Betoverend mooi.
Over de roerige jaren '60 zijn stapels boeken geschreven. Historici hebben daarnaast decennialang veelvuldig geanalyseerd wat deze jaren nou zo bijzonder maakte. Nooit ben ik echter zo bij de strot gegrepen als in dit pareltje van Lars Saabye Christensen. Geen uitgebreide omschrijvingen wat er gaande was is in de wereld of semi-intellectueel geneuzel: Christensen beschrijft doodeenvoudig het verhaal van vier jonge Noren die opgroeien ten tijde van The Beatles. Dit doet hij echter zo direct en betrokken dat je de wereld van de hoofdpersonen ruikt, ziet en proeft.
In het begin van het boek dromen Gunnar, Sebastian, Kim en Ola als iedere schooljongen van een prachtige toekomst. Op school zijn het echter geen uitblinkers maar in hun vrije tijd, op het voetbalveld of achter de platenspeler, heten ze echter John, Paul, George en Ringo. De jongens ontlenen de naam van hun idolen aan de hand van de karaktereigenschappen die ze gemeen zouden hebben. Vervolgens ontbouwt zich een levensverhaal dat begint in de laatste klas van de lagere school en eindigt in de moeilijke tienerjaren van de jongens.
De periode van de zorgeloze basisschool wordt fenomenaal omschreven. Er wordt kennisgemaakt met blootbladen, op schoolkamp gebeuren mysterieuze dingen en stuk voor stuk maken de hoofdpersonen kennis met de meisjes in hun omgeving. De band blijft echter hecht en de muziek van The Beatles speelt hierin de bindende factor. Na school wordt er urenlang geluisterd naar de singles en elpees van hun helden uit Liverpool.
Eenmaal op de middelbare school beginnen de eerste problemen op te treden. De kennismaking met hash en andere verleidingen verhinderen de jongens in het nestreven van hun idealen. Eenmaal op zoek naar werk breekt de hel helemaal los en wordt hun leven een rusteloze strijd om een plaats in de maatschappij. Van hun jongensdromen in weinig terechtgekomen. Als één van hun zelfs zijn oude platen moet verkopen om aan geld te kopen merkt hij pijnlijk op: "Het voelt alsof ik een deel van mijn ziel heb verkocht". Die platencollectie betreft natuurlijk al het (grijsgedraaide) werk van de Fab Four.
Jammer genoeg ben ik een langzame lezer maar dit boek verslond ik werkelijk. Christensen gebruikt vooral korte zinnen zonder te vervallen in kinderachtig taalgebruik: een wereldprestatie. Er is geen zin die ik twee keer heb moeten lezen en mijn ogen schoten door de bladzijden heen. Tientallen pagina's per avond bleef ik geboeid door de prachtig opgebouwde levensverhalen van het schijnbaar zo doodgewone Noorse viertal.
Het wordt tijd dat ik meer boeken van deze auteur ga proberen, iemand aanraders?
5*