Dit is weer zo’n boek dat ik graag net wat beter had willen vinden: er zit heel veel in dat heel goed werkt, maar het boek bevat voor mij ook een paar duidelijke minpunten, die het geheel toch wat naar beneden halen.
Edward van de Vendels schrijfstijl vind ik vrij wisselvallig. Hij gebruikt opvallend veel metaforen, maar die zijn voor mij toch een beetje
hit or miss; de ene keer werken ze heel goed en wekken ze het juiste gevoel op, maar de andere keer werken ze wat mij betreft totaal niet en leiden ze alleen maar af. Hier is een voorbeeldje van de allereerste bladzijde – zelfs drie metaforen achter elkaar:
[Nina begon de knoopjes van zijn overhemd] langzaam open te maken, van bovenaf naar onder – alsof ze langs een ladder naar beneden klom, alsof ze aftelde tot zero, alsof ze bloemblaadjes van stille bloemen trok… (9)
Het eerste beeld vind ik goed werken. Het gaat hier om een intiem moment tussen twee tieners, en daar past het ladder-beeld goed bij: als je langs een ladder naar beneden loopt, zie je niet goed waar je naartoe gaat, je moet met je voet een beetje aftasten waar de volgende sport zit, en voor je het weet, ben je plotseling beneden. Zodoende werkt deze metafoor wat mij betreft erg goed. (En vanaf nu zal het gebruiken van een ladder een erotische lading hebben.)
Maar dan voegt Van de Vendel er een tweede beeld aan toe, die voor mij al wat minder werkt.
alsof ze aftelde tot zero
Het aftellen an sich vind ik geen beroerde vergelijking, al voegt het niet veel toe aan het ladder-beeld (het afdalen van een ladder is immers ook een soort aftellen naar de begane grond), maar voor mij springt die ‘zero’ nogal in het oog. Aanvankelijk dacht ik dat Edward van de Vendel wat geforceerd jongerentaal in zijn boek wilde verwerken (ik moest een beetje denken aan
die meme van Steve Buscemi die zegt: "How do you do, fellow kids?"), maar later, toen ik dit stukje schreef, bedacht ik me dat het een verwijzing naar een raketlancering moest zijn. De ontmaagding van Tycho wordt namelijk vergeleken met een maanlanding - zie ook de openingszin van het boek:
Tycho had nog nooit gevlogen – maar live en van dichtbij had hij een maanlanding beleefd.
Ik vind het toch nog steeds niet zo heel goed werken. De ‘zero’ vind ik bijzonder lelijk en als Van de Vendel naar een raketlancering had willen verwijzen had hij denk ik beter “aftellen tot
lift off” kunnen schrijven. Volgens mij wordt de nul bij een lancering namelijk niet genoemd. Ik heb er verder natuurlijk geen verstand van, maar bij David Bowie’s
Space Oditty hoor je ook “two, one, liftoff”.
alsof ze bloemblaadjes van stille bloemen trok…
De laatste metafoor komt gewoon niet zo goed tot z'n recht. Ik kan niet zeggen dat ik het slecht vind (het geeft aan dat Tycho passief is in de situatie, en het roept de associatie op met ‘h/zij houdt van me, h/zij houdt niet van me’), maar in combinatie met die andere twee metaforen vind ik het wat “onrustig” en weinig gefocust.
En zo zijn er meer beelden die voor mij niet helemaal werken. Later in het boek hebben Tycho en Oliver voor het eerst samen seks, en dit verwoordt Van de Vendel op de volgende manier:
En alle plekken waar ze elkaars lichaam raakten, veranderden in hyperlinks – hun lichaam werd een homepage: informatieoverdracht, maar dan zonder snoer en zonder apparaten. (47)
Dit vond ik niet sensueel, maar eigenlijk een beetje lachwekkend. Het komt extreem geforceerd en gedateerd over, alsof Van de Vendel, in een poging om de jeugd aan te spreken, een computer-metafoor in zijn verhaal heeft geforceerd: “Die dekselse
kids houden natuurlijk van
personal computers! Laat ik dat eens gebruiken!”. Ik zag nu niet alleen de meme van Steve Buscemi voor me, maar ook Balkenende die van een skateboard valt.
Even voor alle duidelijkheid: dit is wel de lelijkste metafoor uit het hele boek, dus dit fragment is niet representatief. Het boek bevat zeker schitterende passages, en Van de Vendel laat op heel veel momenten ook zien hoe goed hij kan observeren en gevoelens kan verwoorden, maar af en toe voelt zijn taal toch geforceerd hip – wat mij ook in andere jeugdboeken van hem tegenstaat (zoals de raps
Waar kunnen we hier een standbeeld krijgen?). (Het is overigens wellicht handig om te vermelden dat ik de eerste druk van dit boek in mijn bezit heb. Ik las ergens dat er later een ge-update versie op de markt is gebracht, met mobiele telefoons et cetera. Of deze versie daadwerkelijk minder verouderd aanvoelt, betwijfel ik eerlijk gezegd.)
Verder heb ik af en toe het idee dat Van de Vendel het niet durft om subtiel iets over te brengen. Neem het volgende fragment:
Tycho hield zich aan een paal vast en hij lachte. Als het staal onder zijn vingers – zo sterk wilde hij dat zijn overtuiging was. Dat het goed was wat hij deed. (127)
De metafoor vind ik te expliciet om mooi te zijn. Ik had liever gezien dat Van de Vendel gewoon beschreef dat Tycho in de paal kneep of zo: dan breng je ook het harde van het staal over en dan kan de lezer zelf het (omgekeerd evenredige) verband leggen tussen de stevigheid van het staal en de zwakte van Tycho’s overtuiging. In dit soort passages lijkt het alsof Van de Vendel niet impliciet durft te zijn.
Maar zoals ik eerder al schreef, zijn er ook zeker metaforen/beschrijvingen in het boek die ik zeker effectief en sterk vind. Een voorbeeld van een mooie metafoor vind ik bijvoorbeeld
Tycho woonde al jaren in zijn etui. De dagen openden en sloten zich als zijn boekentas. (10)
Dat is gewoon een schitterend beeld, vind ik.
En zo vind ik gelukkig meer dingen heel goed aan dit boek. Met name de eerste helft in het Amerikaanse zomerkamp is bijzonder sterk. De zomerse sfeer werkt gewoon geweldig goed en Van de Vendel is, zoals ik eerder al schreef, een goed observator: hij weet fantastisch sociale interactie te beschrijven, hij heeft echt oog voor allerlei details in de sociale omgang tussen mensen. Zoals hij bijvoorbeeld de kennismaking omschrijft als Tycho en Oliver op het kamp arriveren, is echt heel sterk en herkenbaar. Ook veel aspecten omtrent verliefdheid zijn ontzettend treffend, stijlvol en sensueel geschreven. Het is allemaal typisch
coming-of-age gedartel, maar daar heb ik altijd wel een zwak voor. Verder is de hoofdpersoon Tycho een sympathiek personage. Zijn gedachtegangen zijn echt leuk om te lezen.
Het boek deed mij bij vlagen wel denken aan
Call me by your name: dat is ook een zomers boek over een (homoseksuele) verliefdheid met een soortgelijk verloop. De details zijn natuurlijk anders, maar de sfeer komt wat mij betreft wel overeen. Het zal overigens wel helpen dat één van de twee protagonisten 'Oliver' heet. Net zoals
Call me by your name vond ik ook dit boek ietsjes minder worden naar het einde toe. In de tweede helft, nadat
Tycho en Oliver het zomerkamp Little World verlaten, ligt de nadruk meer op het conflict en treedt het drama meer op de voorgrond. Hoewel ook het tweede gedeelte enkele sterke momenten bevat (het telefoongesprek met Tycho's ouders bijvoorbeeld), vond ik het minder sterk.
Waarschijnlijk komt dit stukje negatiever over dan ik wil. Ik vond het een goed boek, en het heeft me zeker benieuwd gemaakt naar ander werk van Van de Vendel, maar helaas bevat het wel net te veel minpuntjes om écht goed te zijn. En de sterke stukken maken de mindere delen des te frustrerender.