoeld en ervaren. Ondanks de verschillen, hebben ze ook alle vier in de optiek van de ik-figuur in ieder geval een overeenkomst, namelijk dat het nakomertje anders is dan zij. Anders zijn is in dit geval niet gepokt en gemazeld door de ontberingen, kortom niet ingewijd in het Indische leven met zijn goede, maar vooral ook negatieve aspecten. De onderlinge wedijver in het gezin tussen de oudere broers en hun verhouding naar hun ouders, wordt goed beschreven, maar vooral ook de reactie van het jongste gezinslid om zich hierin staande te houden en een weg te vinden. De vader speelt in het socialisatieproces een belangrijke rol met name omdat hij de meest heftige reacties vertoont en regelmatig van de wereld is door overmatig alcohol- en pillengebruik.
Maar niet alleen de interne gezinsgeschiedenis is belangrijk in het werk van Jan Brokken. Het boek wordt compleet als daarbij ook de sociale context wordt betrokken. In eerste instantie vooral de christelijke omgeving in Rhoon waar vader een vaste standplaats krijgt als dominee. Een prachtig inkijkje wordt de lezer gegund in de naoorlogse strijd tussen de verschillende kerkgenootschappen ten zuiden van Rotterdam, maar ook de knellende band die lidmaatschap van de kerk met zich meebrengt. Naast het dorpse leven in Rhoon, komt bij de verdere ontwikkeling van de hoofdpersoon, in toenemende mate ook andere historische perspectieven aan de orde die passen bij de ontwikkeling van de hoofdpersoon. De middelbare school, de puberteit, vriendschappen en verliefdheden worden functioneel, maar boeiend beschreven, passend in het tijdsbestek van de jaren zestig. Historische gebeurtenissen en de opkomst van de jeugdcultuur, ook in Rhoon en omgeving, komen in het boek ruimschoots aan de orde. Juist het inhaken van macrogebeurtenissen in het individuele verhaal geven kleur aan het werk van Brokken. De kijker krijgt daarbij een stukje mentaliteitsontwikkeling van een halve eeuw Nederland mee aan de hand van een stukje familiegeschiedenis. Even komt de vergelijking met het boek, 'De eeuw van mijn vader' van Geert Mak bij me op wiens werk de vorm heeft van een documentaire waarbij hij zijn familiegeschiedenis wordt afzet tegen lokale, landelijke en mondiale ontwikkelingen. In het boek van Brokken is naast de tijdsspanne, die slechts een halve eeuw beslaat, vooral de ontwikkeling van de hoofdpersoon heel belangrijk en daarmee is het beslist een volwaardige roman. Een zeer goede roman zelfs.
Als rode draad in het verhaal is de huidziekte van de hoofdpersoon, die zich openbaart als hij zich bewust wordt van zijn bijzondere positie in het gezin. De ziekte wordt uiteindelijk overwonnen als de ik-figuur daadwerkelijk het land van zijn ouders en broers bezoekt en daarmee de mogelijkheid grijpt om voor zichzelf de balans op te maken van zijn socialisatieproces in het domineesgezin met vooral een getraumatiseerde vader.
Een aanrader dus voor een ieder die houdt van een vlot geschreven roman waarbij de micro en macrogebeurtenissen op een prettige en logische manier in elkaar overlopen en elkaar beïnvloeden, en daarmee een verklaring geven van iemands persoonlijke wordingsgeschiedenis.
Mijn eigen boekbespreking van dit werk ook te vinden op:
http://titiissprakeloos.web-log.nl/titiissprakeloos/boekbesprekingen/index.html