Schrijven verdraagt geen onzichtbaarheid
Waar te beginnen hoe ik het lezen van ‘Wond’ heb ervaren? Een boek over rouw, over een moeder- dochter relatie, lesbische liefde en schrijverschap. De titel ‘Wond’ dekt onmiskenbaar de lading van het boek. In één woord vind ik het boek heftig, dusdanig dat ik het zo nu en dan heb weggelegd zo kwam het binnen. Ik had een nacht slapen nodig om te bedenken wat ik hier op deze plek zou schrijven en werd, echt waar, wakker met het beeld van een
citroensnoepje. Bij míjn moeder staat op een kastje een bonbonschaaltje met precies die zuurtjes. Ik neem er altijd eentje na de bittere koffie en heb halverwege spijt als ik het doorbijt, zo zuur. Om achteraf te bedenken dat de smaak toch wel goed was.
Een schrijver schrijft nooit zomaar iets, hij of zij in dit geval, wil iets bereiken. Voor wie wordt geschreven?
‘Wond’ bestaat uit vijf delen, een verhaal in een wat mij betreft troosteloos Rusland. Een land waar dit boek niet mag worden verkocht in verband met informatie over ‘niet traditionele’ seksuele relaties. Een land waar het onbetamelijk en misplaatst is over dood en begrafenissen te spreken. En dat is nu precies wat de lesbische Oksana Vasjakina (OV) wel doet.
Gaandeweg de vijf delen zal ik erachter komen dat OV verschillende schrijftechnieken beheerst. Dit dus in de context van leven in Rusland, in kommunalka’s, o.m. met andere gewoonten rondom sterven, bijvoorbeeld moet een nabestaande de overledene identificeren bij een patholoog anatoom en zijn er regels over de kleding in de kist. Deze regels worden pas bekend na het overlijden, hoe kon de nabestaande het anders weten? Tegelijkertijd is rouw iets universeels enerzijds, en anderzijds rouwt geen mens precies hetzelfde.
OV schrijft erover op een voor mij ongekend intieme manier, het woord be(vrij)dend proza komt in me op. Ik had het hele boek wel op die manier willen lezen. Waarbij ik merk dat OV eveneens dichter is, ze schrijft bijna poëtisch. Ik ben blij dat het boek begint in proza omdat ik gedichten meestal moeilijk begrijp. Net zoals OV zelf moeite heeft met gedichten maar me toch een heel deel trakteert op gedichten met aansluitende notities. ‘Wond’ transformeert hierna weer naar proza, ik krijg het idee en gevoel dat OV me kwijtraakt. Waar gaat ze naartoe?
‘Iets’ ontbreekt en OV overdenkt dat schrijven geen onzichtbaarheid verdraagt. Dat had me al gewaarschuwd … Desalniettemin werd ik
overvallen door de ‘gekte’ die rouw soms meebrengt, had OV me daar niet meer of beter op kunnen voorbereiden? OV vraagt zich op pagina 192 niet toevallig af:
Ik heb het idee dat het niet erg harmonieus en duidelijk is, het lijkt niet op boeken die mensen gewoonlijk lezen en mooi vinden. Het heeft geen geconstrueerde personages of complexe verhaallijnen… de lezer weet alles al van te voren … mijn moeder is dood en ik heb in twee lange maanden haar as bij me gehad …daarna heb ik haar in Siberië begraven.
Daarentegen vind ik het een bijzonder complex verhaal waarbij ‘Wond’ uiteindelijk precies vertelt wat OV wil, in haar eigen unieke taal met ‘verschillende smaken’. Af en toe komt het proza terug dat me het best bevalt totdat in het laatste deel van enkele pagina’s de schrijftechniek weer wijzigt. Het is me dan heel duidelijk wat Oksana Vasjakina wilde bereiken, ik herinnerde me een andere overpeizing:
Ik dacht erover na of ik dit verhaal kon opschrijven in een andere, conventionelere vorm. Of het niet zonder al die zware onplezierige details zou kunnen. Nee, dat kan ik niet, ik kan het niet en ik wil het niet.
Al met al ben ik blij dat ik ‘Wond’ helemaal heb gelezen. Het is net zoiets als met dat citroensnoepje, het bevalt niet helemaal en toch kunnen de verschillende ingrediënten niet zonder elkaar.
4*