
Penta Pockets 1994-1995. Supplement - Guus Houtzager, Janny Nijhof, Bert Peene, Vic van de Reijt, Kees Fens, Sybe Bakker, Dirk Ayelt Kooiman, Joost Zwagerman, Bernd Albers, Rudie Kagie en Xandra Schutte (1994)
Nederlands
Verhalenbundel
Waargebeurd / Kunst en Cultuur
96 pagina's
Eerste druk: BulkBoek,
Amsterdam (Nederland)
Dit ‘Penta Pockets Supplement’ geeft achtergrondinformatie over de vijf op de omslag genoemde boeken, die speciaal ten behoeve van het middelbaar onderwijs in het schooljaar 1994-1995 opnieuw zijn uitgebracht. Elk boek wordt bondig gekarakteriseerd in de rubriek ‘In kort bestek’ en verder bevat het supplement een aantal essays, waarvan een viertal niet eerder in boekvorm is verschenen. In Joost Zwagermans ‘Schrijven als topsport’ wordt Adri van der Heijden geïnterviewd n.a.v. ‘Het leven uit een dag’. A.F.Th., gezeten in zijn van zes bureaus voorziene werkkamer, vertelt onder meer dat hij zijn plannen over toekomstige publicaties altijd deelt met de rest van de wereld om zichzelf op te jagen en om opgejaagd te worden. Bernd Albers buigt zich in ‘Er komt altijd meer symboliek uit dan je erin stopt’ over het zelfde boek. Voor Albers is het boek te begrijpen als een sprookje of een allegorie, waarin noties als ‘liefde’ en ‘dood’ op speelse en inventieve wijze zijn samengebracht in het als kortstondig voorbeschikt zijnde leven van Benny Wult. Het is een fantasievolle variant op A.F.Th.’s concept van ‘het leven in de breedte’, waarin alle gebeurtenissen zich gelijktijdig afspelen, i.p.v. elkaar tijdrovend op te volgen... In ‘Ik voel me soms net een Lou de Palingboer of een Johannes de Doper’ van Rudie Kagie onthult Renate Dorrestein dat haar boeken in feite maar één thema hebben, namelijk de dood -door zelfmoord- van haar jongere zusje en haar schuldgevoel daarover. In ‘Laat er naar adem gesnakt worden’ gaat Xandra Schutte in op de relatie tussen feminisme en literatuur bij Dorrestein.